Onderzoek journalistiek: ‘Om maatschappelijk relevant te zijn moet je hoge cijfers hebben’

Multimediaal werken is ingeburgerd op de Vlaamse redacties, maar journalisten staan voor uitdagingen. Dat ondervond lector journalistiek Ria Goris na een online enquête bij 803 journalisten in combinatie met diepte-interviews bij 26 redacties. ‘Om maatschappelijk relevant te zijn, moet je hoge cijfers hebben.’

Het ziet er steeds meer naar uit dat de toekomst in het Vlaamse journalistieke landschap volledig multimediaal is. ‘Er wordt gespeculeerd dat er binnen tien jaar redacties zullen zijn die enkel nog digitaal of misschien enkel in het weekend in printversie publiceren’, zegt Ria Goris, die behalve journaliste ook lector journalistiek aan de Erasmushogeschool Brussel is.

‘Het belang van sociale media neemt toe en waar dat gaat eindigen weten we niet. Een zuiver printmedium, zonder site of aanwezigheid op sociale media is niet meer van deze tijd, maar print is niet dood.’

Onderzoek journalistiek: 'Om maatschappelijk relevant te zijn moet je hoge cijfers hebben'

Hoe dan ook kunnen redacties niet negeren dat de toekomst digitaal is. ‘Dat heeft te maken met de mediaconsumptie. Vooral de jongere generaties consumeren heel sterk digitaal. Als je mee wil zijn met de jongere mediapopulatie dan kan je ook niet anders dan mee te gaan in het digitale’, zegt Goris daarover.

Facebook en Twitter in de lift

Wat in het oog springt is de groeiende populariteit van Twitter bij Vlaamse journalisten. ‘Twitter staat nu op de vierde plaats van de dagelijks meest gebruikte bronnen door journalisten. Twee jaar geleden bij de laatste grootschalige enquête door het Center for Journalism Studies stond Twitter nog niet in de top vijf. We zien dat Facebook en Twitter niet enkel als bron worden gebruikt, maar ook als PR-middel om mensen naar je website te lokken.’

Onderzoek journalistiek: 'Om maatschappelijk relevant te zijn moet je hoge cijfers hebben'

De cijfers over het bronnengebruik van Vlaamse journalisten wijzen uit dat de redacties al erg multimediaal en digitaal werken. Twitter en elektronische documentatie maken deel uit van de top vijf van meest gebruikte bronnen op dagelijkse basis.

Net niet de helft (48 procent) van de journalisten gebruikt dagelijks Twitter en nog eens 12 procent minstens eenmaal per week. Sociaalnetwerksites zoals Facebook worden door 44 procent van de respondenten dagelijks gebruikt en een kwart onder hen gebruikt ze bijna dagelijks.

Redacties zijn bang van sociale media

Die toenemende populariteit van sociale media wordt door sommige redacties als een bedreiging ervaren. Het feit dat sociale media zo’n belangrijke nieuwskanalen worden waarlangs zeker jonge mensen het nieuws vernemen zien sommigen als een gevaar.

Onderzoek journalistiek: 'Om maatschappelijk relevant te zijn moet je hoge cijfers hebben'

‘Nieuws komt dan bij de mensen terecht via een kanaal waar ze zelf totaal geen controle over hebben’, licht Goris toe. ‘Kanalen als Facebook en Twitter zijn niet het eigendom van de redacties, maar ze zijn heel belangrijk om het nieuws bij de mensen te krijgen.’

De journaliste herinnert zich een anonieme quote uit één van de diepte-interviews: ‘Vergelijk het met een huis bouwen op grond die niet van u is. Hoe stabiel is dat, mensen die via hun smartphone even een item aanklikken en na een halve minuut alweer weg zijn? Je kan het ook niet converteren naar een bron van inkomsten.’

Hoe stabiel is dat, mensen die via hun smartphone even een item aanklikken en na een halve minuut alweer weg zijn?

Artikels moeten scoren en clicks verzamelen

Daarnaast bestaat er zoiets als click-oriented journalism: sommige onlinejournalisten zouden zich laten leiden door de gedachte dat een artikel goed zal scoren en veel clicks oplevert. Volgens het onderzoek ontkent haast geen enkele redactie de evolutie ernaartoe.

Ria Goris weet waarom dat zo is. ‘Om maatschappelijk relevant te zijn moet je hoge cijfers hebben: zoveel mensen die jouw site bezoeken en de artikels aanklikken. En als je niet voldoende populaire clickitems hebt, dan ben je ook niet interessant om advertentie-inkomsten binnen te rijven.’

Een alweer anonieme quote hierover: ‘Als je iets doet met hondjes of aantrekkelijke vrouwen of mannen of je doet iets met seks, dan weet je automatisch dat die dingen gaan scoren maar je kan je daar niet door laten leiden. Maar uiteraard doen we dat wel, want op het einde van de dag moet je wel je clicks halen.’

Als je iets doet met seks, dan weet je automatisch dat het gaat scoren. Op het einde van de dag moet je clicks halen.

Multimediaal betekent meer werkdruk

De werkdruk neemt ook toe naarmate redacties steeds meer de multimediale toer opgaan. ‘Als we aan de respondenten met meer dan vijf jaar ervaring vroegen of de werkdruk de voorbije vijf jaar verhoogd is, zei 83 procent ja en 17 procent nee. Als we vervolgens vroegen met welke factoren dat te maken had, dan kwamen ‘meer werk voor minder mensen’ en ‘multimediaal werken’ het vaakst voor.’

Onderzoek journalistiek: 'Om maatschappelijk relevant te zijn moet je hoge cijfers hebben'

Sommige journalisten bieden weerstand tegen een volledig multimediale werking van hun redactie. Volgens Ria Goris spelen daarbij twee zaken. ‘Sommigen gaan liever niet in op de vraag om een interessant idee ook door te geven aan de onlineredactie. Soms speelt een hiërarchische spanning, waarbij de baas vindt dat een medium om de printversie draait en met online minder geld verdiend wordt.’

Journalisten moeten nieuwsgierig zijn en kunnen schrijven

Er zijn tot slot nog zekerheden in de journalistiek. De sleutelfiguren op de redacties noemden de klassieke journalistieke eigenschappen het vaakst op wanneer Goris peilde naar de belangrijkste comptenties voor journalisten: taalvaardigheid en nieuwsgierigheid.

‘Hoewel het niet belangrijk is wat ik ervan vind als onderzoeker, is het geruststellend dat klassieke vaardigheden zoals goed kunnen schrijven en nieuwsgierigheid op nummer één staan. De core van een journalist of wat hem tot journalist maakt, is niet dat hij vlot kan omgaan met digitale toestanden’, besluit Goris. ‘Hij moet kunnen doen wat nodig is om een goed verhaal te vinden en het uit te werken. Dat kan zowel via print of digitaal of op een manier dat het viraal kan gaan op sociale media’.

Ria Goris zette een grootschalige online enquête op met medewerking van de twee grote journalistenverenigingen: de Vlaamse Vereniging van Journalisten (VVJ) en de Vereniging van de Journalisten van de Periodieke Pers (VJPP) Van de ruim 3.000 aangeschrevenen stuurden 803 Vlaamse journalisten een ingevuld formulier terug (responsrate van 26 procent). Ze nam daarnaast diepte-interviews af bij anonieme sleutelfiguren in 26 Vlaamse redacties.

(NC)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content