Grensoverschrijdend gedrag in de sport: partijen vragen onderzoekscommissie

Het Vlaams Parlement © belga

Meerderheidspartij Open Vld wil een parlementaire onderzoekscommissie naar seksueel misbruik in de sportwereld, “naar analogie met de federale bijzondere commissie die zich boog over misbruik in de kerk”. Ook oppositiepartij Groen dringt aan op doorgedreven parlementair werk rond de problematiek, maar dan via een bijzondere commissie. N-VA ziet de meerwaarde van een extra commissie niet goed.

“Het is ‘wishful thinking’ dat er enkel bij de judofederatie een probleem zou zijn. Als experten en het Internationaal Centrum Ethiek in de Sport ons waarschuwen dat het beleid te laks is op dit vlak, moeten we er realistisch vanuit gaan dat het probleem veel breder gaat. Met een onderzoekscommissie kunnen we dat uitklaren”, argumenteert Vlaams parlementslid Lionel Bajart, die dus pleit voor een commissie met zeer verregaande bevoegdheden vergelijkbaar met die van een onderzoeksrechter.

Groen wil dan weer een bijzondere commissie rond grensoverschrijdend gedrag in sportverenigingen. “De politiek moet nu haar verantwoordelijkheid nemen, het probleem in kaart brengen en de nodige maatregelen nemen. Te beginnen met een bijzondere commissie, naar het Nederlandse voorbeeld”, zegt Imade Annouri. Hij pleit er bovendien voor om subsidies afhankelijk te maken van een proactief beleid rond grensoverschrijdend gedrag en wil dat sportbegeleiders die werken met minderjarigen verplicht een bewijs van goed gedrag en zeden moeten voorleggen. En er moeten vertrouwenspersonen komen, aldus nog Annouri.

Ook CD&V wil een parlementaire commissie in het leven roepen. CD&V kan zich vinden in de vraag om een bijzondere commissie. “Er worden straks in de plenaire vergadering al heel wat vragen over de kwestie gesteld”, zegt Koen Van den Heuvel. “De bekommernis heerst bij de verschillende partijen. Het is bovendien belangrijk dat we dit uit het politieke opbod houden.” Om een bijzondere commissie op te richten is een meerderheid in de plenaire nodig.

N-VA lijkt geen voorstander van de verschillende initiatieven. Volgens fractieleider Matthias Diependaele moet vooral het gerecht zijn werk nu doen. “Er is in het parlement inderdaad heel wat werk te doen, maar er is in Vlaanderen ook al veel gebeurd”, zo verwijst fractieleider Diependaele onder meer naar de bestaande hulplijn en de aangeboden omkadering voor sportverenigingen. Gaat het om zaken uit het verleden – zoals wat nu opduikt over de judowereld – dan is dat volgens Diependaele vooral iets voor het gerecht. “Het gerecht moet nu zijn werk doen en kijken welke strafbare dingen gebeurd zijn. Ik vraag me toch af welke meerwaarde een extra commissie daar zou kunnen hebben.” Voor N-VA moet de zaak trouwens veel breder worden aangepakt, met bijvoorbeeld ook aandacht voor jeugdbewegingen en andere verenigingen.

Partner Content