Steven Martens neemt ontslag als ceo van de Koninklijke Belgische Voetbalbond (KBVB).

Steven Martens: Er is in de aanloop naar mijn ontslag veel gebeurd, maar de druppel was dat ik niet langer in vertrouwen kon werken. Wanneer je belangrijke strategische beslissingen bespreekt, moet er een zekere confidentialiteit bestaan. Met zaken verbergen heeft dat niets te maken, wel met elkaar in de ogen kunnen kijken. Dat vertrouwen was er niet meer, want alles werd gelekt. Zelfs mijn ontslagvergoeding stond de ochtend nadien in de krant.

De avond voor mijn terugtreden sprak ik met bondsvoorzitter François De Keersmaecker. Hij dacht dat ik de aangekondigde vertrouwensstemming kon overleven, en misschien had hij wel gelijk, maar voor mij hoefde het niet meer. Tijdens mijn laatste negen maanden bij de Bond was ik voortdurend op mijn hoede: wie plant er vandaag een mes in mijn rug? Het plezier van dingen te verwezenlijken maakte plaats voor voetbalpolitieke intriges.

Tot een paar jaar geleden ging het geweldig bij de Bond. Het ene hoeraverhaal volgde op het andere. Wanneer is het misgelopen?

Martens: De Voetbalbond telt drie politieke blokken: de Vlaamse amateurliga, de Franstalige amateurs, en de profclubs. Begin 2013 begonnen twee van die stromingen tegen te stribbelen. Ik was aangetrokken om de oubollige Voetbalbond te moderniseren. De Franstalige amateurs kregen het gevoel dat ze niet meer konden wegen op de besluitvorming en dat er te veel veranderde. Zij maakten er tegelijk een communautair verhaal van: de bondstop was hen te Vlaams geworden.

Ook de profs roerden zich. Omdat wij op allerlei vlakken knappe resultaten haalden – commercieel, met de fans, qua uitstraling – ontstond bij sommige profclubs de perceptie dat de KBVB een concurrent was geworden. Men beweerde dat de Rode Duivels de markt kannibaliseerden, wat trouwens aantoonbaar niet klopt. Daar kwam nog de problematiek van het Brusselse stadion bij. Een van onze doelstellingen, goedgekeurd door het Uitvoerend Comité (de algemene vergadering van de KBVB, nvdr.), was om tegen 2020 vijf vernieuwde voetbalstadions te realiseren. Een daarvan zou in Brussel staan. De populariteit van de nationale ploeg bood een kans om dit ene project alvast te realiseren, zeker toen Brussel kandidaat werd om als speelstad voor het Europees Kampioenschap in 2020 te fungeren.

Sommigen maakten daarvan dat Steven Martens Anderlecht bevoordeelde, ‘want hij spant zich in om in Brussel een stadion te bouwen’. Uiteraard is zo’n stadion alleen leefbaar wanneer er een club in speelt. Als je een stadion in Brussel wilt, moet je met Anderlecht praten. Maar wij hebben evengoed aan andere stadionprojecten gewerkt. Van een voorkeursbehandeling was geen sprake.

‘De periode Martens’ wordt nog vaak als verklaring aangehaald voor al wat er misloopt bij de Voetbalbond. U wordt geldverkwisting en onbehoorlijk bestuur aangewreven.

Martens: Dat is niet leuk, maar het is ook een totaal verkeerde voorstelling van de feiten. De KBVB heeft er nog nooit zo riant voorgestaan, zowel qua cash als qua mogelijkheden.

Ik stond voor een investeringsbeleid. Bij mijn eerste vergadering zei ik: ‘Hier staat veel geld op de bank en dat is eigenlijk niet zoals het hoort.’ De Voetbalbond is de bezieler van het Belgisch voetbal. Het is geen gewoon bedrijf, het moet ons voetbal doen groeien door meer mensen te laten sporten, betere resultaten te halen en meer supporters in de stadions te krijgen. Dat doe je door te investeren, niet door geld op te potten. Uiteraard geef je je centen zo voorzichtig mogelijk uit. We hebben met het Uitvoerend Comité een grens afgesproken waar we qua financiële reserves nooit onder mochten, en die limiet werd altijd gerespecteerd.

Ik erken dat er fouten zijn gemaakt, vooral in de aanloop naar het WK in Brazilië. Met zulke operaties had de Bond geen ervaring. Het was al lang geleden dat de Rode Duivels zich voor een toernooi plaatsten. Daar kwam nog bij dat Brazilië een ver en duur WK was. Onze missers werden echter uitvergroot, omdat men het beleid wilde destabiliseren.

Er gebeurden toch onbegrijpelijke zaken? Zo was er een hotel voor de spelersvrouwen gereserveerd. Toen die van bondscoach Marc Wilmots toch niet mee mochten naar Brazilië, vergat de Voetbalbond dat hotel te annuleren. Dat kostte de bond 300.000 euro.

Martens: Dat dossier is het perfecte voorbeeld van een fout die werd opgeblazen tot iets wat het nooit was. We hadden package deals samengesteld waarop familieleden van de spelers konden intekenen. Daarin zat een combinatie van intercontinentale en lokale vluchten en verblijf. Bij het boeken van die pakketten werden fouten gemaakt, niet alleen door ons maar ook door het reisagentschap. Op de details kan ik niet ingaan, omdat dit nog een juridisch staartje krijgt, maar geloof mij dat het niet zo extreem is als men het voorstelt. Wij zijn niet domweg vergeten dat we een hotel hadden afgehuurd.

Dit soort zaken gebruikte men om alles in een negatief daglicht te stellen. Je zit daar en je kunt niet veel doen, want de mediastrijd verlies je altijd. Zwijg je, is het waar. En als je reageert, wordt dat nieuwe munitie om een negatief verhaal aan op te hangen.

U bent vervangen door een zeventiger uit het Waalse amateurvoetbal. Worden uw hervormingen teruggedraaid?

Martens: Ik hoor van mijn ex-collega’s dat ze kunnen blijven doen wat ze deden, maar dan een beetje minder, want er wordt bespaard op de Bond. Erger is dat de beslissingsmechanismen opnieuw trager werden en er geen nieuwe initiatieven meer ontstaan. De Voetbalbond borduurt verder op wat er was. Zoiets werkt een tijdje, maar op termijn moet er toch iemand komen die leiding geeft. Dan wordt de vraag: wil men een ceo die leiding mág geven, of een die louter het politieke compromis uitvoert?

De ceo die er nu zit, maakt deel uit van het politieke compromis. Hij houdt de stoel warm tot aan het Europees landenkampioenschap, en wordt nadien allicht vervangen door een vertegenwoordiger van de profclubs.

Ondertussen vond u een nieuwe uitdaging bij Double PASS, een spin-off van de VUB die voetbalopleidingen doorlicht.

Martens: Het bedrijf ontwikkelde een wetenschappelijk onderbouwd observatiesysteem waarmee je van een club of eventueel van een hele competitie, kan aangeven waar er goed wordt gewerkt en waar nog verbetering mogelijk is. We werken onder meer voor de Premier League, de Bundesliga, het Amerikaanse Major League Soccer en de Japanse J-League. Een mooi voorbeeld van Belgische topsportknowhow die internationaal gerespecteerd en geëxporteerd wordt.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content