Turkije heeft vrijdag ongeveer 10.000 Syrische vluchtelingen tegengehouden aan de grenspost van de stad Kilis. Ze maakten deel uit van de naar schatting 60.000 à 70.000 personen die donderdag op de vlucht zijn geslagen voor de toenemende gevechten en Russische bombardementen in de buurt van Aleppo, in het noorden van Syrië.
“Er zijn nu 10.000 nieuwe vluchtelingen aan het wachten aan de grens bij Kilis”, zei de Turkse premier Ahmet Davutoglu donderdag al op de Syrië-top in Londen.
“We zien nu een stroom van 60.000 à 70.000 personen van kampen ten noorden van Aleppo richting Turkije.” Andere bronnen, zoals het Syrische Observatorium voor de Mensenrechten, dat zich beroept op lokale bronnen, hebben het over zo’n 40.000 burgers die op de vlucht zijn.
Erdogan riep de Russen op hun bombardementen te staken. “Onze Europese vrienden vragen ons om de vluchtelingenstroom te stoppen. Hoe kunnen wij dat doen als Rusland en het Syrische regime deze mensen bombardeert?” Woensdag wezen ook de Verenigde Staten al met een beschuldigende vinger naar Moskou.
De Russische bombardementen versterken de positie van al-Assad en verzwakken de Syrische oppositie, waardoor de vredesgesprekken in Genève moeilijk verlopen en woensdag noodgedwongen werden opgeschort tot eind deze maand. (Belga/NSK)
