Jean-Marie Dedecker (LDD)

‘Waarom viert men Vrouwendag altijd als een treurmis?’

Jean-Marie Dedecker vraagt zich af waarom niet de emancipatie gevierd wordt op Internationale Vrouwendag, in plaats van de focussen op het negatieve.

Toen op 8 maart, de Internationale Vrouwendag, de feministische journaalriedels zoals gewoonlijk verwezen naar de Scandinavische heilstaten van gendergelijkheid, moest ik prompt even terugdenken aan een Zweeds fait divers.

Waarom viert men Vrouwendag altijd als een treurmis?

In Stockholm ontstond er deze winter een verkeerschaos die volgens sommigen te wijten was aan het “seksegelijk” sneeuwruimen. Daniel Helldén, verkeerswethouder van de Zweedse hoofdstad, houdt er een feministisch sneeuwschuifbeleid op na. Vermits het vooral de vrouwen zijn die de fiets en de benenwagen nemen, moest het schoonvegen van de fietspaden en de trottoirs voorrang krijgen op het sneeuwvrij maken van de “mannelijke” autowegen.

De doorgeschoten en contraproductieve discriminatievrees is universeel. ‘De mannelijke toon verdwijnt uit de wereld; we leven in een feminiene, nerveuze, hysterische, kantelende tijd’, schreef Henry James in zijn roman The Bostonians in 1886. We hebben het als man nog langer volgehouden dan Henry James had voorspeld, maar ons machisme smelt als sneeuw.

[…] The whole generation is womanised; the masculine tone is passing out of the world; it’s a feminine, a nervous, hysterical, chattering, canting age, an age of hollow phrases and false delicacy and exaggerated solicitudes and coddled sensibilities, which, if we don’t soon look out, will usher in the reign of mediocrity, of the feeblest and flattest and the most pretentious that has ever been. The masculine character, the ability to dare and endure, to know and yet not fear reality, to look the world in the face and take it for what it is a very queer and partly very base mixture that is what I want to preserve, or rather, as I may say, to recover; and I must tell you that I don’t in the least care what becomes of you ladies while I make the attempt! […]

Henry James, The Bostonians

Sinds onze vrouwen in 1948 stemrecht kregen is de vrouwenemancipatie in crescendo gegaan. Van de bikini tot de behaloze Dolle Mina’s in de wilde ontvoogdingsjaren een aantal decennia geleden . Van kerkelijke bevoogding tot baas in eigen buik. Een palmares van terechte verworvenheden op alle maatschappelijke vlakken, gegoten in een wetboek van gendergelijkheid.

Elk jaar, op 8 maart, verwacht ik eigenlijk een feestdag, een uitbundige viering van de emancipatie van de vrouw. Bijvoorbeeld door een onthulling van een standbeeld voor de Kempense gynaecoloog Nand Peeters die door ‘de loskoppeling van de voortplanting van de seksuele beleving’ het farmaceutisch pionierswerk leverde voor Gregory Pincus, die in 1957 met de anticonceptiepil de vrouw van haar baarmoeder bevrijdde.

Sinds de seksuele revolutie van de jaren zestig moest de man sterk zijn om de kuisheid van zijn vrouw te beschermen, en sedert de komst van in-vitrofertilisatie lijken de mannen wel de schlemielen van de samenleving, behept met castratieangst. Bij heel wat echtscheidingen wordt hij een financiële eunuch, gepluimd door Vrouwe Justitia.

Enkele cijfers op een rij. Vrouwen leven langer, mannen krijgen tien jaar eerder dan vrouwen een hartkwaal en ze worden zelfs twee keer meer overreden op straat omdat ze risicovoller oversteken.

Negentig procent van onze gevangenispopulatie is van het mannelijk geslacht en mannen beroven zich vier keer meer van het leven dan vrouwen; het is zelfs de belangrijkste doodsoorzaak onder de vijfenveertig jaar.

Het sterke geslacht is genetisch met overbodigheid en uitsterven bedreigd, maar toch viert het zwakke geslacht haar internationale vrouwendag niet als een feest maar als een treurmis.

Valse klaagzang van het deeltijdfeminisme

Uit de losse pols: Catherine De Bolle commandeert onze 40.000 politieagenten, Sophie Dutordoir tracht de NMBS op de rails te houden en Dominique Leroy leidt Proximus, het grootste telecommunicatiebedrijf van ons land. Françoise Chombard, CEO van het beursgenoteerd Melexis werd vorig jaar tot manager van het jaar verkozen. Dit is nog geen 50-50-verhouding, maar zou het kunnen dat de vrouwelijke ondervertegenwoordiging ook te maken heeft met de bewuste keuze van vele andere hoogopgeleide vrouwen om in deeltijdbanen te gaan werken, zonder wens ooit de absolute top te willen bereiken?

De klaagzang van het deeltijdfeminisme klinkt soms nogal vals. Is de roep om quota niet contraproductief? Komen we dan niet in een situatie terecht waarin kwaliteitsstandaarden worden verlaagd en middelmatigheid wordt beloond? Positieve discriminatie is ook discriminatie.

De gezondheidssector – medici inbegrepen, de magistratuur en het onderwijs vervrouwelijken aan een razend tempo. De mannelijke leerkracht is een bedreigde soort, opgehokt tussen de vrouwelijke collega’s.

Dat de vervrouwelijking zich bij bouwvakkers en vissers niet in dezelfde mate doorzet, lijkt me persoonlijk volgens de wetten van de natuur eerder logisch dan discriminerend.

De loonkloof tussen mannen en vrouwen is in geen enkel westers land kleiner dan in België. (Dit zou te wijten zijn aan de barema’s in bindende collectieve arbeidsovereenkomsten, nvdr)

De loonkloof in ons land verlaagde van 13,6% in 2000 naar amper 3,3 procent vandaag. Het verschil in mediaan inkomen is volgens de OESO in onze buurlanden een veelvoud hoger, in Frankrijk is het 13,7%, Nederland 14,1%, Duitsland 17,1% en het Europees gemiddelde ligt op 19,1%.

We zijn Europees kampioen in gendergelijke verloning. Maar als de grootste paden geëffend zijn, dan moet je je nog bezighouden met enkele kronkels in de weg.

PS-parlementslid Nawal Ben Hamou stond bijvoorbeeld deze week ook aan de feministische klaagmuur over berichten die ze ontving op Facebook. Ook opmerkingen als ‘ik wist niet dat er ook mooie vrouwen in de politiek zaten’ of ‘ik vind je echt mooi, geef me een kans je te leren kennen’ horen daar volgens haar bij.

Je bent vandaag overigens niet meer vrij als man om zomaar een grap over vrouwen te maken. Dat ondervond zelfs Nobelprijswinnaar voor geneeskunde Tim Hunt tot eigen scha en schande. Hij maakte tijdens een college een grapje over zijn vrouwelijke collega’s. Hij moest zijn erelidmaatschap van de University College of London en van de Royal Society inleveren. (Hunt zei het volgende op de World Conference of Science Journalists in Zuid-Korea in 2015: “Laat me jullie vertellen wat mijn probleem is met meisjes. Er gebeuren drie dingen als ze in het labo zijn: je wordt verliefd op ze, zij worden verliefd op jou, en ze wenen als je ze bekritiseert.”, nvdr)

Terug naar Nawal Ben Hamou. De socialistische politica is van Turks-Marokkaanse origine. Ik raad haar aan om zich verdienstelijk te maken op de Belgische verkiezingsmeetings voor de AKP en voorman Erdogan, voor wie vrouwen “eerst en vooral een moeder” moeten zijn. Ze zou ook even naar Parijs of Lyon kunnen reizen om de Barricade van Moeders te steunen, een organisatie van Azika Sayah en Nadia Remadna die ijvert voor respect voor het – evidente – recht van vrouwen om op café en in de openbare ruimte rond te mogen hangen.

Tweederangsburgers

De echte strijd die onze feministes nog moeten voeren is voor de bevrijding van hun zusters, die onder het loden juk van hun cultuur en verstikkende godsdienst als tweederangsburgers door het leven moeten.

Dat lijkt mij een pak nijpender dan het kaakslagfeminisme van Ben Hamou. Maar als de vrouwenrechten botsen met de discriminerende waarden van de islam, duiken ze liever weg in een vlaag van collectieve zelfverloochening en wegkijkgedrag.

‘Het oude feminisme sprak over bevrijding, het nieuwe spreekt van macht’, schreef de Amerikaanse historica Gertrude Himmelfarb in 1989 al.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content