Winteronzin

Over winterkwaaltjes en -bescherming doen veel misverstanden doen de ronde, met de hardnekkigheid van onkruid in een berm. Wat zegt de wetenschap?

‘De warmte verdwijnt langs je hoofd’

In de winter draag je best een muts of een hoed, want langs je hoofd verlies je veel meer warmte, zegt de volksmond. Vooral kale(nde) mensen zouden zonder hoofddeksel sneller onderkoeld raken. Dat klopt niet. Het warmteverlies wordt evenredig verdeeld over het onbedekte huidoppervlak. Het gaat niet om welke oppervlakte er wordt blootgesteld, maar om het aantal vierkante centimeters dat onbeschermd blijft. Dat bezorgde moeders blijven aandringen op muts en handschoenen in deze tijd van het jaar, is anderzijds toch geen moeite voor niks: het hoofd maakt ongeveer 10% uit van de totale lichaamsoppervlakte.

‘Snot inslikken is ongezond.’

Ongezond is neusvocht zeker niet, zelfs niet als je verkouden bent. Inslikken is de natuurlijke weg waarlangs het lichaam slijmen uit neus, keel en longen afvoert. En dat inslikken doen we zowat de hele dag en nacht. Alleen zijn we ons er niet van bewust. Na het inslikken komen de slijmen, met alle stofjes en de verkoudheidsvirussen die er eventueel in vastkleven, in een zeer vijandig milieu terecht: het extreem zure maagsap. Wat ze niet overleven.

‘Extra vitamine C helpt winterkwalen voorkomen.’

Een meta-analyse van 30 placebogecontroleerde studies over de impact van vitamine C bij verkoudheden toont een zeker gunstig effect bij mensen die blootstaan aan fysieke stress. Marathonlopers, kinderen op skikamp en soldaten op manoeuvre worden bijvoorbeeld minder verkouden dankzij vitamine C-supplementen.

Bij doorsneemensen brengen de supplementen echter weinig zoden aan de dijk: in het dagelijkse leven helpt vitamine C niet om verkoudheden te voorkomen. Bij volwassenen die extra vitamine C slikken, vermindert wel de duur van een verkoudheid met 8%, wat in de praktijk amper iets voorstelt.

‘In de winter hebben we meer vet nodig.’

Het klopt dat een vetlaagje isolerend werkt en ons beschermt tegen de koude. Maar dat onze energiereserve wordt opgeslagen onder de vorm van vet, wil nog niet zeggen dat we in de winter meer vettig voedsel moeten eten. Ons lichaam heeft niet veel vet nodig om te kunnen functioneren. De gemiddelde Belg heeft ruim voldoende energiereserves.

”s Winters en bakje water op de radiator is folklore.’

In de winter is de buitenlucht droger. Ook binnenshuis is de luchtvochtigheid laag, soms amper 30%, terwijl dat 50 tot 60% hoort te zijn. De grote schuldige is de centrale verwarming: als lucht verwarmd wordt, neemt de luchtvochtigheid nog verder af. Dat kan leiden tot lichamelijke ongemakken, zoals een prikkelhoest, geïrriteerde slijmvliezen van neus- en keelholte, droge, branderige ogen en een trekkerige huid.

Uiteraard moet je ’s winters veelvuldig verluchten, maar dat alleen is niet zaligmakend. Door de ramen open te zetten komt er wel frisse lucht naar binnen, maar die is ook droog. Probeer dus waterdamp aan te voeren. Waterbakjes aan of op de verwarming zijn daarbij erg efficiënt. Laat de afzuigkap in de keuken gerust eens uitgeschakeld als je kookt, het vocht verspreidt zich dan in huis.

Bron: Bodytalk

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content