‘Coalities, zwijg me ervan. CD&V voerde vanuit het bestuur constant oppositie tegen mij.’
Het was een prestatie op zich. Terwijl partijgenoten de ene sjerp na de andere veroverden, viel Antoine Denert (66) als een van de vijf zittende N-VA-burgemeesters van zijn troon. Zijn partij bleef nipt de grootste, maar coalitiepartner CD&V gooide het op een akkoord met SamenVoorKruibeke. De lokale lijst van socialisten, groenen en liberalen zat op de wip en mocht de sjerp opeisen. Zo werd dus Jos Stassen, gewezen Vlaams volksvertegenwoordiger voor Groen, burgemeester van Kruibeke.
Het nieuwe tijdperk is nog pril, maar na 30 jaar Denert lijkt een radicale stijlbreuk onvermijdelijk. De Kruibeekse burgemeester, een ex-VU’er die na een kortstondige passage bij de VLD en het Liberaal Appèl bij de N-VA aanbelandde, stond ook bovenlokaal als excentriek bekend. De weelderige baard versterkte dat imago, maar het zijn vooral enkele beleidsinitiatieven die hem onsterfelijk maakten. Denert moet de enige burgemeester van het westelijk halfrond zijn die van knuffelen een beleidsprioriteit heeft gemaakt.
We nemen plaats op de passagiersstoel van de Mercedes. Weigeren was geen optie. Denert mag dan burgemeester af zijn, hij zou ons als gastheer in zijn gemeente ontvangen. Of het went, vragen we op weg naar het restaurant. ‘Het valt tegen’, geeft hij eerlijk toe. ‘Eergisteren wist ik het even niet meer. Het was de eerste keer dat er geen enkele afspraak in mijn agenda stond. Hoe kom ik deze dag door, vroeg ik me af. ’s Middags keek ik naar mijn gsm. Twee gemiste oproepen, waarvan één van Knack. Vroeger had ik op dat moment al minstens een dozijn oproepen gemist.’ Thuis, in deelgemeente Bazel, heeft hij ons de fotocollage van het personeelsfeest getoond. De kinderen van de gemeentescholen hadden zich voor de gelegenheid allemaal een nepbaard aangemeten. Het werd voor Denert een ontroerend afscheid, met een lach en een traan. ‘Dat zal ik nog het meeste missen’, zegt hij met een krop in de keel. ‘Mijn gemeentepersoneel was als een familie. Ik krijg veel steunbetuigingen als ik buitenga. Mensen pikken het niet hoe ze me aan de kant hebben geschoven. Het verandert niets aan de feiten, maar het doet me wel deugd’.
Ook Denert had het niet zien aankomen. ‘Ik dacht dat het erop aankwam de grootste te blijven’, zegt hij. ‘Dat is ook gelukt, maar de CD&V was tot alles bereid om mij te dumpen, Stassen mocht als kleinste speler zelfs burgemeester worden. Een mes in mijn rug planten, ik had het eigenlijk kunnen verwachten van de CD&V. Ik heb hier drie keer alleen bestuurd, maar door de opkomst van het Vlaams Belang ben ik mijn absolute meerderheid kwijtgespeeld. Coalities, zwijg me ervan. CD&V voerde vanuit het bestuur constant oppositie tegen mij. Weet je, ik heb in mijn leven twee ongelukkige periodes gekend. Als kind op het internaat, en als burgemeester in de voorbije coalitie.’
Hij heeft een tafel met majestueus uitzicht op de Schelde uitgekozen, en dist anekdotes uit zijn lange loopbaan op. Die keer toen de Russische staatstelevisie naar Kruibeke kwam om er verslag uit te brengen over het door hem opgerichte departement van tederheid. In volle perestrojka, lang geleden dat we dat woord nog hadden gehoord. Borstvoedingsverlof voor mannen bleek niet meer dan een lekke proefballon, maar zijn gemeentelijke knuffelbeleid heeft hij persoonlijk tot uitvoering gebracht. ‘Je hebt geen idee hoeveel deugd mensen daaraan beleven’, zegt hij. ‘Ik heb het vaak gehoord van vrouwen wier man al vijftien jaar dood was. Dat ik de eerste was in al die jaren die hen nog eens goed had vastgenomen.’
Toch heeft Denert zich niet alleen met frivoliteiten ingelaten. In het dossier van de potpolder heeft hij zich als een pitbull vastgebeten. In de auto begon hij er al over: hoe jammer hij het bleef vinden van die verhoogde dijk in het open landschap. Potpolders, een onderdeel van het Sigmaplan, moeten het Scheldebekken voor rampzalige overstromingen behoeden. ‘Onzin’, houdt Denert vol. ‘Alleen met een stormstuw op de Westerschelde houden we het bij een superstorm droog. Die stuw was ook opgenomen in het oorspronkelijke Sigmaplan, het Vlaamse antwoord op de overstromingsramp van 1953. Ze werd nooit gebouwd. Te duur, we zouden het wel redden met 4000 hectaren potpolders. Belachelijk als je bedenkt dat in Nederland in 1953 meer dan 200.000 hectare bewoond gebied is ondergelopen. Ik heb er alles aan gedaan om die zinloze ingreep tegen te houden. Weet je dat ik hier 365 dinsdagbetogingen van het gemeentehuis naar de Schelde heb georganiseerd? Zeven jaar aan een stuk, ik heb er zelf geen drie gemist. We hebben het niet gehaald, want ze hebben met geld gesmeten om de boeren te onteigenen’.
Terug naar Bazel. Knuffelzones, knuffelpad, de sporen van zijn beleid vallen niet te loochenen. Hij maakt een ommetje langs enkele dierbare plekken. De door hem gerestaureerde getijdenmolen, het door hem bestelde standbeeld van de jonge Mercator. Er is nog tijd voor een blitzbezoek aan het domein van Wissekerke, door hem aangekocht van de adellijke familie Vilain. Het vijftiende-eeuwse kasteel, fraai gerestaureerd, fungeert behalve als cultureel centrum ook als stek voor de gemeenteraad. ‘De oppositie heeft zich altijd tegen mijn kasteelplannen verzet’, zegt Denert. ‘Het kostte te veel geld, zelfs als we een stofzuiger voor het kasteel kochten kwam er kritiek. En nu gaan ze hier zelf grote sier maken, let maar op mijn woorden. Maar ik zal ze in de gemeenteraad het vuur aan de schenen leggen. Denert is nog niet uitgeteld. Volgend jaar doe ik mee aan de verkiezingen, en in 2018 ga ik opnieuw voor burgemeester.’
‘In 2018 ga ik opnieuw voor burgemeester.’