Duizenden GAS-boetes illegaal uitgeschreven

Protest tegen GAS-boetes © BELGA
Simon Demeulemeester

Duizenden GAS-boetes zijn illegaal uitgeschreven, omdat de GAS-ambtenaren in kwestie niet bevoegd waren om dat te doen. ‘Misschien is het ergste GAS-nieuws niet wat de pers haalde, maar wat er nog niet in raakte.’

In de Juristenkrant noemt Jan Nolf, ere-vrederechter en columnist van Knack.be, de juridische illegaliteit van de intergemeentelijke sanctieambtenaren ‘het meest ontluisterend voorbeeld van illegale GAS-procedures’. Intergemeentelijke GAS-ambtenaren zijn ambtenaren die door de ene gemeente aan een andere ‘verhuurd’ worden om er GAS-boetes uit te schrijven. Nolf noemde ze in een opinie voor Knack.be ‘uitzendkrachten voor GAS’.

Daarbij stellen zich twee problemen, aldus Jan Nolf. Enerzijds werd die praktijk onwettig uitgeoefend: ze was aanvankelijk niet ingeschreven in het Koninklijk Besluit over GAS-boetes. Anderzijds is er het financiële plaatje. Zoals Nolf in zijn opinie op Knack.be vroeg: ‘Hoe noemen we inkomsten uit illegale praktijken?’

Probleem 1: Intergemeentelijke samenwerking niet opgenomen in GAS-wet

Minister van Justitie Annemie Turtelboom: ‘Deze praktijk is strijdig met wet’

De onwettelijke praktijk van intergemeentelijke GAS-bevoegdheden werd al in 2010 aangekaart, aldus Nolf in De Juristenkrant. In 2011 herhaalde ook minister van Justitie Annemie Turtelboom (Open VLD) in de commissie Justitie dat ‘deze praktijk strijdig (is) met de huidige bewoordingen van het Koninklijk Besluit van 7 januari 2001.’

In dat Koninklijk Besluit (KB) werd immers geen melding gemaakt van de intergemeentelijke samenwerking, en dus waren die intergemeentelijke GAS-ambtenaren op dat moment niet bevoegd om intergemeentelijke GAS-boetes uit te schrijven. Het Vlaams decreet op de intergemeentelijke samenwerking kwam er immers pas op 6 juli 2001. Veel GAS-boetes die door intergemeentelijke GAS-ambtenaren werden uitgeschreven, zijn dan ook door politierechters in beroep ongedaan gemaakt.

Magistraten wezen erop dat het KB moest aangepast worden ‘om aan dat probleem te verhelpen’. ‘In afwachting zou het beter zijn dat de gemeenten hun praktijk aanpassen,’ zo schreef Brecht Warnez van de vakgroep Bestuursrecht aan de Universiteit Gent in De Juristenkrant.

Echter: ‘Wie dacht dat de intergemeentelijke sanctionerend ambtenaren hun procedures ondertussen opschortten of bijstelden was er aan voor de moeite,’ reageert Nolf. Meer zelfs: het fenomeen van de illegale intergemeentelijke sanctieambtenaren bleef enkel toenemen.

Einde verhaal?

In 2013 pas, drie jaar na de eerste kritieken, werd de mogelijkheid van aanstelling van één zelfde sanctionerend ambtenaar in de nieuwe GAS-wet en een KB ingeschreven: dat laatste is van toepassing sinds 3 oktober, en de GAS-wet sinds 1 januari. ‘Einde verhaal? Durf het te betwijfelen, want ook hier werken zowel GAS-wet als dat KB enkel voor de toekomst,’ aldus Nolf.

In het KB van 21 december 2013 werd weliswaar haastig nog voorzien dat ‘wie voor 1 januari 2014 aangewezen werd door de gemeenteraad als sanctionerend ambtenaar die taak verder kan blijven uitoefenen’. Maar dat mag volgens ere-vrederechter Nolf hoogstens van toepassing zijn op de vanaf 3 oktober 2013 (her-)benoemde intergemeentelijke sanctionerend ambtenaren.

In zijn advies over de GAS-wetgeving aan de Kamercommissie Justitie (dat overigens vernietigend was: ‘Leg een moratorium op alle GAS-boetes‘) hekelde Nolf die intergemeentelijke samenwerkingsverbanden als een ‘de facto constant ongecontroleerde en ongesanctioneerde illegaliteit’.

Probleem 2: wat met de inkomsten uit illegale praktijken?

‘Illegalen’ werken aan dumpingprijzen

Nolf ziet nog eens drie problemen inzake de inkomsten die de intergemeentelijke GAS-ambtenaren genereren. Ten eerste stelt hij de vraag: als die intergemeentelijke GAS-ambtenaren illegaal te werk gaan, wat dan met de inkomsten die ze genereren? ‘Hoe noemen we inkomsten uit illegale praktijken: heeft dat een naam, een kleur ?’

Ten tweede voeren de intergemeentelijke GAS-ambtenaren volgens Nolf een ‘illegale en financiële concurrentieslag’. De uitgeleende ambtenaar behandelt dossiers van andere gemeenten, ‘mits een forfaitair overeengekomen prijsje per dossier’. De concurrentieslag zit er volgens Nolf in dat deze ambtenaren goedkoper weren dan de wel wettelijke geregelde provinciale sanctionerend ambtenaren, die werken aan een loon tot 80 euro per dossier. Nolf: ‘De ‘illegalen’ werken dus aan dumpingprijzen.’

Een derde probleem ziet Nolf in wat hij grappend ‘de GAS-kolonisatie noemt’. Zo wordt de GAS-sanctionerend ambtenaar van Kortrijk tegen vergoeding uitgeleend aan Kuurne, Lendelede, Wevelgem, Ledegem en Menen. ‘Vincent Van Quickenborne heeft daarmee een GAS-wingewest dankzij die kleine broertjes.’

Nieuwe, hoge drempels van Justitie

Dat GAS-boetes zelden of nooit aangevochten worden, wijst volgens Nolf op de ‘nieuwe, hoge drempels van Justitie’: een voor leken moeilijke schriftelijke procedure en een intimiderende financiële drempel.

Nolf lanceert tenslotte in De Juristenkrant de oproep om in kaart te brengen ‘hoeveel GAS-boetes ondertussen illegaal uitgedeeld werden en nog zullen worden. Misschien was het ergste met GAS dus niet wat de pers haalde, maar wat er nog niet in raakte.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content