Wat oesters en paardentanden ons vertellen over het klimaat

© iStock

Wetenschappers kunnen aan de hand van oesters en paardentanden vroegere klimaatveranderingen nagaan.

Nieuw VUB-onderzoek op oesters en op paardentanden moet wetenschappers helpen om modellen te maken waarmee ze accurate klimaatreconstructies kunnen doen. Oesters geven een goed algemeen beeld van het klimaat en de seizoenen in een min of meer constante mariene omgeving, de paardentanden geven meer info over weer en klimaat aan land. ‘Het onderzoek laat toe om erg gedetailleerde snapshots te maken van het klimaat, de seizoenen en de omgeving op het ogenblik dat de oesters of de paarden leefden’, zegt VUB-vorser Niels de Winter van de vakgroep Analytische Milieu- en Geochemie (AMGC).

Voor zijn onderzoek gebruikte de Winter oesters die de afgelopen drie jaar op onze borden terechtkwamen in Noord-Frankrijk, België en Nederland, en tanden van paarden die hij in slachthuizen en veeartsenijscholen kon krijgen. ‘Zowel schelpen als herbivorentanden vertonen seizoenale verschillen’, zegt de Winter. ‘Ze slaan, afhankelijk van de beschikbare voedingsstoffen, een andere mix op van sporenelementen en een andere verhouding van zuurstof- en koolstofisotopen. De aanwezige sporenelementen en hun verhouding tot elkaar kunnen we meten met een relatief nieuwe en snelle meetmethode, op basis van Micro X-Ray Fluorescentie, een methode waarmee je metingen kan doen zonder het staal te beschadigen.’

Bij de oester speelt de watertemperatuur een belangrijke rol in de opname van bepaalde sporenelementen, zoals magnesium.

Niels de Winter, VUB

Aan de hand van de metingen kan de Winter achterhalen hoe een oester reageert op de seizoenale beschikbaarheid van voedsel, het zoutgehalte van het water en de watertemperatuur in zijn omgeving. Hetzelfde geldt voor de seizoenale veranderingen in het menu van paarden en hoe dat de groei van zijn tanden beïnvloedt. ‘Vooral de oesters zijn zeer geschikt voor de opbouw van onze modellen’, weet de Winter. ‘Ze worden gekweekt in omstandigheden die erg goed gekend zijn. Zowel watertemperatuur als de kwaliteit en samenstelling van het zeewater worden bijna continu gemonitord. Zo konden we ook vaststellen hoe een oester reageert op een bepaalde concentratie van sommige voedingsstoffen en bij welke temperatuur, hoe de opname ervan seizoensgebonden is , hoeveel en welk plankton er op dat moment in de zee aanwezig is… Bij de oester speelt de watertemperatuur een belangrijke rol in de opname van bepaalde sporenelementen, zoals magnesium. We hebben ook bijna dag na dag een erg precies beeld van de weersomstandigheden waarin de oesters groeiden. Door de gegevens over de paardentanden daarmee te vergelijken, krijgen we ook een goed model voor het continentale klimaat en voor de lengte en intensiteit van de seizoenen.’

Eenmaal het model op punt zal staan, wordt het relatief simpel om dezelfde metingen te doen op tanden en schelpen die in archeologische context zijn gevonden. Zo zijn heel nauwkeurige uitspraken mogelijk over het klimaat waarin paarden maar ook andere zoogdieren en schelpen hebben geleefd. ‘In samenwerking met dr. Christophe Snoeck, een archeoloog van de AMGC-onderzoeksgroep, ben ik een analyse aan het maken van tanden die tijdens opgravingen gevonden zijn. Aan de hand van dat onderzoek kunnen we uitspraken doen over de leefomstandigheden van de mensen die er gewoond hebben. Ik zal mijn onderzoek trouwens niet beperken tot oesters en paardentanden. Ook mensentanden en botten komen in aanmerking, of ander biologische resten die gelinkt worden aan de omgeving van mensen die vroeger hebben geleefd. We kunnen bovendien nog veel verder teruggaan in de tijd. De methode kan perfect toegepast worden op fossiele schelpen en tanden, waarmee we momentopnames kunnen maken van het klimaat en de seizoenen in paleontologische context.’

Partner Content