Patrick Loobuyck

‘Willen we Syriëstrijders begrijpen, dan moeten we verder kijken dan Molenbeek’

Patrick Loobuyck Hoogleraar politieke filosofie aan de Universiteit Antwerpen en gastprofessor aan de UGent

Hoe interessant het geval Sint-Jans-Molenbeek ook is, onze blik mag daardoor niet vernauwen, zegt professor Patrick Loobuyck.

‘Alle studenten kennen Molenbeek. Dat was vroeger anders. We gaan vooruit’, zo twitterde Rik Torfs smalend vanuit Straatsburg. Na de aanslagen in Parijs waren alle ogen inderdaad op de Brusselse gemeente gericht, maar hoe interessant het geval Sint-Jans-Molenbeek ook is, onze blik mag daardoor niet vernauwen. Het Molenbeeksyndroom maakt immers dat er plots alleen nog maar aandacht dreigt te zijn voor de belabberde sociaal-economische toestand, de kansenongelijkheid en de gebrekkige integratie van moslims als (push-)factoren die mensen in de rand van onze samenleving in de handen van IS kunnen duwen.

Rik Coolsaet schrijft terecht dat het gevoel van er niet bij te horen, voortdurend op muren te botsen en hier geen toekomst te hebben een belangrijke trigger is voor radicalisering. Maar hij gaat nog verder: ‘Godsdienst of politiek heeft daar weinig mee te maken’.

Willen we Syriëstrijders begrijpen, dan mogen we ons niet door het sociaaleconomisch belabberde Molenbeek laten verblinden

Met dat laatste ga ik niet akkoord. We kunnen het fenomeen van de Syriëstrijders onmogelijk begrijpen als we niet tegelijk aandacht hebben voor de pull-factoren die het verhaal van Islamitische Staat (IS) aantrekkelijk maken – ook voor mensen die uit beter- en welgestelde milieus komen. Laat ons even over het Molenbeekse muurtje kijken. Sinds 2011 zijn er meer dan 30.000 strijders uit meer dan honderd landen naar Syrië en Irak vertrokken. Volgens de Global Terrorism Index komt de helft uit de buurlanden en Noord-Afrika, minder dan een kwart uit Europa. In landen als Tunesië, Saudi-Arabië en Marokko die een jaar geleden al respectievelijk 3.000, 2.500 en 1.500 vaak goedopgeleide Syriëstrijders leverden, kunnen de Molenbeekse oorzaken en de gebrekkige integratie moeilijk gespeeld hebben. We weten dat het IS-discours ook aanslaat bij mensen die niet door kansenarmoede en discriminatie getekend zijn. Er zijn ook heel wat hoogopgeleiden en rijke mensen vertrokken – ook van bij ons trouwens.

Godsdienst

Wat speelt er dan wel? Elke jihadist, elke ronselaar, elke IS- en Al-Qaedatekst verwijst wel degelijk naar ‘godsdienst of politiek’. De lokroep van IS valt niet te begrijpen zonder de apocalyptisch-religieuze factor. IS appelleert aan de religieuze jihadplicht en doet hiervoor omstandig beroep op islamitische bronnen. IS stelt bovendien het heil van een kalifaat in het vooruitzicht waar men – anders dan in het zogenaamd verderfelijke, seculiere Westen – de pure islam kan beleven.

Deze religieus-politieke boodschap bevestigt en versterkt trouwens op oneigenlijke manier het (al dan niet terechte) gevoel dat sommige moslims hebben: we kunnen er hier in het Westen als moslim niet echt bij horen, voor de islam wil Europa geen plaats maken.

Maar er is meer. IS verkondigt de eindstrijd. Men voert niet minder dan de finale heilige oorlog tegen de ongelovigen. Wie er als echte moslim bij wil zijn, mag niet langer dralen. Het is nu of nooit. Het glossy propagandablad van IS heet niet voor niets Dabiq, naar de plek waar volgens bepaalde islambronnen de apocalyptische eindstrijd gestreden zal worden.

Het is duidelijk dat men zich niet uitgesloten moet voelen om zich door dergelijk discours aangesproken en gemotiveerd te weten

Mensen die zich hier uitgesloten voelen en/of een laag zelfbeeld hebben, zijn ongetwijfeld erg vatbaar voor dergelijk discours waarin hen de mogelijkheid gegeven wordt om plots toch nog iets te betekenen en onderdeel uit te maken van een groot eindtijdverhaal. Maar het is duidelijk dat men zich niet uitgesloten moet voelen om zich door dergelijk discours aangesproken en gemotiveerd te weten.

Politiek

Verder verheerlijkt IS het martelaarschap en wordt er handig ingespeeld op het rechtvaardigheidsgevoel van de moslims. Hiermee betreden we het internationale politieke en militaire veld. Elke tekst van jihadleiders en -ronselaars hekelt de buitenlandpolitiek van het Westen op een manier die ook in westerse linkse, anti-imperialistische kringen bon ton is. Men verwijst in negatieve zin naar het militaire optreden van het kapitalistische Westen in moslimregio’s en naar de vele onschuldige soennitische moslimslachtoffers die het Westen, Israël en Assad hebben gemaakt. Het moet moslims wereldwijd motiveren om tegen dit onrecht te gaan strijden.

Wie in de toekomst wil verhinderen dat mensen nog door de lokroep van IS bevangen worden, moet een eerlijke poging doen om hen te begrijpen

Hopelijk levert de aandacht voor Molenbeek iets op voor de inwoners en het sociaal weefsel daar, maar als we het fenomeen van de Syriëstrijders willen begrijpen, mogen we ons niet door Molenbeek laten verblinden. Wie in de toekomst wil verhinderen dat mensen nog door de lokroep van IS bevangen worden, moet een eerlijke poging doen om hen te begrijpen. De politieke en religieuze pull-factoren die de jihadisten trouwens zelf voortdurend als legitimering van hun handelen geven buiten beschouwing laten is in dat verband geen optie.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content