De solidariteit van SP.A of de liefdadigheidspolitiek van N-VA?

N-VA kiest met haar liefdadigheidspolitiek voor de 10% sterksten en de 10% zwaksten in onze samenleving, schrijft Bieke Verlinden (SP.A). ‘Iedereen daartussen – de grote meerderheid van de werkende Vlamingen – moet het maar zelf zien te rooien. SP.A kiest voor solidariteit met iedereen.’

Onze solidaire samenleving staat op de helling: langzaam en bijna ongemerkt wordt het systeem uitgehold. We staan er niet genoeg bij stil wat de sociale zekerheid ons elke dag weer biedt. Eigenlijk zouden we veel beter moeten uitleggen hoe dat werkt. Dat er geen ‘onzichtbare hand’ is die voor ons zorgt – in goede en kwade dagen – maar dat je echt wel een hoop belastinggeld nodig hebt om al die rekeningen te betalen. Die solidariteit moeten we dringend eerlijker en transparanter organiseren. De sociale samenleving is er immers niet alleen voor de armen of voor de rijken, maar voor iedereen. Wij willen geen liefdadigheid maar rechtvaardigheid.

Het was opvallend hoe de N-VA zich de voorbije weken haastte om als ‘sociale’ partij uit de hoek te komen. De boodschap: naast de vermogende ondernemers, mogen ook de zwaksten in de maatschappij op steun rekenen. Een sociale samenleving betekent voor de N-VA dus zoveel als een rondje liefdadigheid: voor de zwaksten zullen we wel iets organiseren zodat ze niet volledig aan hun lot over gelaten worden. Zo kiest de partij dus voor de 10% sterksten en de 10% zwaksten in onze samenleving. Iedereen die daartussen zit – de grote meerderheid van de werkende Vlamingen – moet het maar zelf zien te rooien.

Maar wie van die Vlamingen rekent zich tot die middenklasse? Daar zit net het probleem. De huidige personenbelasting doet uitschijnen dat iemand die gemiddeld verdient, vermogend is. Omdat een gemiddeld gezamenlijk brutoloon al makkelijk voor een deel in de hoogste belastingsschijf komt, worden de meeste werkende mensen onterecht beschouwd als ‘rijk’. Die historische scheeftrekking moet worden aangepast zodat ieder opnieuw naar eigen draagkracht bijdraagt. Terwijl de N-VA ongeveer iedereen in de hoogste schijf wil doen belanden door ons te doen geloven dat de belangen van de middenklasse dezelfde zijn als die van de superrijken, kiest de SP.A voor een eerlijke en rechtvaardige aanpak. Wij willen het belastingssysteem aanpassen en afstemmen op de hedendaagse lonen. Want iemand met een gemiddeld salaris hoort niet thuis in dezelfde categorie als pakweg Didier Bellens.

Iedereen een miljoen

Waarom de N-VA u wel wil belasten als een CEO? Theo Francken, eerste op de Vlaams-Brabantse kamerlijst, gaf in studentenkrant Veto onlangs aan waarom zijn partij een ongebreideld geloof heeft in de economische draagkracht van het gros van onze samenleving: “Wie drie generaties goed heeft gewerkt, geen zotte dingen heeft gedaan, en hier of daar een erfenis kreeg, komt snel aan een miljoen.” De burgemeester van Lubbeek vindt dat blijkbaar heel normaal: “Meer dan de helft van de inwoners heeft zo’n bedrag [1 miljoen euro] staan. En dat is alleen nog maar Lubbeek.”

Het schetst perfect de maatschappijvisie van de N-VA: als je van goede wil bent, kan iedereen het maken in onze samenleving. En lukt je dat niet, dan is dat je eigen schuld. Dan moet je maar harder werken. Want dat hebben wij ook gedaan. Of dan had je maar beter moeten sparen. Want dat hebben wij ook gedaan.

Schaamteloos bombardeert de partij zichzelf tot norm. Daaruit ontstaat een culpabiliserend discours waarbij iedereen die niet mee is, of niet mee kan, met de vinger gewezen wordt. Het installeert een superieur groepsgevoel waarbij wantrouwen, jaloezie en uitsluiting centraal staan. Dan wordt de Vlaming die niet succesvol meedraait in de maatschappij spontaan een verdachte. Dan moet de gemiddelde Vlaming, wil hij niet door de mand vallen, krampachtig meeheulen met de rijke bovenlaag. Dat de gemiddelde Vlaming zich daarmee in eigen voet schiet, is pijnlijk om vast te stellen.

Maar goed, de gemiddelde Vlaming hoeft zich volgens de N-VA geen zorgen te maken: de afbouw van de sociale zekerheid vangt u toch makkelijk op met de paar honderd euro extra die de beloofde belastingsverlaging oplevert? En met een miljoen op de rekening heeft u binnenkort toch helemaal geen nood aan een tussenkomst voor de kosten van heel wat diensten waarvan u elke dag geniet? U zal toch gemakkelijk de volle pot kunnen betalen voor onderwijs, ziekteverzekering, zorg- en kinderopvang of de muziekschool? En als dat niet het geval is, dan heeft u dat volgens de N-VA volledig aan uzelf te danken. Valt u erbuiten? Eigen schuld, dikke bult.

Pijnlijk detail: de bedenkers van deze visie hebben genoten van alle voordelen van een solidaire samenleving. Zij behoren tot een generatie waarin de sociale zekerheid iedereen ondersteunde, arm en rijk. Dat net die groep die het gemaakt heeft in een solidaire samenleving, nu de solidariteit wil opzeggen, is gênant om vast te stellen.

Vaak wil men de kiezer doen geloven dat solidariteit er enkel is voor de zwaksten, maar het tegendeel is waar: wij allemaal worden dagelijks “ondersteund”. Solidariteit vormt de ruggengraat van een stabiele samenleving waarin iedereen gedragen wordt, arm of rijk. Dat is een groot verschil met de liefdadigheidspolitiek van de N-VA waarbij enkel diegenen die helemaal onderaan de sociale ladder staan, gered moeten worden door het optrekken van de leeflonen en het verhogen van de minimumpensioenen. Want daar stopt het sociale verhaal van de N-VA. Over de grote meerderheid van de mensen, wordt met geen woord gerept.

Dat die partij de automatische indexaanpassing wil afschaffen, heeft invloed op ieders inkomen. Iemand met een gemiddeld loon is bij een inflatie van 2% per jaar, over 5 jaar 10% koopkracht kwijt, over 10 jaar zelfs 20%. De meerderheid van de Vlaamse werknemers verdient het, volgens de N-VA, niet dat hun loon aangepast wordt aan de effectieve kostprijs van het leven. Omdat het profiteurs zijn?

Ik ben ervan overtuigd dat de meeste mensen zich in een wereld zonder solidariteit zullen overeind houden, alleen zal de kwaliteit van het leven ongelooflijk fel dalen. Enkel de rijken zullen hun levensstandaard kunnen aanhouden, de rest zal al gauw merken dat het leven onbetaalbaar wordt als we niet samenwerken.

De polariserende keuze waarmee de N-VA naar de kiezer stapt, is inderdaad pertinent: rekenen en wachten we op de superrijken om in hun zog en aan hun hand ook welvarend te worden? Of kiezen we ervoor om allemaal samen onze welvaart te verzekeren, door op een eerlijke en rechtvaardige manier onze bijdrage te leveren om zo de kwaliteit en betaalbaarheid van onze welvaart samen op peil te houden? Het is de vraag van 1 miljoen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content