De politieke situatie na Napoleon

De aankomst van Lodewijk XVIII in Calais op 24 april 1814 © Bridgeman Images

Napoleons laatste Europese jaar kende nog een dramatisch verloop. Daar zorgde hij zelf voor, door op 26 februari 1815 op Elba te ontsnappen en nog één keer als opperbevelhebber naar Parijs weer te keren. Zo moesten de geallieerden die hem net verslagen hadden nog een zevende coalitie vormen om hem de genadeslag toe te dienen. Maar ook zonder die bijkomende Honderd Dagen was de situatie in Frankrijk en Europa ingewikkeld genoeg om van 1815 toch een bewogen jaar te maken.

Napoleon was nog in Frankrijk toen Lodewijk XVIII, de één jaar jongere broer van de onthoofde Lodewijk XVI, op 24 april in Calais ontscheepte. De nieuwe Franse koning was in die functie veel ouder dan zijn voorganger, die al op zijn 20ste koning werd en die op zijn 39ste in Parijs het hoofd werd afgeslagen.

Lodewijk XVIII

Meer dan twintig jaar lang leefde de graaf van de Provence in ballingschap in Westfalen, Pruisen, Italië, Letland, Polen, Engeland en Rusland. Al die jaren beschouwde hij zichzelf als de rechtmatige koning van Frankrijk. Wel kreeg hij rake klappen toen de Russische tsaar Paul, om zijn betrekkingen met Frankrijk te verbeteren, hem in 1801 vriendelijk verzocht op te stappen. In 1807, na de vrede van Tilsit, werd hij zelfs gedwongen het Europese vasteland te verlaten. Zo kwam hij alsnog in Engeland terecht. Toch besefte de zestigjarige Lodewijk XVIII wel degelijk dat de dagen van het koninklijk absolutisme voorbij waren, en dat hij koning werd van een constitutionele monarchie. Die ommezwaai kwam er op basis van een compromis tussen royalisten en republikeinen, neergelegd in het constitutioneel handvest – la Charte constitutionnelle – van 4 juni 1814 maar pas van toepassing na de Honderd Dagen van 1815.

Het kan geen toeval zijn dat Lodewijk op 4 mei in Parijs is aangekomen, de dag dat Napoleon op Elba aan land ging. Naar verluidt werd Napoleon er gevolgd door zijn moeder, Madame Mère, zijn zus Pauline en zijn Poolse maîtresse Maria Walewska en hun zoontje. Zijn eega Marie-Louise van Oostenrijk en het zoontje dat zíj hem baarde, zou hij nimmer terugzien. Die werden na zijn capitulatie onder een Habsburgse escorte naar Wenen teruggebracht.

De eerste vrede van Parijs

De terugkeer van het Franse koningshuis wordt toegeschreven aan Talleyrand die als buitenlandminister onder Napoleon in 1814 meteen zijn diensten aan de nieuwe Franse koning aanbood. Al was dat uiteraard ook de wens van alle Europese vorsten die een republiek bleven schuwen als de pest. Talleyrand was de geknipte man om Frankrijk te vertegenwoordigen op de naoorlogse vredesconferenties en om de geallieerde overwinnaars de Franse belangen te doen respecteren. Zo moest Frankrijk bij het verdrag van Parijs van 30 mei 1814 geen millimeter grond afstaan.

Frankrijk moest bij het verdrag van Parijs geen millimeter grond afstaan

Weliswaar bracht het verdrag Frankrijk terug tot zijn grenzen van 1792, maar Parijs kreeg er de Duitse territoria Landau en Saarland bij, boven op Nice en de Savoye, die Frankrijk niet meer betwist werden. Het was het verdrag van Parijs dat de terugkeer van Lodewijk XVIII legitimeerde. Ook zagen de geallieerden af van oorlogsschade en van de teruggave van de – in vele Europese landen – geroofde kunstschatten. Wat de Duitse gebieden betreft, won Pruisen het meest. Niet Oostenrijk maar Pruisen werd Frankrijks grootste buur. Het Habsburgse rijk ‘trok zich terug’ in zuid- en zuidoost-Europa.

Het congres van Wenen

Zoals voorzien in de vrede van Parijs verzamelden zich in september 1814 duizenden deelnemers in Wenen. Alle Europese vorsten waren aanwezig of waren er vertegenwoordigd, het Turks-Ottomaanse Rijk uitgezonderd. Frankrijk werd er vertegenwoordigd door dezelfde Talleyrand die Napoleon als buitenlandminister zo lang had gediend.

Karikatuur over het congres van Wenen (zie bovenaan links) en de aankomst van Napoleon met zijn kleine troepenmacht op het Franse vasteland (midden).
Karikatuur over het congres van Wenen (zie bovenaan links) en de aankomst van Napoleon met zijn kleine troepenmacht op het Franse vasteland (midden). © Bridgeman Images © Bibliothèque nationale de France.

Gastheer was de Habsburgse keizer, maar de regie was in handen van Metternich, tot 1848 de sterke man van het Habsburgse regime en de kanselier van twee keizers. Een andere zwaargewicht in Wenen was de Russische tsaar Alexander, naast de conservatieve Engelse buitenlandminister Cast – lereagh. Metternich wenste op pragmatische wijze ‘het verstoorde evenwicht’ tussen de vijf Europese grootmachten te herstellen, het verslagen Frankrijk inbegrepen.

Als kanselier van twee keizers wenste Metternich het ‘verstoorde evenwicht’ tussen de vijf Europese grootmachten te herstellen.
Sir Thomas Lawrence, Clemens Lothar Wenzel, prins Metternich, 1815. © Bridgeman Images © Royal Collection Trust

Volgens de Britse historicus Michael Burleigh werd het Habsburgse Rijk onder Metternich ‘niet bestuurd maar beheerd’. Het kwam eropaan het rijk niet te veranderen maar het in stand te houden.

Alsof ze een zee van tijd hadden, was zelfs een ontsnapte Napoleon geen reden om het overleg te overhaasten

Op het congres van Wenen werd uitsluitend in commissies vergaderd. Tot een plenaire zitting kwam het alleen de laatste dag, op 9 juni 1815. Maandenlang werd er vaker gedanst dan gepraat. Het leek eerder een uitgesponnen viering, het vorstelijk en adellijk feest van de overwinning op de grootste bedreiging ooit, dan een werkplaats. Alsof ze een zee van tijd hadden, was zelfs een ontsnapte Napoleon geen reden om het overleg te overhaasten.

26 februari 1815: Napoleon keert terug

Napoleon had echter besloten terug te keren naar Frankrijk, en ontsnapte van Elba toen de Franse en Briste bewakingsschepen er niet waren. En toen volgden er honderd bewogen dagen voor Napoleon.

Wat als Napoleon de slag bij Waterloo had gewonnen?

Dat Napoleon de slag bij Waterloo had kunnen winnen, staat buiten kijf. Als hij zijn invasiemacht had samengehouden of als Blücher zijn weg naar Waterloo niet snel genoeg had gevonden, had de Franse keizer er zijn zoveelste overwinning kunnen boeken. Alleen was dat slechts uitstel van executie geweest. In Waterloo ging hij uitsluitend de Pruisen en een Brits- ‘Belgisch’-Nederlandse strijdmacht te lijf. Oostenrijkse en Russische troepen, die meer tijd nodig hadden om de Europese afstanden te overbruggen, waren onderweg en zouden later op de maand de Rijn bereikt hebben. Tegen al zijn vijanden samen, dat bleek al in 1813 in Leipzig, moest Napoleon het onderspit delven.

De slotakte van Wenen

De congresgangers in Wenen hebben niet op Waterloo gewacht om het werk af te ronden. In juni 1815 waren ze al negen maanden aan het werk om de Europese staten naar vrediger wegen te leiden.

De slotakte van Wenen, een werkstuk in 121 artikelen, werd op 9 juni 1815 in de Hofburg door de acht belangrijkste partijen ondertekend: Engeland, Frankrijk, Oostenrijk, Portugal, Pruisen, Rusland, Spanje en Zweden. Pas negen dagen later werd de nachtmerrie van alle Europese vorsten in Waterloo verslagen.

Negen dagen voor Napoleons nederlaag bij Waterloo en na negen maanden van wikken en wegen om tot een politiek evenwicht te komen slaagden de congresgangers in Wenen erin om een goedgekeurd werkstuk van 121 artikelen voor te leggen.
Negen dagen voor Napoleons nederlaag bij Waterloo en na negen maanden van wikken en wegen om tot een politiek evenwicht te komen slaagden de congresgangers in Wenen erin om een goedgekeurd werkstuk van 121 artikelen voor te leggen. © Bridgeman Images © Deutsches Historisches Museum

Op het congres van Wenen veranderde er zo weinig mogelijk. Het was de bedoeling van de vorsten hun prerevolutionaire wereld te herstellen, niet die te veranderen. Dat herstel was voor het Italiaanse schiereiland het meest schrijnend. Zo ging het hertogdom Milaan terug naar Oostenrijk, en de Venetiaanse republiek en het groothertogdom Toscane ook.

Tegelijk herstelde het congres het gezag van de Spaanse Bourbons in Spanje (Ferdinand VII), Napels en Sicilië en van het Huis van Bragança (Johan VI) in Portugal. Zelfs de paus kreeg zijn kerkelijke staat terug, al was dat voor de vorsten geen geloofskwestie. Die zagen er een dam in tegen het Italiaanse nationalisme.

De Rijnbond wordt een Duitse Bond

Als opvolger van het Heilige Roomse Rijk en van de napoleontische Rijnbond bedacht het congres van Wenen de Duitse Bond. Ook daar zat weinig nieuws in. Zoals de Rijnbond bleef de Duitse Bond een confederale verzameling van 38 soevereine staten en deelstaten, 34 vorsten en 4 vrijsteden, met gelijke rechten. Wel omvatte de Duitse Bond twee grote mogendheden, Oostenrijk en Pruisen, die buiten de Rijnbond bleven, naast vier middelgrote koninkrijken, Beieren, Württemberg, Saksen en Hannover.

Polen en de Nederlanden

Polen bleef verdeeld onder Pruisen (Oost-Pruisen, West-Pruisen, Silezië, Posen), Rusland (het hertogdom Warschau) en Oostenrijk (Galicië). Napoleons hertogdom Warschau werd het koninkrijk Congres-Polen, Krolestwo Polskie, dat in een personele unie met Rusland verbonden werd. Prompt stuurde de tsaar Alexander zijn broer – grootvorst Constantijn Pavlovitsj – als onderkoning naar Warschau.

Joseph Paelinck, Willem I, koning der Nederlanden, 1819. De oprichting van een Verenigd Koninkrijk der Nederlanden als antiFrans bolwerk onder het Huis van Oranje was een van de erfenissen van het congres van Wenen. © Bridgeman Images © Rijksmuseum

De grootste vernieuwing op het congres van Wenen gold de vorming van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden, onder koning Willem I van Oranje. Voor die vereniging was er geen precedent. Er werden twee redenen aangevoerd. Vooreerst wist Wenen niet wat aan te vangen met de Zuidelijke Nederlanden. Een deel van Frankrijk blijven was ondenkbaar, terugkeren naar Oostenrijk evenzeer. Daarnaast wilde het congres in de Lage Landen een bijkomend anti-Frans bolwerk naast het Prui sische bolwerk in Westfalen en in het Rijnland. Ook wilde het de Oranjes belonen voor de rol die dit Huis had gespeeld in de antinapoleontische coalities.

De tweede vrede van Parijs

De tweede vrede van Parijs, ondertekend op 20 november 1815, woog voor Frankrijk veel zwaarder dan de eerste, nauwelijks een jaar eerder. Deze keer zaten geen Franse vertegenwoordigers mee aan tafel, en waren het de vier geallieerde grootmachten – Engeland, Oostenrijk, Pruisen en Rusland – die hun voorwaarden oplegden. Frankrijk werd nu wel gereduceerd tot zijn grenzen van 1790.

Op 22 juni 1815, terug in Frankrijk, is Napoleon een tweede keer afgetreden. Er volgt een ballingschap op het verre Sint-Helena. Op dat kleine eiland is Napoleon op 5 mei 1821 overleden, op 51 jarige leeftijd. Aangenomen wordt dat maagkanker hem noodlottig werd. Dat was de kwaal die in 1785, in diens 38ste levensjaar, ook zijn vader velde. Al blijven critici van de officiële versie volhouden dat hij niet aan een natuurlijke dood stierf.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content