Vlaamse Vereniging voor Psychiatrie

‘Geestelijke gezondheidszorg is wél geneeskunde’

Vlaamse Vereniging voor Psychiatrie Vlaamse Vereniging voor Psychiatrie

Geestelijke Gezondheidszorg is géén geneeskunde, stelde hooglereaar klinische psychologe Ariane Bazan in een opiniestuk. Klopt niet, vindt de Vlaamse Vereniging voor Psychiatrie. Psychische klachten moeten altijd in een breder perspectief benaderd worden. Daarbij zijn zowel de medische, de psychologische als de sociale aspecten van belang.

Lees hier het opiniestuk van Ariane Bazan: ‘Geestelijke gezondheidszorg is geen geneeskunde’.

De Wereldgezondheidsorganisatie definieert gezondheid als een toestand van volledig lichamelijk, geestelijk en sociaal welzijn, dus niet alleen als de afwezigheid van ziekte of handicap. Deze definitie is sinds 1948 niet veranderd. Geneeskunde is volgens Wikipedia het interdisciplinaire vakgebied dat zich richt op de invloed van ziektes of afwijkingen op het menselijk functioneren, zowel fysiek als psychisch, met als doel het herstel van de gezonde toestand, het verzachten van symptomen of de preventie van ergere pathologie. Geestelijke gezondheidszorg is dus per definitie een onderdeel van de geneeskunde, in tegenstelling tot wat Bazan beweert.

‘Geestelijke gezondheidszorg is wél geneeskunde’

Soms zijn psychische klachten het gevolg van een ander, “medisch” probleem. Verwardheid kan bijvoorbeeld het gevolg zijn van middelenmisbruik, van een bloeding of tumor in de hersenen, een falende lever, van bijwerkingen van medicatie, enz… . Depressieve klachten en oververmoeidheid kunnen het eerste signaal zijn van een onderliggende ernstige ziekte zoals kanker. Een behandeling voor psychische klachten starten, zonder daarbij rekening te houden met mogelijke medische oorzaken (en enkel ‘psychologiseren’), is een kunstfout. Het onvoorzichtig diagnostische etiketten plakken kan inderdaad stigmatiserend werken.

Het zijn valkuilen in de geestelijke gezondheidszorg en bij uitbreiding in de hele geneeskundige zorg: mensen reduceren tot een psychisch (of somatisch) probleem, hen daardoor stigmatiseren en te weinig aanspreken op hun competenties en mogelijkheden.

Geneeskunde gebaseerd op wat wetenschappelijk bewezen is

Evidence based medicine (EBM) is geneeskunde die gebaseerd is op wat wetenschappelijk bewezen is: dat wil zeggen op de best beschikbare informatie over de doelmatigheid en doeltreffendheid van een behandeling of geneesmiddel. EBM-richtlijnen toepassen betekent ze samen met patiënten vertalen naar zijn of haar individuele en specifieke situatie. Biologische én psychologische behandelvormen moeten daarbij worden meegenomen.

Het EBM- model toepassen in de GGZ is dus zeker niet “rampzalig“, zoals Bazan beweert. Psychotherapie zou volgens sommigen niet evidence based zijn, omdat het wetenschappelijk niet te toetsen valt. Het tegendeel blijkt uit talloze studies, waaronder een recent Nederlands toponderzoek . Hierbij werd aangetoond dat de levenskwaliteit van patiënten met een psychose die een psychisch trauma meemaakten, sterk verhoogt wanneer ze behandeld worden met een specifieke vorm van gedragstherapie.

‘Soms is medicatie essentieel om een begin van therapeutische relatie te kunnen aangaan.’

In het welslagen van een behandeling zijn ook aspecifieke en niet-meetbare factoren van groot belang: empathie, respect en ontvankelijkheid van de therapeut. Deze attitudes zijn de basis voor elke therapeutische relatie. Toch volstaat die basishouding vaak niet en heeft men ook andere gezichtspunten en instrumenten nodig. Soms is medicatie essentieel om een begin van therapeutische relatie te kunnen aangaan. Soms treedt één symptoom zo op de voorgrond, dat een heel specifieke aanpak nodig is. Soms is het inzicht van een patiënt zo beperkt of de lijdensdruk zo laag, dat vooral de familie een hulpvraag heeft. Er zijn ook patiënten die eigenlijk geen therapie wensen, enkel duidelijkheid over wat hen anders maakt dan anderen.

Complexiteit

Gaat het enkel om een gebrek aan zelfvertrouwen, om onzekerheid of existentiële vragen -de zware mentale ontreddering zoals Bazan het noemt- dan is een psychotherapeutische aanpak zeker aangewezen. Gaat het echter om een ernstige vorm van autisme of ADHD, om een paranoïde psychose, een beginnende dementie of een bipolaire stoornis, dan is het op zijn minst belangrijk voor de persoon in kwestie om zicht te krijgen op wat er aan de hand is.

Termen aanreiken om dat te beschrijven, kan al een eerste psychotherapeutische interventie zijn. Weten dat waar je onder lijdt beschreven staat in de gezondheidszorg, en weten dat er behandelingen mogelijk zijn, kan een opluchting zijn.

Daarna is het belangrijk dat patiënt en hulpverlener samen kijken naar wat hem of haar kan vooruit kan helpen. Een coachende begeleiding, misschien ook medicatie, eventueel psychotherapie. Alles vereenvoudigen tot onverwerkte conflicten uit het verleden, tot aangeleerd gedrag dat afgeleerd moet worden, tot een gezonde reactie op een zieke omgeving, of tot een medisch probleem dat een pilletje vereist, doet afbreuk aan de complexiteit van ons vak en de waardigheid van de patiënt.

Geen concurrentie

Geestelijke gezondheidszorg is bij uitstek een multidisciplinaire discipline. Het is verheugend vast te stellen dat die zorg meer en meer thuis plaatsvindt. Mobiele teams bestaande uit verpleegkundigen, sociaal assistenten, psychologen en psychiaters gaan samen op pad om thuis bij de patiënt een optimaal behandelplan op korte en langere termijn te ontwikkelen. Ook in centra geestelijke gezondheidszorg en in algemene en psychiatrische ziekenhuizen werken zij intensief samen; elk vanuit de eigen expertise, zonder dat dit resulteert in spanningen of vormen van concurrentie.

Samenwerken i.p.v. polariseren

Tot slot: polariseren van het debat over geestelijke gezondheidszorg tussen de verschillende zorgdisciplines tot meerdere eer en glorie van de eigen opleidingsachtergrond, zal de zorg voor personen met een psychische kwetsbaarheid niet verbeteren. Integendeel. In een tijd waarin het (geestelijk) zorglandschap razendsnel verandert is het essentieel dat álle professionals werkzaam in de geestelijke gezondheidszorg, de handen in elkaar slaan. Alleen zo komen we tot optimale behandelmodellen, multidisciplinaire samenwerkingsverbanden en aldus verbeterde zorg voor de individuele patiënt. De Vlaamse Vereniging voor Psychiatrie is alvast uitnodigende partij.

Kirsten Catthoor en Frieda Matthys zijn wetenschappelijk secretaris en voorzitter van de Vlaamse Vereniging voor Psychiatrie.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content