Strijd tegen klimaatopwarming zit tussen de oren

© Reuters

Waarom onderneemt de mens zo weinig actie tegen de klimaatopwarming? Psychologen leggen de schuld bij ons brein.

Hoewel het ondertussen duidelijk is dat de opwarming van de Aarde meer dan ooit een bedreiging vormt voor ons menselijk welzijn, wordt dit nog steeds niet vertaald in wereldwijde doortastende maatregelen. Het lijkt alsof niet de klimaatopwarming zelf, maar wel de politieke inertie de grootste uitdaging begint te vormen voor de toekomst van onze Aarde. Maar waarom onderneemt de mens dan toch zo weinig actie tegen klimaatopwarming?

Aan het gebrek aan informatie zal het alvast niet liggen. Naast onze eigen persoonlijke ervaringen met de grillen van de weergoden – van steeds meer hittegolven tot zwaardere stormen – worden we haast dagelijks overspoeld met nieuwe studies over en bewijzen van de klimaatdreiging die boven onze hoofden hangt. Ook over het feit dat de menselijke activiteit een hoofdrol speelt in die klimaatverandering, bestaat ondertussen al lang geen twijfel meer.

Als het niet een gebrek aan informatie is wat ons doet verzuimen uit onze luie zetel te komen, wat dan wel? Onze eigenste hersenen, zo schrijft Time Magazine op haar website.

Slapen in een brandend bed

Volgens psycholoog Daniel Gilbert van de universiteit van Harvard is onze onwil om de klimaatverandering aan te pakken, gedeeltelijk te wijten aan de manier waarop ons brein werkt. Zo neemt de klimaatverandering geen menselijke vorm aan waardoor het moeilijk is voor de mens om het als een vijand te zien.

Daarnaast vindt ons brein het moeilijker om om te gaan met trapsgewijze veranderingen dan met snelle wijzigingen. De klimaatverandering heeft zich op een dergelijk trage manier ontwikkeld dat onze hersenen het fenomeen als normaal zijn gaan beschouwen. En dat is precies wat de dreiging zo gevaarlijk maakt. Of zoals Gilbert schrijft: ‘De dreiging slaagt er niet in om onze hersenen te alarmeren, waardoor we rustig blijven doorslapen in een brandend bed’.

Het onvermogen van de hersenen om de klimaatverandering als een bedreiging te beschouwen, is volgens Robert Gifford, professor aan de Canadese universiteit van Victoria, te wijten aan een 30-tal factoren. Hij verwijst onder meer naar ideologieën of wereldbeelden die het nemen van maatregelen verhinderen, de vergelijking met andere mensen en een gevoel van onrechtvaardigheid (‘Waarom zouden wij iets moeten doen als dat bedrijf of dat land dat niet doet?’).

Klimaatopwarming is psychologisch en sociologisch uniek

De Amerikaanse psychologe Renee Lertzman heeft dan weer een andere verklaring voor onze (ogenschijnlijke) apathie tegenover het klimaat. Volgens haar is onze onwil om actie te ondernemen namelijk een verdedigingsmechanisme voor een psychologisch lijden.’De verklaring voor de tegenstrijdigheid tussen onze daden en onze overtuiging is niet apathie of ontkenning maar simpelweg het feit dat we zo veel geven om zowel onze planeet als onze manier van leven. En dat conflict is voor de mens te pijnlijk om dragen’, aldus Lertzman. ‘We weigeren te aanvaarden dat onze manier van zijn tegenwoordig samengaat met de meest onwaarschijnlijke verwoesting. En als we daar niet mee kunnen omgaan, komen we vast te zitten.’

Lertzman beweert dat het een goede zaak zou zijn mochten mensen wat meer samenkomen om over klimaatverandering te praten zodat het praten erover maatschappelijk aanvaardbaarder wordt. (TE)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content