De Wereldgezondheidsorganisatie verklaart Liberia ebolavrij. De ziekte maakte in anderhalf jaar 11.200 doden in Liberia, Sierra Leone en Guinee.

Hilde De Clerck (arts bij Artsen Zonder Grenzen): We komen van ver. Op het hoogtepunt van de epidemie, in de zomer van 2014, was de zaak compleet uit de hand gelopen. In Liberia en later ook in Sierra Leone registreerden we toen honderden besmettingen per week. Beide landen zijn intussen ebolavrij.

Waarom lukt dat niet in Guinee, het land waar de epidemie het eerst uitbrak?

De Clerck: De epidemie heeft in dat land een heel ander karakter. Zoals bij een veenbrand: telkens wanneer je denkt dat die geblust is, laait het vuur ergens anders op. Dat ligt aan verschillende factoren, maar de belangrijkste is de houding van de bevolking. Het is in Guinee erg moeilijk om iedereen mee te krijgen bij preventie of het indammen van een uitbraak. Dat is problematisch, want als één dorp of zelfs maar één familie niet meewerkt, kan de epidemie weer toeslaan. Hoe dat komt? Guinee is een erg uitgestrekt en etnisch heterogeen land waar het vertrouwen in de centrale overheid gering is. Toch zijn we voorzichtig optimistisch.

Is er intussen een doorbraak in de behandeling?

De Clerck: ZMapp (experimenteel vaccin tegen Ebola, nvdr.) is extreem hoopgevend. Het werd getest op apen, maar vermoedelijk heeft men het ook toegediend aan buitenlandse ebolapatiënten die naar Amerika of Europa werden geëvacueerd. We hebben het zelf aan twee baby’s gegeven. Het was een geval van compassionate use, het toedienen van het experimentele middel was de enige manier om ze te redden. Maar er is nog meer goed nieuws: we hebben een vaccin dat bij de eerste testen in het veld tot 100 procent effectief bleek. Het wordt nog verder getest, we weten nog niet hoe lang het werkt en of het bij alle virustypes effect heeft. Het wordt al gebruikt bij vaccinaties van contactpersonen van patiënten, en ook op vrijwillige basis bij gezondheidswerkers.

Dit was de grootste uitbraak van het virus in de geschiedenis. Liggen er nu draaiboeken klaar om een nieuwe epidemie in de kiem te smoren?

De Clerck: Artsen Zonder Grenzen en andere ngo’s zijn capaciteit aan het afbouwen, maar we zijn nog lang niet klaar. Om te beginnen is er de nasleep. Overlevers kampen met zware problemen, van depressies tot allerlei immuniteitsziekten. Het is onduidelijk of dat aan de behandeling dan wel aan de traumatische ervaring ligt, want we stellen dezelfde problemen bij vele gezondheidswerkers vast. Gewezen ebolapatiënten klagen ook over het sociaal isolement waarin ze zijn beland. Ze werden door hun familie verstoten of raakten hun baan kwijt. Afgezien daarvan hebben zowel de ngo’s als de autoriteiten veel geleerd uit deze epidemie, zo hebben we ontzettend veel data verzameld die we nog volop aan het verwerken zijn. We hopen onder meer te achterhalen waarom de mortaliteit van het virus zo erg van haard tot haard kon verschillen. Maar we mogen ons niet blind staren op ebola of vergelijkbare koortsziekten. Het is best mogelijk dat de volgende dodelijke epidemie een heel andere oorsprong heeft, zoals een gevaarlijk griepvirus of een tot nu toe onbekende ziekteverwekker.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content