Huis- tuin- en keukenfiscaliteit: deze achterpoortjes gebruikt u om minder belastingen te betalen

belastingen
Fiscaal advocaat Marc Delanote: ‘Het is in België zeer eenvoudig om arbeidsinkomsten met een vennootschap te veranderen in vermogensinkomsten, met alle voordelen van dien.’ © Getty Images
Peter Casteels
Peter Casteels Redacteur en columnist bij Knack

Wat zijn de meest populaire en veelgebruikte fiscale achterpoortjes in België? Knack vroeg het aan zes experten, waarvan er vijf graag meewerkten. ‘Dit is standaardadvies van elke accountant.’

Oké, het woord achterpoortje is een beetje een cliché. Het is misschien zelfs een van de grootste clichés die in de Belgische politiek rondzingen, net omdat het zo vaak wordt gebruikt. De Belgische fiscaliteit lijkt vooral via de achterpoort bedreven te worden, met oneindig veel uitzonderingen en voordeeltjes. Het zijn enkel de dommigste goedzakken die hun belastingen helemaal langs de voordeur naar de fiscus sturen.

In tegenstelling tot wat veel mensen graag denken, worden die achterpoortjes niet door behendige fiscalisten en dure accountants ontdekt. Nee, ze worden op voorhand – weliswaar vaak op suggestie van die fiscalisten – in de wetteksten geschreven die na stemming in het parlement uiteindelijk ons belastingstelsel vormen.

Aangezien het om regels gaat die netjes in de wet staan, bestaan achterpoortjes dan überhaupt nog wel? Fiscaal advocaat Gerd D. Goyvaerts gruwt van het woord achterpoortje (zie kader), en hij is niet de enige van de fiscalisten die enige reserves heeft bij de term.

Advocaat en VUB-professor Michel Maus daarentegen vindt dat het woord perfect de lading dekt.  ‘Het is wat het is: achterpoortjes waarlangs mensen minder belastingen betalen dan ze anders verschuldigd zouden zijn. Ik zie niet per se in waarom dat een negatieve bijklank heeft, hoewel oneerlijke uitzonderingen ervoor zorgen dat Belgen die wel alle belastingen betalen gefrustreerd raken en uit woede zelf beginnen te frauderen. Ook onze zwarte economie is aanzienlijk groter dan die van onze buurlanden.’

Economen hebben in tegenstelling tot fiscalisten doorgaans iets minder moeite met de term, misschien omdat ze er met iets meer afstand naar kijken. ‘Een achterpoortje is voor mij een manier waarop iemand, zonder goede reden, aanzienlijk minder belastingen betaalt dan andere burgers die nochtans evenveel verdienen’, zegt Kevin Spiritus, econoom aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. ‘Dat creëert meestal niet alleen een probleem van rechtvaardigheid, maar ook van economische inefficiëntie. Het draait er meestal om wie het best heeft kunnen lobbyen bij politici.’

Extralegaal

We zullen heel eenvoudig beginnen: er zijn maar heel weinig werknemers die op het einde van de maand enkel een brutoloon krijgen uitbetaald. Daar komen vaak nog andere voordelen bovenop.

Politici zeggen al decennia dat ze de belastingen op arbeid willen verlagen, maar in de praktijk blijkt het makkelijker om in de plaats daarvan nieuwe voordelen uit te vinden. ‘Niet alle extralegale voordelen zijn hetzelfde, maar vooral de wildgroei is vandaag funest’, vindt Ive Rosseel, fiscalist bij het ACV. ‘Er staat vandaag geen rem op. Het gaat allang niet meer alleen over een smartphone en een laptop. Sociale secretariaten zijn ook heel bedreven in het bedenken van zulke voordelen. Goed verdienende werknemers krijgen via hun werk de grootste voordelen aangeboden: aandelenopties, poetshulpen, een crèche voor de kinderen, iemand die de tuin komt onderhouden of zelfs gewoon een huis voor de manager.’

‘Er rijden meer dan 500.000 bedrijfswagens over onze wegen, maar geen enkele politicus wil dat voordeel van zijn kiezers afpakken.’

De klassieker onder deze extralegale voordelen in België is natuurlijk de bedrijfswagen. Het Planbureau berekende het deze zomer nog maar eens: de overheid loopt door dat voordeel drie tot zes miljard euro mis. ‘Met zo’n fiscaal voordeel probeert de wetgever het probleem van dure lonen op te lossen, maar hij creëert daarmee nieuwe problemen’, zegt Filip Debelva, hoofd van het Instituut voor Fiscaal Recht van de KU Leuven.

‘Er rijden ondertussen meer dan vijfhonderdduizend bedrijfswagens over onze wegen. Wat is de impact daarvan op het klimaat? Wat is de impact op onze mobiliteit? En op de schatkist? Dat is allemaal reëel, maar geen enkele politicus wil zo’n voordeel natuurlijk van zijn kiezers afpakken.’

Is het niet wat flauw om te beweren dat al deze voordelen voor loontrekkenden via achterpoortjes worden uitgedeeld? Michel Maus vindt van niet. ‘In vergelijking met een managementvennootschap zijn dat misschien wat prullen,’ zegt hij, ‘maar er zijn genoeg mensen die ook naast die klassieke voordelen vallen. Neem een willekeurige straat in Vlaanderen met rijwoningen: in het ene huis woont een leraar en daarnaast een werknemer met bedrijfswagen, laptop en smartphone van de zaak. Die leraar kan zich serieus benadeeld voelen, en niet geheel onterecht.’

Managementvennootschappen, dé truc om te ontsnappen aan belastingen?

Goede verdieners in België kunnen ook voor een groot deel ontsnappen aan de personenbelastingen, en doen dat ook steeds vaker. Ze moeten daar alleen een managementvennootschap voor oprichten, waardoor hun inkomen in de vennootschap komt te zitten en aan lagere tarieven belast wordt. ‘Dit is het standaardadvies dat veel zelfstandigen en zelfs hoge kaderleden van hun accountant krijgen’, zegt Mark Delanote, fiscaal advocaat en professor verbonden aan de UGent.

‘Het is in België zeer eenvoudig om arbeidsinkomsten met een vennootschap te veranderen in vermogensinkomsten, met alle voordelen van dien. Dat is een conceptueel probleem in onze wetgeving, uiteraard aangewakkerd door de hoge lasten op arbeid, waar de politiek niet heel veel aan wil doen.’

‘Er zijn goede redenen om een vennootschap op te starten, maar een fiscaal voordeel zou er niet een van mogen zijn.’

De regering-De Wever heeft de regels een heel klein beetje strenger gemaakt, maar daarvoor werd het alleen maar aantrekkelijker en voordeliger gemaakt om een managementvennootschap op te richten. Vorig jaar waren er al meer dan tachtigduizend. ‘In Duitsland kijkt de fiscus door zo’n vennootschapsconstructie voor een eenmanszaak heen en worden die inkomsten gewoon aan de inkomensbelasting onderworpen. Er zijn goede redenen om een vennootschap op te starten, maar een fiscaal voordeel zou er niet een van mogen zijn.’

Flexiwerk

Het statuut dat tien jaar geleden is uitgewerkt om zwartwerk in de horeca tegen te gaan, is zodanig voordelig dat zwartwerk inderdaad overbodig werd. Iedereen die al vier vijfde elders werkt of gepensioneerd is, kan als flexwerker bijna onbelast bijverdienen.

Met elke nieuwe regering worden de regels iets soepeler en de sectoren waarin flexwerk mogelijk is uitgebreid. Ondertussen hebben bijna tweehonderdduizend Belgen een flexi-job. Zij betalen geen belastingen of sociale bijdragen, enkel de werkgever betaalt werkgeversbijdragen. Op die manier is het voordeliger om ergens vier vijfde te werken en de vijfde dag te flexwerken, dan een voltijds contract aan te nemen.

‘Dit systeem slaat echt nergens op’, vindt Kevin Spiritus. ‘In mijn ogen past dat in een verrottingsstrategie van partijen als Open VLD: een hoog basistarief voor belastingen, maar iedereen wel uitzonderingen geven. Het is hetzelfde als de jaarlijkse discussie hoeveel uur studenten mogen werken zonder belastingen te moeten betalen. In Nederland is dat ondenkbaar, studenten werken daar nog veel meer en betalen gewoon belastingen zoals iedereen.’

Auteursrechten

Nog zo’n bekend en veelbesproken voordeel, toch in de wereld van de journalistiek, zijn de auteursrechten. Het is een regime dat werd bedacht om vooral kunstenaars te helpen, met het klassieke voorbeeld van de auteur die meerdere jaren aan een roman werkt. Als zijn boek eindelijk verschijnt, werden al zijn inkomsten vroeger in dat ene jaar zwaar belast. Met auteursrechten wordt een bedrag tot 75.000 euro in dat jaar maar belast aan een roerende voorheffing van 15 procent.

Het is een klassieke voorbeeld van een achterpoort die ondertussen ook werd ontdekt door mensen waarvoor die niet bedoeld was: ook het schrijven van computerprogramma’s door IT’ers, pleidooien door advocaten of zelfs tuinwerken worden in auteursrechten vergoed.  ‘Er zijn perfect legitieme redenen om voor een bepaalde groep een uitzondering te voorzien’, zegt Mark Delanote. ‘Maar het is verdorie dan wel de taak van de wetgever om ervoor te zorgen dat die uitzondering ook alleen door die groep wordt gebruikt, en niet ongebreideld wordt ingezet door Jan en alleman. Helaas ontbreekt die sturing in België totaal.’

Filip Debelva is kritisch voor alle fiscale regimes die voor één sector of niche worden uitgewerkt. Hij verwijst daarbij ook naar de zogenaamde karaattaks, een voordelig belastingregime voor de Belgische diamantsector. ‘En de regering-De Wever heeft onlangs ook nog maar eens een voorkeursbehandeling goedgekeurd voor fondsenmanagers van beleggingsfondsen. Fondsenmanagers zijn nochtans geen kleine jongens die een zetje in de rug nodig hebben, dat zijn grootverdieners.’

Erfenissen en successierechten

De experts die we spraken noemde erfenisrechten een speeltuin met wel heel veel achterpoortjes. Deze belastingregels, nochtans al een hele tijd een Vlaamse bevoegdheid, zien er even Belgisch uit als alle andere. ‘Daaromtrent is echt een hele sector ontstaan van successieplanning’, stelt Michel Maus vast. Hij geeft een voorbeeld dat wijst op de grote verschillen die snel kunnen ontstaan. ‘Stel dat een vader sterft in een tragisch verkeersongeval en zijn dochter een miljoen euro nalaat. Zij zal daar 222.000 euro van moeten afgeven aan de fiscus.’

‘Maar stel dat diezelfde man niet sterft in het verkeer, maar een ongeneeslijke ziekte heeft en hij zijn dochter dat miljoen nog bij leven kan schenken. In dat geval betaalt zij daar 30.000 euro van aan de fiscus. Dat is een groot en eigenlijk niet uit te leggen verschil. Ik stel mij in ieder geval ethische vragen bij zo’n wetgeving.’

‘Familiebedrijven zijn echt booming business, dat achterpoortje wordt elk jaar groter.’

Een uitzondering die onlangs door Vooruit in de Vlaamse regering ter discussie werd gesteld zijn de familiebedrijven. Zij kunnen aan een wel heel voordelig tarief worden geërfd, omdat de wetgever niet wil dat familiebedrijven van de ene op de andere generatie verloren gaan.

Ive Rosseel van het ACV pleit al jarenlang voor strengere regels. ‘Familiebedrijven zijn echt booming business, dat achterpoortje wordt elk jaar groter’, zegt hij. ‘Het aantal is de laatste jaren echt geëxplodeerd, omdat een aantal regels versoepeld zijn of door rechterlijke uitspraken teniet zijn gedaan. Vroeger mocht een zaak bijvoorbeeld enkel worden doorgegeven als dezelfde activiteit ook werd voortgezet, maar dat hoeft niet meer. Een dokter kan zijn managementvennootschap doorgeven aan zijn kinderen, die daar vervolgens een frituur van maken. Dat is perfect legaal, maar gaat natuurlijk helemaal in tegen het idee waarom familiebedrijven aan een verlaagd tarief geërfd moeten kunnen worden.’

Kadastraal inkomen

Alle inkomsten uit vermogen worden in België op heel verschillende manieren belast, en iedereen heeft maar uit te zoeken, of aan een accountant te vragen, welk achterpoortje voor hem of haar het handigst uitkomt. Voordelig pensioensparen is daar eigenlijk al een voorbeeld van, vindt Filip Debelva. ‘Die kortingen kosten de overheid allemaal veel geld. Moet dat echt gaan naar mensen die al geld opzij kunnen zetten’, vraagt hij zich af.

Is het kadastraal inkomen ook een achterpoortje? Er valt zeker iets voor te zeggen. Het kadaster bepaalt onder andere hoe zwaar iemand belast wordt op de woningen of appartementen die hij verhuurt. Alleen zijn die data voor het laatste geactualiseerd in 1980, op basis van cijfers uit de jaren zeventig.

De wet stelt nochtans dat die cijfers opnieuw moeten worden aangepast, maar niemand durft zich daaraan te wagen. De bedragen worden enkel geïndexeerd, wat in vele gevallen voor een zware onderschatting zorgt.

Het is een van de redenen waarom vastgoed aankopen om te verhuren een lucratieve investering van uw vermogen is. ‘Dat zorgt in de meeste gevallen voor een serieuze onderschatting van de werkelijke huurinkomsten’, vindt Michel Maus. ‘U kunt dat gerust een achterpoortje noemen.’

De meerwaardebelasting

De regering-De Wever kwam voor de zomer een ontwerp voor de meerwaardebelasting overeen. Er was meteen veel kritiek over de complexiteit van de belasting, maar dat biedt natuurlijk ook meteen kansen. De meest in het oog springende uitzondering: iemand die twintig procent of meer van de aandelen bezit, komt in een veel voordeligere tarievenschaal terecht.

‘Het is inderdaad geen schoon beestje geworden’, zegt Mark Delanote. Hij adviseerde de vorige regering nog over een fiscale hervorming. ‘Ik begrijp wel dat de regering met zo’n uitzondering ondernemers wil ontzien, maar die drempel is echt niet uit te leggen. De focus moest liggen op de actief gecreëerde ondernemingswaarde. Wat met ondernemers die minder dan twintig procent in eigen handen hebben? En waarom zou iedereen met meer aandelen per se een ondernemer zijn? Misschien zijn die mensen niet eens actief bezig met het bedrijf waar ze aandelen van hebben. Lang niet elke vennootschap is trouwens een echt actieve onderneming. Het is totaal arbitrair.’

‘In de VS bestaat al een meerwaardebelasting, daar creëren aandeelhouders op de beurs artificiële verliezen om die vervolgens van hun winsten te kunnen aftrekken.’

Kevin Spiritus begrijpt niet waarom alle ondernemers zo’n korting moeten krijgen in de plaats van gerichter in te zetten op innovatie. Hij voorziet dat we straks pas zullen weten waar de achterpoortjes, of sluipwegen, voor deze belasting precies zitten. ‘Fiscalisten zullen het een en ander proberen’, voorspelt hij. ‘De ene is al wat agressiever dan de andere. In de Verenigde Staten bestaat al een meerwaardebelasting en daar zien we dat aandeelhouders op de beurs artificiële verliezen creëren, om die vervolgens van hun winsten te kunnen aftrekken. In België kan die speculatieve strategie leiden tot een hogere heffing, maar ik twijfel er niet aan dat we nog andere trucs te zien zullen krijgen.’

Zwart geld

Michel Maus zei het al: zoveel Belgen achterpoortjes zien gebruiken, geeft andere mensen een, misschien flauw, excuus om dan maar zelf te frauderen. Dat zijn geen achterpoortjes meer, dat zijn tunnels die al dan niet met behulp van accountants gegraven worden.

Frauderen mag trouwens, merkt Ive Rosseel nog op, als u het tenminste beperkt tot 2500 euro aan zwart geld. ‘Als de fiscus erachter komt dat u geld niet aangaf, maar u blijft onder die grens, krijgt u geen belastingverhoging opgelegd. Met andere woorden: iedereen kan voor dat bedrag frauderen. Betalen in cash mag trouwens ook nog altijd tot drieduizend euro. Daar zal ook niemand vragen over stellen.’

‘Dat ze dan zelf een managementvennootschap oprichten’

‘Ik heb een gigantisch probleem met de term achterpoortje’, zegt fiscaal advocaat Gerd D. Goyvaerts van het bekende advocatenkantoor Tiberghien.

Er is niets waar u aan denkt bij dat woord?

Gerd  Goyvaerts: Nee, ik kan geen enkel achterpoortje noemen. Dat woord behoort tot het lingo van journalisten of politici die de wet willen veranderen. Neem bijvoorbeeld de tarieven om vermogen te schenken in plaats van te wachten tot iemand sterft. Dat is in 2003 ingevoerd met goede redenen, om mensen aan te moedigen om geld sneller door te geven aan de volgende generaties. Ook het concept van de managementvennootschap is ondertussen al ruim dertig jaar onbetwist. Koen Geens heeft daar als professor vennootschapsrecht in de jaren tachtig nog over geschreven. Waarom zou u dat dan een achterpoortje noemen? U wilt toch ook niet meer belastingen betalen dan wettelijk verplicht? U laat zich daarvoor als journalist misschien wel in auteursrechten uitbetalen.

Achterpoortjes worden natuurlijk altijd door de wetgever goedgekeurd, dat zegt iedereen.

Goyvaerts: Maar dat woord creëert een totaal verkeerde sfeer onder de bevolking. U moet zeer voorzichtig over fiscaliteit spreken, want voor we het weten denkt de halve bevolking dat ze onterecht te veel belastingen betalen terwijl anderen zogezegd te weinig betalen. Dat klopt niet.

Bij managementvennootschappen, bijvoorbeeld, hebben mensen misschien wel terecht dat gevoel.

Goyvaerts: Dat ze dan zelf een managementvennootschap oprichten? Ik betwist trouwens dat men daardoor minder belastingen zou betalen, u moet alles in beschouwing nemen. Zo’n vennootschappen worden gebruikt om heel terecht het ondernemingsrisico te beperken. Een ondernemer of vrij beroeper die daar niet mee werkt, is echt niet goed bezig.

Zijn er belastingregels die u, zonder het woord achterpoortje te gebruiken, oneerlijk zou noemen?

Goyvaerts: Nee. U moet ook niet over fiscaliteit praten in termen van eerlijk of oneerlijk.

Waarom zou dat niet mogen?

Goyvaerts: Daarvoor is fiscaliteit te technisch. Als u een boete krijgt voor te snel rijden, en iemand anders kan even snel rijden zonder dezelfde boete te krijgen, is dat oneerlijk. Dat is iets helemaal anders.

Michel Maus gaf het voorbeeld van een leraar die in vergelijking met veel loontrekkenden geen enkel extralegaal voordeel krijgt. Is dat niet een beetje oneerlijk?

Goyvaerts: Leraars hebben dan weer meer vakantie dan mensen die in de privésector werken. Iedereen kan van job veranderen als hij vindt dat hij oneerlijk wordt behandeld. Maar maak uw eigen keuzes en aanvaard de gevolgen ervan. In het Engels bestaat er een rijmpje: don’t tax you, don’t tax me, tax the guy behind the tree. Daar komt het altijd op neer: het is iemand anders die meer moet betalen, iemand anders die zogezegd een achterpoortje heeft gevonden. In plaats van mensen een onrechtvaardigheidsgevoel aan te praten, zou u uw lezers beter helpen te begrijpen waarom de regels vandaag zijn wat ze zijn. Zijn die regels volmaakt? Nee, natuurlijk niet. De politici die erover beslist hebben, zijn ook niet volmaakt. Maar ze zijn wat ze zijn, en het zijn geen achterpoortjes.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Expertise