Philippe Samyn: “Elf uur werken per dag? Evident, toch?”

Wie naar de Belgische architect-ingenieur Philippe Samyn luistert, kan niet anders dan geboeid raken door een opvallende persoonlijkheid met uitgesproken ideeën en sterke karaktereigenschappen. Acht lezers van Knack kunnen een avond lang proberen te achterhalen wie er écht achter dat vlinderdasje schuilt.

Als de lezers en Samyn hun plaatsen aan de tafel in de keuken van kunstenares Isabelle de Borchgrave uitzoeken, en de sfeer nog wat terughoudend-afwachtend is, zegt Philippe Samyn plots: “Vinden jullie het goed als ik aan de andere kant van de tafel ga zitten? Ik wil naar de open haard kunnen kijken.” Het klinkt veeleer als een vriendelijk bevel dan een open vraag. Naambordjes worden geswitcht, en Samyn krijgt zijn geprefereerde plaats.

“Ja, je moet weten, ik ben een onleefbaar iemand. Ik kijk vooruit, weet duidelijk wat ik wil en vind dat de rest me moet volgen. Tijd om te discussiëren heb ik niet.” Dat hij een tiran is, vindt hij zelf: “Ik ben mijn drie opeenvolgende vrouwen heel dankbaar dat ze aanvaarden dat mijn beroep me helemaal opeist.”

Dominant wil Samyn zich nochtans niet noemen: “Mijn medewerkers beschouw ik als mijn kinderen. Ik vertrouw hen grenzeloos en verwacht omgekeerd hetzelfde. Ik vind het niet erg als ze al eens fouten maken, zolang ze daar maar eerlijk en open over communiceren.” Het lijkt dan ook een uitdaging om voor een flamboyant iemand als Samyn te werken. “De selectiegesprekken doet een vennoot, niet ikzelf. We zoeken cutting-edge wetenschappers. Ik moet de beste hebben, vanwaar ze ook mogen komen. Harde werkers en bouwers, geen babbelaars. De eerste jaren als ze hier werken, duw ik ze kapot. Als ze voldoende spieren hebben om die beginperiode te overleven, dan blijven ze quasi altijd tot aan het einde van hun carrière. Weet je: wij hebben één sleutel, één telefoonnummer, één emailadres. En over de erelonen valt bij mij niét te onderhandelen. Elf uur werken per dag, dat moet je evident vinden.” Als een lezer een opmerking maakt over work-lifebalans, antwoordt Samyn laconiek: “Dan moet je geen architect worden.”

Philippe Samyn:
© Jerry De Brie
Als ik vermoed dat opdrachtgevers ethisch niet op het hoogste niveau staan, dan wil ik niet voor hen werken.

Ook voor zijn klanten is Samyn uitgesproken duidelijk. “Ik heb geen klanten. Alleen opdrachtgevers. Centraal in wat ik voor hen doe, is hun droom, hun ziel. Maar als ik vermoed dat ze ethisch niet op het hoogste niveau staan, dan wil ik niet voor hen werken. Ik heb niks meer nodig, en vind het dan ook makkelijk om neen tegen een aanbod te zeggen. Sjoemelaars en bandieten mijd ik als de pest. It’s not my business. Ik vermoed dat ik daardoor velen bang maak. Het zij dan maar zo. Zelf ben ik van niks of niemand bang.”

Philippe Samyn:
© Jerry De Brie

We begonnen bij naambordjes, en we eindigen bij naamkaartjes. Samyn: “Mag ik aan iedereen vragen om me een naamkaartje te geven? Ik noteer er dan plaats en datum op, om ze nadien te klasseren. Zo kan ik over dertig jaar nog precies weten wie ik waar leren kennen heb. Noem dat mijn ingenieurskant. Ik ben zo chaotisch, dat ik alleen kan functioneren als alles zorgvuldig wordt gepland. Alleen discipline kan opwegen tegen mijn eigen gestoordheid.”