‘Ik ben geen nationalist, maar ik begrijp de Vlaamse gevoeligheden’

'Voor mij was het heel duidelijk: het moest een festival tégen Dewinter worden. Een festival voor verdraagzaamheid vond ik veel te klef en te soft.' © DIEGO FRANSSENS

Op 1 oktober 2006 kwam de halve Belgische muziekscene samen voor concerten voor verdraagzaamheid en tegen racisme. Een decennium later blikt 01/10-bezieler Tom Barman voor het eerst terug op het controversiële evenement. Trots, maar ook bezorgd. ‘Als ik in Parijs cd’s ga signeren, komen daar ook meisjes met hoofddoek op af. In Antwerpen is dat nog altijd ondenkbaar.’

‘Zal Barman nu slagen waar anderen faalden?’ De vraag stond tien jaar geleden in de krant De Morgen. Ze werd gesteld door een toen nog relatief onbeduidende politicus. Dezelfde politicus, vandaag de burgemeester van Antwerpen, dacht het antwoord ook te kennen: ‘Geen hond die het gelooft, naar verluidt zelfs zijn eigen moeder niet.’

Bart De Wever (N-VA) was niet de enige die het zo zag. Meer dan één politieke strateeg voorspelde in die dagen dat dEUS-zanger Tom Barman en zijn medestanders toenmalig Vlaams Belangvoorzitter Filip Dewinter nog dichter bij zijn ultieme droom zouden brengen: de burgemeesterssjerp in Antwerpen. Een week na de concerten mocht Dewinter die droom opbergen. Ondanks, of was het net dankzij Tom Barman? Vandaag vertelt de wat oudere maar nog altijd even onrustige rockster dat hij geen seconde over strategie en electorale gevolgen had nagedacht.

‘Het idee voor dat festival kwam vanuit een naïeve, emotionele impuls’, zegt Barman (44). ‘Noem het woede. Telkens als ik in het buitenland was, werd ik aangesproken op mijn stad, “het extreemrechtse nest”. Dat maakte me boos en opstandig. Het Antwerpen waarin ik opgegroeide, was een open stad met een rijke traditie en cultuur. Mede dankzij dEUS was Antwerpen in de jaren negentig dé fucking it-stad. Ik wilde die kant van de stad laten zien, het liefst met een groot, punkachtig gebaar. Met 01/10 was het niet mijn bedoeling om aan politiek te doen. Wat mijn naïviteit alleen maar onderstreept. Want natuurlijk is een festival tegen extreemrechts altijd politiek.’

01/10 werd aanvankelijk aangekondigd als een festival tégen het Vlaams Belang. Uiteindelijk zou het een festival vóór verdraagzaamheid worden.

TOM BARMAN: Voor mij was het heel duidelijk: het moest een festival tégen Dewinter worden. Op een bepaald ogenblik fantaseerde ik zelfs over satirische affiches met foto’s van Dewinter, waaronder zijn telefoonnummer zou staan. (lacht) Een festival voor verdraagzaamheid vond ik veel te klef en te soft.

Met zo’n provocerende boodschap had u de massa wellicht nooit bereikt.

BARMAN: Dat vertelden mensen met verstand van communicatie me ook. En naarmate het ding groter en groter werd, werd hun stem bepalender. Misschien hadden ze ook wel gelijk. Ik heb de kans niet gekregen om het tegendeel te bewijzen.

Zelfs in afgezwakte versie werd 01/10 door veel strategen als een domme zet gezien.

BARMAN: Politieke strategie is iets waar je als rocker – thankGod – niet mee bezig hoeft te zijn. En hoe je het ook wendt of keert: die naïeve, domme rockers hebben uiteindelijk wel gelijk gekregen. Volgens die strategen zou 01/10 het Vlaams Belang alleen maar groter maken dan het al was. Dat is duidelijk niet gebeurd. En waarom niet? Misschien wel net omdat het uit het hart kwam, en niet uit het verstand van het politiek-strategische genie dat ik niet ben. Het mooiste compliment dat ik in die tijd heb gekregen, kwam van een mij verder onbekende gast op een terrasje. Hij vertelde me dat hij in het initiatief ‘een Antwerps hart’ voelde kloppen. Dat vond ik heel juist gezegd. 01/10 was luid, een tikkeltje megalomaan en – ondanks alle nuanceringen – provocatief.

Een van de grootste critici was Bart De Wever: nu burgemeester van Antwerpen, toen nog columnist bij De Morgen. Hij kon er met zijn verstand niet bij dat de linkerzijde nog maar eens de polarisatie voedde waar het Vlaams Belang altijd van had geprofiteerd. ‘De ezel stoot zich daarbij niet één, niet twee, maar oneindig veel keer aan dezelfde steen.’

BARMAN:(lacht) Ik herinner me zelfs de titel van dat stuk nog: ‘Shut the fuck up.’ Toen die column verscheen, zat ik met dEUS in Montreux. Hij is me via fax toegestuurd. (lacht) Ik vond het best interessant, ook al had ik nog nooit van die politicus gehoord. Maar ook De Wever heeft dus ongelijk gekregen. Het Vlaams Belang heeft niet geprofiteerd van de polarisatie. Integendeel. Minstens op één punt is dat festival een keerpunt geweest. In de weken die eraan voorafgingen, verloor Dewinter voor het eerst in de geschiedenis zijn cool. Tot dan had elke aanval hem sterker gemaakt. Dat was bij 01/10 niet het geval. Plots was zijn partij verdeeld. Kwam er paniek. Werd er opgeroepen tot cd-verbrandingen. Opeens kwamen ze zelfs met een eigen festival, waar ongeveer niemand in geïnteresseerd bleek te zijn. Dewinter zat voor het eerst in zijn carrière in het defensief. Ik ben er nog altijd trots op dat ik daar mee voor heb gezorgd.

Was Dewinter ook zonder 01/10 niet op zijn limieten gestoten?

BARMAN: Het was een soort perfect storm. Misschien was er zonder 01/10 ook wel een storm opgestoken, maar ik betwijfel of die zo krachtig zou zijn geweest.

Gênante politici

Voor wie het vergeten was: 01/10 kreeg aanvankelijk weinig steun uit politieke hoek. ‘De heren Janssens, Stevaert, Leterme en Somers durven er niet eens over te fluisteren’, schreef columnist Hugo Camps daags voor de festiviteiten. Opmerkelijk genoeg was er veel politieke animo op de dag zelf. Zowat elke politicus van formaat vereerde het festival met een bezoek. Patrick Janssens (SP.A) bleek niet langer een scepticus, en liet er optekenen dat hij het ‘een schitterend gebeuren’ vond. Uiteindelijk maakte zelfs De Wever een bocht: in plaats van ‘schadelijk’ noemde hij het festival plots ‘nutteloos’.

‘Het was gênant’, zegt Tom Barman vandaag. ‘Politici stonden plots te dringen om met mij op de foto te komen. Bijna alle partijen hebben geprobeerd om 01/10 te recupereren. In de dagen na het festival werd ik onder andere gebeld door Wouter Bos, toen de voorzitter van de Nederlandse PvdA. Ook Guy Verhofstadt (Open VLD), de toenmalige premier, heeft me in die periode uitgenodigd voor een lunch.

En?

BARMAN: Een lunch met de premier sla je niet af. Maar ik zou liegen als ik zou zeggen dat ik daar op mijn gemak zat. Not my scene, man.

Hebt u met Patrick Janssens over het festival gesproken?

BARMAN: Nee. Er is toen vaak gesuggereerd dat wij samen een soort complot hadden gesmeed. Onzin. Als er ooit al enige sympathie was gegroeid, heb ik die twee weken later hardhandig de kop ingedrukt. Op de uitreiking van de TMF Awards heb ik toen gezegd dat ik met veel voldoening terugkeek op het festival, ‘alleen spijtig dat we nu met de socialisten opgescheept zitten’. (lacht) Om maar te zeggen: ik heb er alles aan gedaan om mijn onafhankelijkheid te bewaren. Ik zat en zit nog altijd niet in een kamp.

Word je als gezicht van 01/10 niet automatisch in een politiek kamp geduwd?

BARMAN: Zelfs tien jaar later plakt dat etiket nog op mij. Onlangs was ik op mijn iPad een interviewtje met mezelf aan het nalezen, om te controleren of er geen stommiteiten in stonden. Toen ik naar beneden scrolde, botste ik op de ene politieke scheldtirade na de andere. Pas na de zesde belediging begreep ik: fuck, die linkse subsidievreter op wie ze hier afgeven, dat ben ik. (lacht) Waarschijnlijk wordt er op Twitter en Facebook constant in die termen over mij gesproken. Ik weet het niet. Ik zit – gelukkig voor mijn geestelijke gezondheid – niet op de sociale media.

Nog even over die column van De Wever. Hij noemde 01/10 een welgemeende fuck you van de linkse kosmopolitische elite naar de volkse Vlaams Belangkiezer. Zit daar geen grond van waarheid in?

BARMAN: Ik begrijp dat punt wel, maar het klopt niet. Ik kan me in beide kampen inleven. Voor een deel zal dat wel met mijn afkomst te maken hebben. Mijn grootvader was een Noorse kapitein bij de Red Star Line, mijn vader heeft zowel in Engeland als in Frankrijk gewoond. Kosmopolitischer wordt het niet. Maar er is ook de kant van mijn moeder, die haar broer destijds naar het Oostfront heeft zien vertrekken, met alle repercussies en tragedies die daarbij horen. Ik ben geen nationalist, zeker niet, maar ik ken en begrijp de Vlaamse standpunten en de gevoeligheden.

Begrijpt u de Vlaams Belangkiezer?

BARMAN: Er begrip voor hebben klinkt me te paternalistisch. Ik verschil met die kiezer radicaal van mening. Maar dat wil niet zeggen dat ik op die kiezers neerkijk. Ik heb destijds in een interview over 01/10 verklapt dat ik met zo’n kiezer het bed heb gedeeld. Oké, het was maar een onenightstand, maar het is wel gebeurd. Ik zal het zo zeggen: een Vlaams Belangkiezer kan me even kwaad maken als een linkse kosmopoliet die op zo’n kiezer neerkijkt. Onlangs stond in De Standaard een stuk waarin de Nederlandse schrijver Bas Heijne uitlegt waarom zoveel kiezers vandaag boos zijn. Bij dat stuk stond een foto van een krijsende, hysterische Trump-kiezer. Wie zo’n stigmatiserende foto bij dat stuk zet, luistert niet echt. Die polariseert mee.

Veel Vlaams Belangkiezers zijn intussen verhuisd naar de N-VA. Is dat iets waar we blij om moeten zijn?

BARMAN: Bart De Wever is de wolf in schaapskleren. (denkt na) The best lack all conviction, while the worst are full of passionate intensity – een citaat van William Butler Yeats. Toen ik dat las, moest ik aan De Wever denken. Ik vind hem soms angstaanjagend, maar niet in die mate dat ik heimwee heb naar de tijd dat het Vlaams Belang in Antwerpen 35 procent van de stemmen behaalde.

Om een comeback van Dewinter te verhinderen, wil De Wever weleens richting Dewinter opschuiven.

BARMAN: Je moet blind zijn om dat niet te zien. Heeft Siegfried Bracke (N-VA) onlangs niet ongeveer letterlijk gezegd dat zijn partij er alles aan doet om de ex-Vlaams Belangkiezers in haar kamp te houden? Ik wil en kan daar ook niet meer over zeggen. Mensen vragen me weleens of het geen tijd wordt voor een nieuwe 01/10. Dat lijkt me moeilijk. Tien jaar geleden was er een duidelijk vijandbeeld. De Wever is slimmer, en dus ook veel ingewikkelder.

Het politieke klimaat wordt vandaag in hoge mate beheerst door terreur. Zo was er de aanslag tijdens het concert van Eagles of Death Metal in Le Bataclan in Parijs, een zaal waar u met dEUS meer dan eens hebt gespeeld. Hoe kwam dat binnen?

BARMAN: Tijdens die aanslag zat ik voor een optreden met TaxiWars in Amsterdam. Ik werd gebeld door Tim Vanhamel, die Eagles of Death Metal mee heeft opgericht. Op zo’n moment komt het natuurlijk allemaal heel dichtbij. Maar om nu te zeggen dat ik me ooit een doelwit heb gevoeld? Niet meer dan elke andere sterveling, denk ik. Wie vandaag de tram neemt, is evengoed een doelwit, toch?

BARMAN: Zoals alle statistieken je zullen vertellen, zijn moslims zelf het vaakst slachtoffer van terreur. En ja, de aanslagen in Parijs of Brussel zijn gepleegd door moslims. Maar waren dat niet voor alles psychopaten? Als ik hier één ding over te zeggen heb, dan dit: jullie, de media, moeten eens ophouden met die terroristen als helden af te schilderen. Lone wolf, dat is toch een eretitel? Ik zou het als een geuzennaam zien. Het heeft iets poëtisch. Of neem het woord meesterbrein. Een terrorist die er niet eens in slaagt om zijn valies vol explosieven in de koffer van een taxi te krijgen – is daar een meesterbrein voor nodig?

Nog even terug naar Antwerpen en 01/10. Is de stad sindsdien verdraagzamer geworden?

BARMAN: Aan de kern van het probleem is niets veranderd, vrees ik. De gemeenschappen leven in Antwerpen in het beste geval gewoon naast elkaar. Dat is heel anders in onze buurlanden. Als ik in Nederland een hip café binnenstap, zie ik daar blanken naast zwarten of Marokkanen. Als ik in Parijs cd’s ga signeren, komen daar ook meisjes met hoofddoekjes op af. In Antwerpen is dat ondenkbaar. Onze plaat Vantage Point hebben we opgenomen in een studio in Borgerhout, in het hart van de Marokkaanse gemeenschap. Vriendelijke mensen, hoor, maar echt contact was er niet. De weinige Marokkanen die me daar kennen, noemen me Bart. (lacht)

Hoe komt dat?

BARMAN: Ik weet het niet. Er is in deze stad iets fout gelopen op het vlak van migratie, maar vraag me niet wat. Ik vind het in elk geval onwaarschijnlijk jammer. Uiteraard zorgt diversiteit voor problemen, maar het kan ook een enorme energie geven aan een stad.

Houdt u nog van uw stad?

BARMAN: Ik vind het een boeiende stad. Ondanks maar ook dankzij de samenlevingsproblemen. Frictie kan ook interessant zijn. Mijn nicht heeft tien jaar in Berlijn gewoond. Ze vertelde me dat ze op een bepaald ogenblik weg moest, ‘Because everybody was talking like me there.’ Dat snap ik heel goed. Iedereen dezelfde dope, iedereen een hip technoprojectje, overal dezelfde bars waar iedereen dezelfde latte drinkt… Op dat vlak is Antwerpen wél diverser. Deze stad stelt, vanwege de diversiteit, vragen aan je. Confronterende vragen, soms, maar dat is alleen maar gezond.

In het Antwerpse wordt gefluisterd dat Barman voor De Wever heeft gestemd.

BARMAN: Ik weet dat dit gezegd wordt, ja. En ik weet ook van wie die roddel komt. Even geleden werd ik gebeld door een curator van het Cultureel Centrum van Strombeek-Bever. Na afloop van het gesprek vraagt hij: ‘Zeg Tom, is het waar wat ze zeggen?’ Oké, dacht ik, het moet maar eens fucking gedaan zijn. Dus heb ik die man op mijn beurt een vraag gesteld: ‘Komt dat verhaal toevallig van iemand wiens naam begint met een L, en eindigt met Uc Tuymans?’

Hebt u een idee waar hij die roddel vandaan heeft?

BARMAN: Ik denk het wel. Ooit, tijdens een gezamenlijke nachtelijke escapade, heb ik samen met Luc en een paar vrienden een zware politieke discussie gevoerd. Een van die vrienden was niet zo links als Luc het graag had. Dus was ook ik meteen verdacht. Guilty by association, noemen ze dat. (windt zich op) Vorige week heb ik Luc voor het eerst in maanden nog eens gezien. Ik heb het hem toen op de man af gevraagd: ‘Luc, waarom?’ ‘Ik weet niet,’ zei hij, ‘ik dacht dat.’ (korte stilte) Zoiets kan echt schaden. En het feit dat zoiets kan schaden, is al triestig genoeg.

Uw collega Joost Zweegers van Novastar zong vorig jaar op Radio 1 de lof van De Wever. In het wereldje werd daar raar van opgekeken.

BARMAN: Terwijl daar natuurlijk helemaal niets raars aan is. Ik vind het vooral interessant.

Volgens Zweegers is Antwerpen dankzij De Wever veiliger, minder negatief en netter geworden.

BARMAN: Had Janssens er al geen cleane shoppingstad van gemaakt? Mij is het hier intussen veel te clean. Maar het is natuurlijk een tweesnijdend zwaard. Brussel is kapotter. Echter. Al kan ik me voorstellen dat het kapotte vooral ergerlijk is als je er woont.

U vertelde net dat Antwerpen in de jaren negentig dé it-stad was. Dat is vandaag niet meer zo. Kijk naar de Belgische pop en rock. Groepen als Balthazar komen uit – godbetert – Kortrijk.

BARMAN: Ik volg het hier allemaal niet meer zo op de voet. Soms voel ik me wat vervreemd van deze stad, maar misschien heeft dat vooral met ouder worden te maken. Ik mis weleens een platenwinkel, of een goeie club in het centrum. Maar is dat niet vooral jeugdsentiment? Een Antwerpse chauvinist ben ik ook nooit geweest. Ik heb altijd een weerbarstige relatie met de stad gehad. Dat ligt meer aan mij dan aan de stad. Ik ken nogal wat Antwerpenaren die heimwee krijgen als ze een paar weken weg zijn. Ik heb het tegenovergestelde. Fernweh, heet dat.

DOOR JEROEN DE PRETER, FOTO’S DIEGO FRANSSENS

‘Ik las op het internet de ene scheldtirade na de andere. Pas na de zesde begreep ik: fuck, die linkse subsidievreter op wie ze hier afgeven, dat ben ik.’

‘Plots was het Vlaams Belang verdeeld. Dewinter zat voor het eerst in het defensief. Ik ben er nog altijd trots op dat ik daar mee voor heb gezorgd.’

‘Mensen vragen me weleens of het geen tijd wordt voor een nieuwe 01/10. Dat lijkt me moeilijk. Tien jaar geleden was er een duidelijk vijandbeeld. De Wever is veel ingewikkelder.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content