De Amerikaanse defensiegroep Northrop Grumman heeft het belangrijke contract voor de volgende Amerikaanse langeafstandsbommenwerper binnengehaald. Het contract is minstens 55 miljard dollar (50 miljard euro) waard.
Dat maakte het Pentagon bekend.
De andere kandidaten voor het contract waren Boeing en Lockheed Martin.
Het contract betreft de vervanger van de B-2 en het wordt de eerste nieuwe bommenwerper sinds het einde van de Koude Oorlog. De VS willen honderd nieuwe toestellen. Elk exemplaar zou volgens specialisten zo’n 564 miljoen dollar (510 miljoen euro) kosten. De onderhandelingen sleepten maanden aan. Dat de keuze op Northrop viel is een verrassing, want het bedrijf is veruit de kleinste speler. Sommigen schatten de totale waarde van het contract op 60 miljard dollar.
Ashton Carter, de Amerikaanse minister van Defensie, zei dat het toestel “een technische sprong voorwaarts” betekende, die de VS zal toestaan “dominant te blijven”. Carter noemde het contract een “strategische investering voor de komende 50 jaar”.
Snufjes
De nieuwe langeafstandsbommenwerpers (B-3) zouden medio 2020 afgeleverd worden. Over welke technische snufjes ze precies zullen beschikken, wordt nog geheim gehouden. De vliegtuigen zouden alvast in staat moeten zijn om kernwapens te vervoeren, om aan de meest gesofisticeerde anti-afweersystemen te ontsnappen en om een grote hoeveelheid bommen en raketten over een lange afstand te vervoeren.
Boeing en Lockheed Martin reageerden teleurgesteld op de beslissing. Ze kondigen aan overleg te plegen met het Pentagon. Het is niet ongewoon dat de toewijzing van grote contracten wordt aangevochten.
Northrop had een hele strategie ontwikkeld om het contract binnen te halen. Zo werden onder meer advertenties geplaatst tijdens de Super Bowl, de meest bekeken sportwedstrijd van het jaar in de VS.
(Belga/RR)
