De Taalkoffer, het Nederlandstalige schooltje in het Franstalige Komen, wil eindelijk officieel erkenning én subsidie krijgen van de Franse Gemeenschap. Desnoods wordt de zaak voor de Raad van State gebracht.

Oudere lezers herinneren zich misschien nog de beelden uit de ophefmakende RTBF-documentaire Les sorcières de Comines begin jaren tachtig, waarop te zien was hoe Nederlandstalige ouders met hun kinderen eerst een dikke rij scheldende Waalse actievoerders moesten trotseren om tot aan de schoolpoort te geraken. Het leek Ulster wel. Vandaag is het Vlaamse schooltje in Komen in rustiger vaarwater beland. Met het aantreden van een nieuwe schooldirecteur gaat het ook met het leerlingenaantal weer wat beter. Maar een duurzame regeling voor de toekomst van het schooltje is er nog steeds niet.

De Taalkoffer is gelegen in Wallonië, maar wordt gesubsidieerd door Vlaanderen, omdat de Franstaligen – de Franse Gemeenschap en het gemeentebestuur van Komen – hardnekkig weigeren om de school te erkennen en met geld over de brug te komen. De Franstaligen betogen dat er nooit een wettige aanvraag is geweest om in Komen Nederlandstalig onderwijs te organiseren. De Vlamingen spreken dat tegen. De vraag is volgens hen in de jaren 1979-1980 wel degelijk gesteld, en ging vergezeld van de bij de wet vereiste zestien handtekeningen van Nederlandstalige gezinshoofden uit Komen. Alleen heeft de gemeente die aanvraag naast zich neergelegd. Niet alle gezinshoofden zouden het Nederlands als moedertaal hebben. Maar, repliceren de Vlamingen dan, het gaat vaak om verfranste Vlamingen, wier ouders Nederlandstalig waren en die nu zouden willen dat ook hun kinderen weer vloeiend Nederlands leren, zeker omdat tweetaligheid in het grensgebied van Henegouwen en West-Vlaanderen een sterke economische troef is.

Intussen verkeert het uitgeleefde schooltje in acute geldnood. Of liever, de lokale vzw KNOKK, een groep Vlaamsgezinde sympathisanten die sinds kort wordt voorgezeten door neurochirurg Gui Celen (tevens voorzitter van Pro Flandria), en die zorg draagt voor het beheer van de schoolgebouwen en het park rond de school. De vzw KNOKK zit echter op droog zaad. Een put van enkele tienduizenden euro’s hebben de bestuurders deels met eigen middelen gedempt.

Bron van alle kwaad is de Franse Ge-meenschap, die al dertig jaar manifest haar financiële verplichtingen ontloopt, betoogt KNOKK-voorzitter Gui Celen. In oktober 2007 bezorgde de vzw KNOKK aan de toenmalige minister-president van de Franse Gemeenschap, Marie Arena (PS), en aan de gemeente Komen opnieuw twee formele subsidieaanvragen met de nodige Nederlandstalige handtekeningen. Er kwam geen reactie. Celen: ‘Maar de Vlaamse gemeenschap betaalt jaarlijks wel ongeveer 9 miljoen euro voor Franstalige scholen in de Vlaamse faciliteitengemeenten.’

De Vlaamse regering heeft zich tijdens deze regeerperiode voorgenomen de eigen bevoegdheden in verband met het zogeheten faciliteitenonderwijs maximaal te doen gelden, desnoods met eenzijdige maatregelen. Met dat doel voor ogen werd in de commissie onderwijs van het Vlaams Parlement eind vorig jaar een voorstel van ‘interpretatief decreet’ op het faciliteitenonderwijs goedgekeurd, waarin nogmaals uitdrukkelijk bevestigd wordt dat de Vlaamse Gemeenschap wel degelijk volledig bevoegd is voor alle scholen op haar grondgebied. Dus ook voor de pedagogische inspectie in Franstalige faciliteitenscholen in de Vlaamse Rand. Uit protest hebben de Franstaligen nu al voor de tweede maal een belangenconflict ingeroepen. Verwacht wordt dat ook nu weer geen compromis zal worden gevonden, waarna de Franstalige verzetsmiddelen zijn uitgeput en het decreet in de plenaire vergadering van het Vlaams Parlement kan worden goedgekeurd.

Maar die op het territorialiteitsbeginsel gestoelde interpretatie van de Vlaamse regering sluit ‘extraterritoriale’ subsidies voor de Taalkoffer eigenlijk uit. ‘De Franse Gemeenschap is inderdaad bevoegd voor alle scholen op haar grondgebied’, bevestigt Vlaams minister van Onderwijs Frank Vandenbroucke (SP.A). ‘En dat betekent ook dat de Franse Gemeenschap moet zorgen voor de subsidiëring van het Vlaamse schooltje in Komen.’

Sinds 2007 helpt en begeleidt het kabinet-Vandenbroucke de vzw KNOKK ‘bij het samenstellen van een juridisch correct dossier’ – om te beginnen de formele subsidieaanvraag aan de Franse Gemeenschap en de gemeente Komen. Omdat daar tot op heden geen antwoord op kwam, zoekt de vzw nu naar andere middelen om druk uit te oefenen. Het kabinet liet de vzw KNOKK weten dat de Raad van State bevoegd is om Komen en de Franse Gemeenschap ’tot een beslissing te verplichten’. Minister Vandenbroucke: ‘Maar het is aan de vzw en/of aan de ouders om uit te maken of zij naar de Raad van State willen stappen.’ Die beraden zich daar nu over.

DOOR HAN RENARD

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content