VBO-topman Pieter Timmermans: ‘Tegen de vakbonden zeg ik: zet die “ploat” eens af’
Pieter Timmermans is een ervaren onderhandelaar, en toch had de topman van het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO) de staking van woensdag 13 februari niet zien aankomen. ‘De val van de regering-Michel heeft bij de vakbonden een belletje doen rinkelen: “Dit is een kans om toe te slaan.”‘
Al sinds 1998 speelt Pieter Timmermans een prominente rol bij het sociaal overleg in België, eerst als directeur-generaal en later als gedelegeerd bestuurder van het VBO. Centraal in dat overleg staan de tweejaarlijkse interprofessionele akkoorden (IPA’s) over de loon- en arbeidsvoorwaarden van werknemers in de privésector. Op dit moment zou er onderhandeld moeten worden over het IPA voor de volgende twee jaar, maar die gesprekken zijn afgesprongen. De drie vakbonden gaan niet akkoord met de maximale loonsverhoging van 0,8 procent die de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven naar voren schuift: zij willen meer. Om hun eis kracht bij te zetten, hebben het christelijke ACV, het socialistische ABVV en de liberale ACLVB beslist om op woensdag 13 februari een algemene staking uit te roepen, in de privésector en bij de overheid. Dat heeft Timmermans verwonderd en ongerust gemaakt.
Robert Vertenueil (ABVV) beschuldigt de bedrijven van slavenarbeid, net nu we zorgen voor meer dan 200.000 extra jobs. Je moet het maar durven.
Pieter Timmermans: Deze onderhandelingen zijn de vreemdste die ik ooit heb meegemaakt. Ik zie ons hier nog zitten tijdens de eerste bijeenkomst, op een maandag. Ik vraag aan de vakbonden: ‘Wat is jullie voorstel over het minimumloon?’ Dat is altijd een belangrijk punt voor hen, vandaar. Maar het blijft stil. Ik begrijp dat niet en herhaal mijn vraag. Opnieuw komt er geen antwoord.
Na de vergadering heb ik tegen mijn collega’s van de werkgevers gezegd: ‘Er is bij de vakbonden iets wat niet gezegd wordt. Iets wat wij niet kunnen vatten. Dit loopt niet goed af.’ Die woensdag zouden we opnieuw vergaderen, maar dinsdag lieten de vakbonden al weten: ‘Wij gaan staken.’ Terwijl het debat niet eens echt was opgestart. Ze hebben de deur niet dichtgedaan, ze hebben de deur dichtgesmeten.
Ik heb het de vakbonden een paar keer duidelijk gemaakt: de omstandigheden zijn uiterst precair. In eigen land zitten we zonder regering, en dat terwijl de economische groei opnieuw slabakt. Internationaal is de situatie erg instabiel. Er dreigt een handelsoorlog tussen de Verenigde Staten en China. Dichter bij huis houdt iedereen zijn hart vast voor de negatieve gevolgen van de brexit: die zouden vooral de Vlaamse economie en werkgelegenheid treffen. Onze leden verwachten van ons dat wij, ondanks die omstandigheden, een sereen sociaal klimaat proberen te creëren. Ik ga ervan uit dat de vakbonden dat eigenlijk ook willen. We gaan pragmatisme toch niet inruilen voor ideologie en politiek? Daarom wil ik na de staking zo snel mogelijk weer rond de onderhandelingstafel zitten.
Dan zult u toch moeten praten over een loonstijging die niet beperkt is tot 0,8 procent, want dat eisen de vakbonden.
Timmermans: Ik blijf het godgeklaagd vinden dat de sociale partners blijkbaar alleen ernstig kunnen praten over een cijfer als 0,8 procent. Terwijl er een heel economisch, ecologisch, maatschappelijk en sociaal programma voor ons ligt waarover wij het graag zouden hebben. Mobiliteit is een groot probleem in dit land: kunnen we via een mobiliteitsbudget niet méér inzetten op het trein-tram-busverkeer? Hoe kunnen we een kader scheppen voor e-commerce, zodat er minder aankopen gedaan worden in het buitenland en er meer werkgelegenheid komt in België? Wat met de welvaartsenveloppe om precaire doelgroepen te steunen? Wij zouden dat geld graag concentreren op alleenstaande vrouwen met kinderen. Enzovoort.
Verdrinkt u zo de vis niet? Het loon is natuurlijk wel de eerste reden waarom mensen gaan werken.
Timmermans: Ik zit nu twintig jaar mee rond de tafel bij het sociaal overleg. In die tijd zijn er telkens pas IPA’s tot stand kunnen komen als we het over meerdere elementen eens waren. En dat zal zeker nu het geval zijn, alleen al om de loonkosten onder controle te kunnen houden. Tussen 2005 en 2015 hebben we in dit land de competitiviteit uit het oog verloren. Het resultaat was ernaar: onze loonhandicap met het buitenland rees de pan uit. In tien jaar verdwenen er daardoor 90.000 jobs in de maakindustrie. Had het anders gekund? Ik daag iedereen uit om in het buitenland een product verkocht te krijgen dat 17 procent duurder is dan dat van een Franse, Duitse of Nederlandse concurrent.
De eerste fase van de taxshift kwam de bedrijven ten goede. Straks zullen de werknemers en de gezinnen de positieve effecten voelen.
Daarom zouden wij voor dit IPA graag een debat willen over netto versus bruto, bijvoorbeeld via het systeem van maaltijdcheques of de bijdrage van de werkgever in het openbaar vervoer. De eerste maatregel ondersteunt de consumptie in België, de tweede zet in op duurzamere mobiliteit.
Hoe verklaart u de oproep om te staken? Is het de impact van de gele hesjes en de klimaatbetogingen? Of de invloed van de extreemlinkse PVDA/PTB op het voetvolk en de kaderleden van de bonden?
Timmermans: De beweegredenen van de vakbonden lijken me weinig met het interprofessionele overleg zelf te maken te hebben. Deze staking is een gevolg van de val van de regering-Michel. Dat er ineens geen echte meerderheid meer was, heeft een belletje doen rinkelen: ‘Dit is een kans om toe te slaan.’
Wellicht redeneren de vakbonden: er is geen regering waarop het VBO kan terugvallen als het sociaal overleg mislukt, dit is het geschikte moment om de werkgevers onder druk te zetten.
Timmermans: Blijkbaar wel, ja. Ik vind trouwens dat de vakbonden de regering-Michel met te veel negatieve a priori’s benaderd hebben. Kris Peeters (CD&V) en Charles Michel (MR) waren nog maar een dag aangesteld als informateurs, in de zomer van 2014, toen ik al een telefoon van hen kreeg: ze wilden de Groep van Tien zien. Ik belde onmiddellijk naar ACV-voorzitter Marc Leemans en toenmalig ABVV-voorzitter Rudy De Leeuw: ‘Dit is een enorme opportuniteit.’ Tot mijn stomme verbazing weigerden ze allebei: ‘Dat doen we niet.’ Ik vermoed dat ze later hebben beseft dat dat een blunder was.
Vroeger zeiden de vakbonden altijd dat de werkgevers in een zetel zaten: als jullie geen gelijk kregen, negeerde de regering het sociaal overleg en duwde ze door wat het VBO en Unizo wilden.
Timmermans: Over welk ‘vroeger’ spreken ze? Twintig van de laatste vijfentwintig jaar heb ik samengewerkt met ministers van Werk en Economie die níét uit werkgeverskringen kwamen. Moet ik mijn Atoma-schriftjes eens opendoen? Daarin staan ontelbaar veel passages waarin ik beschrijf hoe er tijdens onderhandelingen weer een telefoon kwam van de minister. Toevallig deed die de vergadering dan een suggestie waarvan wij als werkgevers zeiden: ‘ Tiens, hebben we dat voorstel niet al eens horen vallen aan deze tafel? (lacht)
De werkgevers zijn nooit – nooit – van de onderhandelingstafel weggelopen, de vakbonden wel. Ik zou dus zeggen: zet die ploat eens af.
Pieter Timmermans
– 1964: geboren in Ninove
– Studie: handelsingenieur (KU Leuven, 1986), Master of Public Administration (EHSAL, 1993)
– 1989-1992: werkt voor de studiediensten van de ministeries van Economische Zaken en Financiën
– 1993-1998: adviseur van vicepremier en minister van Begroting Herman Van Rompuy (CVP)
– 1998-2012: directeur-generaal van het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO)
– Sinds 2012: afgevaardigd bestuurder VBO
Anders dan de vakbonden bent u wel positief over het sociaal-economische beleid van de regering-Michel.
Timmermans: Waarom niet? De regering-Michel had eindelijk begrepen dat je de koek moet bakken alvorens hem te verdelen. Eerst moet de economie vooruit, daarna kijk je naar de baten en opbrengsten. Ik heb veel te veel regeringen gekend die de koek al aan het verdelen waren toen er nog geen koek was – in de hoop dat hij nog wel gebakken zou raken. Daarom treedt het laatste deel van de taxshift nu pas in werking. De eerste fase kwam de bedrijven ten goede, en straks zullen de werknemers en de gezinnen de positieve effecten voelen. Het inkomen van het doorsneegezin zal met meer dan 5 procent toenemen.
Als de loonhandicap van België de laatste vier jaar zo sterk is gedaald, wil dat toch vooral zeggen dat de werknemers een forse inspanning hebben geleverd: hun loon steeg minder dan dat van hun collega’s in Frankrijk of Duitsland. Begrijpt u niet dat de vakbonden toe zijn aan een inhaaloperatie?
Timmermans: Maar ook de werkgevers hebben een inspanning gedaan! Ik hoor het Marc Leemans en Rudy De Leeuw vier jaar geleden nog zeggen in De zevende dag: ‘De werkgevers krijgen cadeaus van de regering en geven ons geen garanties over de werkgelegenheid.’ Ik heb hun gezegd dat economie een humane en geen exacte wetenschap is – er bestaat geen formule om extra werkgelegenheid te berekenen. Ik heb ook gezegd dat een loonmatiging in elk geval een positief effect op de werkgelegenheid zou hebben, en dat we elkaar over vijf jaar zouden spreken.
Dat moment is nu gekomen. Studies en statistieken bevestigen zwart op wit: er zijn de voorbije vier jaar meer dan 200.000 jobs bij gekomen. Het gaat om kwalitatieve jobs, met vooral vaste contracten, en vooral in de privésector.
Ik was er niet over te spreken dat ABVV-voorzitter Robert Vertenueil zei : ‘ Ce patronat veut faire des travailleurs des esclaves.‘ Je moet het maar durven, de bedrijven beschuldigen van slavenarbeid, net nu we zorgen voor zo veel extra jobs. Meer dan 200.000 gezinnen krijgen daardoor een inkomen dat hoger is dan de werkloosheidsuitkering. Bovendien is de extra werkgelegenheid waarvoor de aftredende regering heeft gezorgd de grootste bijdrage in jaren aan de financiering van de sociale zekerheid en het opvangen van de vergrijzing.
Voor het klimaat geldt hetzelfde als voor het sociaal overleg: wie a zegt, moet ook b zeggen.
Was u vorige week niet een beetje te opportunistisch toen u, in een reactie op de klimaatbetoging, beweerde dat de indexering afschaffen goed is voor het klimaat?
Timmermans: De journalist of eindredacteur die die titel boven dat stuk gezet heeft, was in elk geval niet aanwezig op onze persconferentie. Ik heb iets anders gezegd, namelijk dat het klimaatdebat vrij snel kan uitmonden in een indexdebat. De meeste ideeën die ik hoor om de klimaatopwarming te beperken, zijn groene heffingen die de burgers moeten aanzetten om hun gedrag te wijzigen. Maar als die heffingen gewoon doorberekend worden in de index, zullen de lonen automatisch meestijgen. En dan is het sturende effect van dat nieuwe beleid meteen geneutraliseerd.
Om dezelfde reden haalde CVP-premier Jean-Luc Dehaene in zijn tijd de heffingen op sigaretten en alcohol uit de index toen hij die verhoogde.
Timmermans: Dehaene heeft de groenen nog moeten wijzen op de mogelijk perverse gevolgen van de ecofiscaliteit. Ofwel zorgen die bijkomende heffingen ervoor dat wij ons gedrag wijzigen, en dan brengt die fiscaliteit niets op. Ofwel hebben ze weinig of geen invloed op ons gedrag, en dan zijn het pure belastingen. Zeg het dan zo.
Het klimaatprobleem oplossen, dat is allemaal goed en wel. Maar hoe? Daarom doen de ondernemers voorstellen om het haalbare haalbaar te maken. Vanuit dat perspectief is het VBO niet tegen een kilometerheffing of tegen CO2-heffingen. We pleiten bijvoorbeeld ook voor een ambitieus investeringsplan om onze overheidsgebouwen te isoleren. Toen ik dat plan onlangs ontvouwde, zag ik Groen-voorzitter Meyrem Almaci enthousiast knikken. Maar ik vertelde haar ook dat onze bedrijven uiterst bezorgd zijn over de energiebevoorradingszekerheid na 2025. Tienduizenden klimaatbetogers die plannen steunen waarin nieuwe windmolens zullen zorgen voor onze energie: dat is mooi om te zien. Maar diezelfde dag lees je dat in acht op de tien gemeenten waar men zo’n windmolen wil bouwen meteen een actiecomité gevormd wordt dat daartegen in beroep gaat bij de Raad van State.
Voor het klimaat geldt, met andere woorden, hetzelfde als voor het sociaal overleg: wie a zegt, moet ook b zeggen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier