Ariane Bazan (ULB)

‘Wat “Call me by your name” jou kan leren over de liefde’

Ariane Bazan (ULB) Hoogleraar klinische psychologie aan de ULB

Hoogleraar psychologie Ariane Bazan keek naar de film ‘Call me by your name’ en trekt er voor ons allen lessen uit over de liefde: ‘Zodra er liefde is, hangen we aan een draadje. Waar is de ander, waar blijft hij, met wie spreekt hij, met wie danst hij? Waarom is hij niet onbegrensd enkel van mij?’

In 1983 beleven de mooie jonge Elio, 17, en de zeker tien jaar oudere mooie Oliver een ‘summer of love’ in het idyllische Crema in de streek van het Gardameer. Deze film gaat nochtans niet over homoseksualiteit of over ontluikende homo-erotische gevoelens, ook niet over biseksualiteit en zelfs niet over seksuele ambivalentie. Deze film is een ode aan de liefde en aan de onvoorwaardelijkheid waarvan liefde de naam is.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

In de liefde is er steeds ook een grensoverschrijdende wens, een transgressie, waarbij je de ander heimelijk tot je bezit wil maken, tot je eigen ding wil ‘verknechten’, zodat je hem of haar als het ware steeds op zak kan hebben.

Stel, om een of andere arbitraire reden val je voor iemand en word je verliefd. Vanaf dat ogenblik ga je je te pletter werken om tegengewicht te geven aan het transgressieve verlangen. Dat is de fase van de hoofse liefde, waarbij je verregaand de beminde ander tracht te horen en te ontvangen. Die bijzondere ode aan wie die persoon is, hoe die spreekt, bereidt de tweede fase van de liefde voor en maakt die ook mogelijk: met name het liefdesspel, wanneer de begeerte opnieuw de teugels overneemt en zich rechtstreeks tot de ander als lichaam – als object – richt. De afwisseling tussen sprekende mens en begeerd object slaat de maat van het leven, tussen adem inhouden en diep zuchten.

De begeerte, de wens om elkaar voortdurend op zak te hebben, is in deze film vooraf gegeven. Het kader – een zonovergoten Noord-Italië – is een permanent feest van de zinnelijkheid, hun beide lijven – Elio’s Adonislijf en Olivers volgroeid mannenlijf – worden voortdurend ten tonele gevoerd en ze laven zich afwisselend aan de sublieme prestaties van hun verfijnde geesten – aan het weten, het denken, de esthetiek…

Niet op elkaar verliefd worden in deze omgeving zou pas een verspilling van het leven geweest zijn. Maar onmiddellijk verschijnt de hoofse elegantie in hun intense onderlinge omgang als tegenbeweging voor die begeerte. Heb ik je nu niet al te zeer geschoffeerd? Heb ik je wel respectvol genoeg aangesproken? Heb ik me teveel vrijheid naar jou toe gepermitteerd? De buiginkjes en achterwaartse pasjes die ermee gepaard gaan komen in beeld. Ze bouwen uiteraard mee de spanning op en bereiden de kijker voor op het eerste moment van grote ontlading.

Nu zou het precies de transgressie zijn – het uitglijden in de begeerte – die leidt tot onvoorwaardelijk verlangen. De logica zou als volgt gaan. Aangezien ik onbewust weet hoe mijn benadering van jou (radicaal) ontmenselijkend is – vermits begeerte steeds de ander als object betreft – kan ik dat enkel goedmaken door jou te verlangen zoals je bent. De transgressieve kern en de onvoorwaardelijkheid van de liefde zijn zo de twee polen die de liefde vormen, en daarom verwijst eros in de psychoanalyse zowel naar het lijfelijke als naar de liefde en het leven.

En dat is net het refrein van deze film, de quasi bovenmenselijk volgehouden onvoorwaardelijkheid. Het orgelpunt is het gesprek tussen Elio en zijn vader, waarin die, ver van het afkeuren van de onverwachte liefdesperikelen van zijn zoon, hem zijn partijdige steun herbevestigt. Elio hoeft aan geen enkele voorwaarde te voldoen voor die liefde, wat de vader plotsklaps van de eisende naar de kwetsbare positie doet kantelen. Elio’s liefje, Marzia, die even op afstand werd gehouden en die zich daardoor gekwetst had gevoeld, komt terug en verklaart haar liefde, een vooringenomen liefde die ze geeft, wat er al dan niet van Elio moge terugkomen. Ook Elio’s moeder begrijpt zonder woorden wat de ware inzet is van de vriendschap tussen haar zoon en Oliver en ze staat naast hem wanneer hij verpletterd raakt door het liefdesverdriet van het afscheid.

In feite kan het zinnelijke avontuur tussen Elio en Oliver zelf begrepen worden als een uiterste van onvoorwaardelijkheid. Niets in de film verplicht te denken dat Elio of Oliver eerder homoseksueel, of zelfs biseksueel, in het leven staan. Iets heeft hen gegrepen en ze zijn trouw aan dat initiële uitglijden, aan die val: lijfelijkheid zonder zelfs de voorwaarde van geslachtelijkheid. (Misschien kan dat de slotzin verduidelijken van een heel andere film – Some like it hot – wanneer de ultieme bekentenis van het ‘verkeerde’ geslacht het verderzetten van het avontuur niet belet: ‘Nobody’s perfect’ antwoordt Joe Brown onverstoorbaar aan Jack Lemmon en hij verwoordt hier andermaal die onvoorwaardelijkheid.)

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Beter dan dat wordt het nooit. Het wordt nooit mooier, nooit zinnelijker, nooit onvoorwaardelijker, nooit liefdevoller. Voor geen van ons. We zijn niet zo mooi, we leven niet allen aan het Gardameer, en we hebben noch Elio’s gedroomde ouders noch zijn onovertroffen liefjes. Dat is ook wat de film brengt: zelfs in die gedroomde omstandigheden, raken ze beide gekwetst – tot zelfs verpletterd. Zodra er liefde is, hangen we aan een draadje. Waar is de ander, waar blijft hij, met wie spreekt hij, met wie danst hij? Waarom is hij niet onbegrensd enkel van mij?

Dat is het menselijk misverstand: liefde is onvoorwaardelijk, maar niet onbegrensd. Elio stelt geen voorwaarden aan Marzia. Maar hij kan er toch niet zijn voor haar op het ogenblik dat ze hem roept, niet omdat ze tekortschiet – ze is vervullend, ook van de zinnelijkheid met haar loopt zijn geest over – maar omdat zijn gedachten elders zijn. En daardoor kan hij (op dat ogenblik) niet met haar bezig zijn, hij is begrensd. Ook het verplichte afscheid tussen Oliver en Elio toont het verschijnen van die grens. Oliver stelt geen voorwaarden aan Elio, zoveel is duidelijk, maar ook hij is bezet.

Wat ze vermoedelijk niet weten – Elio nog minder dan Oliver – is dat ze wel een verhaal aan het schrijven zijn. Wanneer de magie van die zomer van hun lijven zal zijn verdwenen, zullen ze elkaar nog trillend bij de eigen naam noemen. Liefde schept veelal een quasi onverwoestbare band. Die band is soms niet de onafscheidelijkheid die men absoluut wenst, maar na verloop van tijd wordt vaak duidelijk dat ook in dat geval toch het beste verschijnt van wat mogelijk is.

‘Ik ben geen enkele seconde vergeten van wat we hebben meegemaakt’ fluistert Oliver vanuit de Verenigde Staten Elio aan de telefoon toe. En die vergeet hij wellicht nooit. Telkens zich in hun verdere leven een nieuwe kans zal voordoen, zal de zinnelijkheid wellicht opnieuw in beeld verschijnen en zich met liefde vervlechten. En terugblikkend komt er een moment waarop ze elk de maat nemen van hun periode samen en zien hoe beide polen van de liefde de grenzen waren die de uitzonderlijke intensiteit van hun liefde heeft mogelijk gemaakt.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content