Toen de Franse fotografe Anne A-R besloot om het spoor van de vluchtelingen te volgen, van Lesbos tot Berlijn, had ze maar één doel voor ogen: de anonieme massa namen en gezichten geven.
Haar ‘fotomanifest voor de vluchtelingen’, zo noemt ze het. Vijf weken lang volgde de Franse fotografe Anne A-R het spoor van de exodus, van het Griekse Lesbos via Macedonië, Servië, Kroatië, Slovenië en Oostenrijk tot in Duitsland. Ze portretteerde de mensen op de vlucht, tekende hun verhalen op, en publiceerde alles op Facebook, Twitter en Tumblr, onder de hashtag I AM with them.
De meeste mensen met wie A-R sprak, zijn oorlogsvluchtelingen uit Syrië. ‘Mensen die al jaren oorlog hebben meegemaakt, maar voor wie een enigszins normaal leven helemaal uitgesloten is sinds de Russen het land begonnen te bombarderen’, zegt ze aan de telefoon. ‘Die mensen, die meestal niet kunnen zwemmen, hebben doodsangsten uitgestaan op zee. De mensensmokkelaars gooiden hun koffers en bezittingen overboord. Ze komen doorweekt en zonder schoenen aan in Griekenland. En dan begint een nieuwe lijdensweg. Bikkelhard is het, een humanitaire catastrofe waarvan we de omvang niet beseffen. Vluchtelingen die onder de blote hemel in de modder slapen, en vuurtjes maken met plastic flessen waaraan hun kinderen zich kunnen opwarmen.’
Anne A-R zag onderweg mensen van alle standen en leeftijden. Van eenvoudige boeren tot universiteitsprofessoren. Van jonge mannen die niet willen vechten maar studeren, tot gezinnen met kinderen en zelfs bejaarden. Eén constante: haast iedereen wil naar Duitsland, of anders naar Zweden. ‘De vluchtelingen zijn even goed geïnformeerd als u en ik. Ze weten dat ze bijvoorbeeld in Frankrijk niet welkom zijn. Ik heb op die hele reis maar één iemand ontmoet die naar Frankrijk wilde, en wel omdat hij een supporter was van voetbalclub Paris Saint-Germain.’
Nog een constante: de vluchtelingen die de fotografe ontmoette willen, als de situatie het ook maar enigszins toelaat, terugkeren naar hun thuisland. Dat geldt zeker voor Syriërs en Irakezen. ‘Bij Afghanen ligt het ingewikkelder. Hun land is al twintig jaar in oorlog. Zij hebben geen hoop meer op vrede’, zegt Anne A-R. ‘Maar alle Syriërs en Irakezen zeiden mij: “Wij willen jullie vluchtelingenstatus helemaal niet, wij willen ons land. Zorg voor veilige zones in Syrië, waar een vliegverbod geldt, dan komen we niet.” Die mensen zijn trots op wie ze zijn en vinden het vreselijk om tot bedelaar te worden gereduceerd en de hand te moeten ophouden. Ze zijn uit hun land gevlucht omdat ze geen andere keus hadden.’