Herman Matthijs (UGent, VUB)

‘G7: Trump zit met gedachten elders en tussen andere zes is verdeeldheid groter dan eensgezindheid’

Herman Matthijs maakt een balans op van de 44e G7-top, afgelopen weekend in het Canadese Charlevoix. ‘De verdeeldheid is groter dan de eensgezindheid’.

Afgelopen weekend kwam voor de 44ste keer de G7 samen, deze keer in Charlevoix in de Canadese provincie Quebec. Gastheer was de Canadese liberale eerste minister Justin Trudeau, uitgenodigd de Amerikaanse president Donald Trump, de Franse president Emmanuel Macron, de Duitse bondskanselier Angela Merkel, de Britse eerste minister Theresa May, de Japanse premier Shinzo Abe, de Italiaanse premier Giuseppe Conte alsook de leiders van de EU Commissie, Jean-Claude Juncker, en de Raad, Donald Tusk. Deze laatste twee zijn eerder waarnemers.

Schets

Deze G7 staat momenteel (enkel de zeven landen) voor 62 procent van de mondiale welvaart, 46 procent van het mondiale BBP, 505 miljoen inwoners, drie kernmachten, drie van de vijf vaste leden van de VN veiligheidsraad, vier van vijf munten in de IMF-korf (dollar, euro, yen en Brits pond).

Als gevolg van de oliecrisis van 1973 kwam deze club voor de eerste keer samen, in Parijs in november 1975. Toen was het nog een club van zes, want Canada is er pas bijgekomen tijdens de tweede top op het Amerikaanse eiland Puerto Rico in 1976. De EU-voorzitters werden pas toegelaten op de derde top te Londen in 1977. Maar het is vooral een babbel tussen de zeven landen. Tot voor enige jaren behoorde ook Rusland daar toe, maar president Vladimir Poetin wordt niet meer uitgenodigd als gevolg van de annexatie Krim.

Het is een zeer westerse club van vier EU-leden, de twee Noord-Amerikaanse landen en Japan. Men is er nog nooit toe gekomen om als EU met één stem naar die bijeenkomsten te gaan. Deze G7-meetings zijn bepaald geen voorbeeld van de Europese integratie. Maar deze kleine club bespreekt wel allerlei problemen: terrorisme, handel, monetair beleid enzovoort. Andere belangrijke economieën , zoals China en India, moeten hun standpunt dan maar verdedigen in de G20. Veel indrukwekkends is er nog nooit uit deze tops gekomen, maar om de zes maanden zien de dames en heren staats- of regeringsleiders elkaar in deze kleine westerse club van de groten der aarde.

Problemen

Maar de zeven aanschuivende landen zitten allemaal met de nodige interne problemen. De EU gaat helemaal niet meer vooruit door de aanslepende budgettaire problemen van diverse landen, de beperkte economische groei, het teveel aan leden, de brexit en het migratiedossier. Laat ons even de interne posities overlopen van de zeven deelnemende landen.

1. Canada

De Canadese regeringsleider moet zich opmaken voor de nationale verkiezingen van 2019 en heeft zeer recent, op 7 juni, een electorale opdoffer van formaat moeten incasseren: de liberale partij is van 58 naar 7 zetels gegaan bij de verkiezingen voor het statelijke parlement van de machtigste staat, Ontario. De winnaar is Doug Ford met zijn Conservatieve partij. Die ging van 27 naar 76 zetels. Deze nederlaag komt zeer ongelegen voor Trudeau, die ook zijn belangrijkste minister-president, Kathleen Wynne, zag sneuvelen als regeringsleidster in Toronto. Maar die Doug Ford, broer van de vroegere burgemeester van de hoofdstad Toronto, is een zakenman met als politieke benaming ‘de Canadese Donald Trump’.

Premier Trudeau moet ook oppassen in zijn handelsbeleid tegen de maatregelen van president Trump, want de almachtige provincies binnen de Canadese confederatie zijn daarover enorm verdeeld. Wat Trudeau wel bindt met Trump is de hogere prijs van olie en gas. Dat komt goed uit voor beide landen omdat daardoor de dure schalie ontginningen rendabeler worden. Tenslotte moet er nog op gewezen worden dat Canada een vrijhandelsakkoord heeft met de EU: CETA. Maar het is duidelijk dat de Republikeinse leider Donald Trump rekent op een conservatieve regeringsleider te Ottawa in 2019. Dat verklaart ook zijn uitval naar de ‘zwakkere’ Trudeau.

2. Frankrijk

President Macron wil alles veranderen in zijn eigen republiek en ook in Europa. Maar veel heeft hij nog niet verwezenlijkt. Bovendien heeft zijn partij geen meerderheid in de Franse Senaat, noch beheert hij de Franse steden en departementen. Frankrijk is een economisch kerkhof en de laatste president die veranderingen heeft doorgevoerd in het ‘douce France’ was Giscard in de jaren zeventig. Het politieke resultaat daarvan was dat hij zichzelf niet heeft opgevolgd.

President Macron en het eigenlijke staatshoofd, echtgenote Brigitte Trogneux, weten ook geen blijf met de al weken durende treinstaking en de toestand van de Franse openbare financiën (bijna 100 procent BBP schuld en 3 procent BBP tekort ). Bovendien zit ook Frankrijk met een enorm migrantenprobleem. Dat Macron de laatste dagen steun zocht bij de Franstalige Trudeau, heeft ook wel te maken met de relatief geïsoleerde positie van Parijs in het EU-netwerk.

3. Verenigd Koninkrijk

Het Verenigd Koninkrijk zoekt nog een economisch acceptabele uitweg uit de EU en de regering-May leidt voor de rest een vrij onstabiel politiek leven en dit door de noodzakelijk steun van de Noord-Ierse protestanten en de Schotse kwestie. Maar de recente lokale verkiezingen heeft ze goed overleefd. Voor de Britten komt het er vooral op aan om de Londense City als financieel centrum te behouden. Maar de Britse conservatieve regering maakt ook geen grootse indruk.

4. Duitsland

Duitsland heeft een goed draaiende economie en een begrotingsoverschot van meer dan 40 miljard euro. Maar de donkerwolken komen eraan. Als gevolg van de Amerikaanse import maatregelen inzake staal en aluminium gaat de Duitse export haperen en in combinatie met een onoverzichtelijk migratiebeleid kan dat van dit land een probleemgeval maken. Bovendien is een regeringscoalitie van drie verliezende partijen zoals in Duitsland nooit een ideale optie.

De Bondsrepubliek weet ook niet goed wat ze wil. Het vindt zich te groot voor Europa en te klein voor de wereld. Veel steun voor de Europese plannen van Macron is er ook te Berlijn niet te vinden. Bovendien weet kanselier Merkel geen blijf met de plannen van de anti-establishment regering te Rome.

5. Italië

De nieuwkomer is de Italiaanse eerste minister Giuseppe ‘Il Professore’ Conte. Dat land kent voor het eerst een volledig niet-traditionele regering met een coalitie van de Lega en de Vijfsterrenbeweging. In feite is hij ‘de jure’ regeringsleider, want in werkelijkheid moet Conte luisteren naar de twee partijchefs: Di Maio (5S) en Salvini (Lega). Het nieuwe Italië is het niet eens met de migrantiepolitiek van Europa en vindt ook dat de sancties tegenover Rusland naar de prullenmand mogen gegooid worden. Italië zou nog wel eens een bondgenoot kunnen worden van de Britten tegen het Europees centralisme. Daardoor rest er in het beste geval een band Berlijn-Parijs binnen de G7. Maar het wordt afwachten wat de regering-Conte gaat presteren. Men kan het alleen maar beter doen dan in het verleden. Inderdaad, Italië wordt al tientallen jaren niet meer ernstig bestuurd vanuit Rome. De cruciale vraag is of eurozone houdbaar blijft met Italië?

6. Japan

De Japanse premier Abe is de wat vreemde eend in deze club van zeven. Japan voert een relatief geïsoleerde politiek en leeft vooral van zijn enorme export. Het land kent een zeer strenge migratiewetgeving en een sterk dalende bevolking. Daardoor kent Japan een zeer hoge tewerkstellingsgraad (tegen de 80 procent), amper werkloosheid en is men in een situatie beland dat de niet zo sterke economische groei nog altijd een stuk boven de dalende demografie staat. In combinatie met een monetair beleid van een zwakkere munt en enorme investeringen in de robotica , is Japan op zijn sloffen teruggekeerd. Weliswaar kent dit land een fenomenale overheidsschuld (245 procent BBP), maar door de hoge Japanse spaarquota is dit internationaal geen probleem. De grote uitdagingen voor Japan zijn de ‘deal’ tussen Amerika en Noord-Korea en de positieve handelsbalans met de VS. Maar Japan rijdt voor zijn eigen en zal wel een bilaterale handels ‘deal’ sluiten met de VS.

7. VS

En dan is er de Amerikaanse regeringsleider Donald Trump. Hij wil zijn deficitaire handelsbalans van 800 miljard dollar dichtrijden. Om te beginnen worden er tarieven van 25 procent gezet op staal en 10 procent op aluminium – met andere woorden de import van staal- en auto’s wordt getroffen. President Trump rekent er vooral op dat de tegenstanders verdeeld geraken. De tegenzet van de EU gaat over hogere tarieven voor whisky, jeans, pinda’s en Harley’s. Dat bewijst dat men op het Schumanplein te Brussel het probleem niet begrepen heeft.

Conclusie

Deze 44ste G7-top gaat zeker niet de geschiedenisboeken halen voor zijn resultaten. President Trump zit met zijn gedachten te Singapore voor de ontmoeting met de Noord – Koreaanse leider Kim Jong-un. Bovendien wil het Amerikaanse staatshoofd de industriële staten aan het Grote Merengebied politiek soigneren met het oog op de verkiezingen van november aanstaande. Als hij die overleeft, dan staat hij in ‘pole position’ voor zijn herverkiezing van 2020.

Voor het overige is de verdeeldheid groter dan de eensgezindheid tussen de andere zes leden van de G7. Vooral de EU staat voor een keuze tussen verder prutsen met 27/28 leden of met een kleine groep landen een doorstart maken. Maar van dit laatste komt in de praktijk weinig van in huis. In ieder geval heeft de schatrijke miljardair Donald Trump een einde gemaakt aan de ongebreidelde geliberaliseerde mondiale vrijhandel. Zou President Poetin opnieuw worden uitgenodigd op de 45ste bijeenkomst van de zeven/acht?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content