Iedereen gechipt

Wereldwijd hebben tienduizenden mensen al een chip laten inplanten, ook in België. Blijft het iets voor techneuten, of wordt het standaard? ‘Daarvoor zal de associatie met nazipraktijken eerst moeten verdwijnen.’

De voordeur ontgrendelt hij met zijn blote hand. Sinds hij gechipt is, heeft hij daar geen sleutels meer voor nodig. ‘Ik zocht al langer een manier om minder sleutels en kaarten op zak te hoeven hebben’, zegt Vincent Nys, zaakvoerder van het Mechelse technologie- en marketingbureau New Fusion. ‘Technisch is het perfect mogelijk om al die identificatievormen samen te brengen met Radio-Frequency Identification (RFID), een technologie die gebaseerd is op radiogolven. Zulke chips gebruiken we onder meer in toegangsbadges voor festivals.’ Uiteindelijk was het de voordeur van zijn bedrijf die Nys’ plannen concreter maakte. ‘Een half jaar geleden hebben we een toegangscontrolesysteem geïnstalleerd, maar na drie dagen waren veel collega’s hun badge alweer kwijt. Dat bracht ons op het idee om met een onderhuidse chip te werken’, zegt hij. Midden december werd bij hem en zeven van zijn werknemers een microchip ingeplant.

Wereldwijd zijn er naar schatting al een paar tienduizend mensen met een onderhuidse chip, onder wie duizenden Europeanen. In België zou het om vijftig à honderd mensen gaan. ‘In het begin lieten alleen technologiefreaks zich chippen, maar met de jaren is mijn cliënteel breder geworden’, zegt de Amerikaanse ondernemer Amal Graafstra van Dangerous Things, een bedrijf dat implanteerbare microchips levert. ‘Ondertussen heb ik er al meer dan 20.000 verkocht, waarvan 35 à 40 procent buiten de Verenigde Staten. Veel mensen vinden zo’n chip cool en willen ermee kunnen uitpakken bij hun vrienden, maar de functionaliteit blijft toch doorslaggevend.’ Nog altijd zijn het vooral mensen met een bovengemiddelde hang naar technologische snufjes die zich laten chippen. ‘Computernerds eigenlijk’, lacht Tom van Oudenaarden, die in zijn piercingstudio in het Nederlandse Utrecht chips inplant. ‘Het zijn mensen die het potentieel ervan inzien en mee willen zijn met de nieuwste technologie.’ Peter van Hees, innovation manager bij KBC, is al ruim een jaar gechipt. ‘Het idee ontstond toen ik een lezing gaf over de snelheid van de technologische evolutie’, zegt hij. ‘Om te provoceren vertelde ik over onderhuidse chips, en voor ik het wist daagde het publiek me uit om het zelf te proberen. Ik dacht: waarom ook niet?’

Net als bij andere nieuwe technologieën zijn vooral mannen early adopters. In het bedrijf van Nys, bijvoorbeeld, ging geen enkele vrouw in op zijn aanbod om zich te laten chippen. ‘Om esthetische redenen vooral, want je ziet de chip wel een beetje zitten’, zegt Nys. ‘Al zal het feit dat sciencefiction vooral een jongenscultuur is ook wel meespelen.’ Er waren ook mannelijke werknemers die weigerden: de ene had als veganist geen zin om zoiets onnatuurlijks in zijn lijf te stoppen, een ander deed het niet omdat zijn vriendin er problemen mee had, en nog iemand anders zag er het nut niet van in. Nys: ‘Vooral onze technologieontwikkelaars reageerden enthousiast. Zij experimenteren ook echt met de chip, terwijl andere collega’s het veeleer als een cool gadget beschouwen.’

Honden en katten

In grote lijnen bestaan er twee soorten RFID-chips. De actieve chips zijn voorzien van stroom en kunnen daardoor zelf signalen uitzenden. Ze worden onder meer in de logistiek gebruikt om voorraden te inventariseren. Omdat er batterijen in moeten, zijn ze nog te groot om in te planten, maar daar komt wellicht heel snel verandering in. In afwachting daarvan worden bij mensen haast uitsluitend passieve chips ingebracht, waarvan je informatie kunt aflezen als je ze tegen een chiplezer of een smartphone met NFC-functie houdt.

Nieuw is de technologie niet. Nog voor passieve RFID-chips in badges en polsbandjes werden verwerkt, gebruikten dierenartsen ze al om honden en katten te chippen. Dat is ook waar Amal Graafstra twaalf jaar geleden de mosterd haalde toen hij het zat was om keer op keer zonder sleutels voor een gesloten deur te staan. ‘Eerst dacht ik aan een toegangssysteem op basis van vingerafdrukken of irisscans, maar die dingen bleken peperduur’, zegt hij. ‘Omdat de chips die huisdieren ingeplant krijgen wel betaalbaar zijn, ben ik die mogelijkheid gaan onderzoeken.’

Hij kwam uit bij een chip in een glazen buisje van 2 bij 12 millimeter, die heel goed op de versie voor honden en katten lijkt. Graafstra verkoopt ze in een verzegelde steriele injectienaald voor 100 euro, maar elders op het internet vind je ze zonder naald al vanaf 20 cent. De meeste mensen laten de chip niet in hun nek aanbrengen, zoals bij huisdieren, maar tussen hun duim en wijsvinger. Dat is iets handiger als je er je voordeur mee wilt opendoen. ‘De chip wordt met een dikke, holle naald onder je huid geïnjecteerd’, legt Nys uit. ‘Natuurlijk doet dat pijn, maar ondraaglijk is het niet. Ik heb me laten vertellen dat het vergelijkbaar is met het aanbrengen van een tattoo of een piercing.’

In Piercing Studio Utrecht heeft Tom van Oudenaarden sinds de zomer van 2013 al 400 à 500 chips ingeplant. Ook bij Belgen, die naar hem toekomen of die hij thuis opzoekt. Vorige maand zakte hij af naar Mechelen om er de werknemers van New Fusion te chippen. ‘Ik heb even overwogen om het zelf te doen, maar het leek me uiteindelijk toch niet zo’n goed idee’, zegt Nys. ‘Dat ik bij Tom ben terechtkomen, is vooral doordat er in België geen piercers zijn die het doen.’ Of toch niet openlijk. De wet op piercen is in België strikter dan in veel andere Europese landen. ‘Er is duidelijk omschreven wat piercers mogen doen, en het plaatsen van implantaten hoort daar niet bij. Dat is voorbehouden voor artsen en verpleegkundigen die in opdracht en onder toezicht van een arts werken’, klinkt het bij de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid. Implantaten net onder de huid injecteren doen dokters wel vaker. Als een patiënt een ingeplant anticonceptiestaafje wil, bijvoorbeeld. Toch is het ver zoeken naar een Belgische medicus die bereid is om mensen te chippen. Dat komt niet alleen doordat het voor hen nog onbekend terrein is: nogal wat dokters hebben principiële bezwaren. ‘Een arts is opgeleid om mensen beter te maken, niet om iets aan hun lichaam toe te voegen’, legt medisch trendwatcher en professor oncologie Koen Kas uit. ‘Zo’n chip injecteren heeft niets met geneeskunde te maken, en daarom willen de meeste artsen er niet aan beginnen.’ Als ze het wel doen, houden ze het liever stil. Zoals de dokter die Peter van Hees chipte. ‘Hij had er geen enkel probleem mee, maar hij wil toch liever niet dat ik zijn naam noem’, zegt Van Hees. ‘Het heeft zeker voordelen om bij een dokter aan te kloppen. Je hebt de garantie dat alles veilig verloopt, én je hand kan worden verdoofd.’ Maar niet iedereen heeft dus zo’n bereidwillige dokter, of ziet het zitten om helemaal naar Nederland te reizen. Vandaar dat sommigen zich laten helpen door een bevriende verpleegkundige, of zelfs door een dierenarts.

Veel houdt de ingreep niet in, als er met steriel materiaal wordt gewerkt en de naald wordt gehanteerd door iemand die weet wat hij doet. ‘Omdat de chip net onder de huid zit, is er weinig gevaar van afstoting’, zegt Koen Kas. ‘Zo’n buisje, waar een speciale coating op is aangebracht, kan ook heel lang blijven zitten.’ Bij katten en honden gaan chips meestal een heel dierenleven lang mee, en anticonceptiestaafjes werken tot twaalf jaar. Alleen tijd kan uitwijzen hoelang onderhuidse RFID-chips blijven functioneren. Doet hij het niet meer, heb je er genoeg van of wil je een nieuwer model, dan zit er maar één ding op: het buisje uit je hand laten snijden.

Aangepaste muziek

De vraag is natuurlijk: wat moet je ermee? Vandaag verandert je leven nog niet wezenlijk als je gechipt bent. ‘Op mijn chip staan behalve een identificatienummer alleen mijn naam, adres, e-mail en telefoonnummer. Veel meer kan er niet op het geheugen’, zegt Vincent Nys. ‘Als ik op kantoor mijn hand tegen een chiplezer leg, dan verschijnen mijn gegevens op het computerscherm, inclusief mijn to-dolijst.’ De onderhuidse chips hebben ook een eind gemaakt aan het dagelijkse gebakkelei over de muziek die op de werkvloer wordt gedraaid: de afspeellijst wordt automatisch aangepast aan de smaak van de aanwezige werknemers. ‘Veel meer dan spielerei is het nog niet’, zegt Peter van Hees. ‘Met de chip kan ik de garagedeur openmaken, maar in de praktijk gebruik ik meestal nog mijn sleutel. Daarnaast kan ik er het alarmsysteem mee uitschakelen en heb ik al wat geëxperimenteerd met lampen en domotica. Meer niet.’ Tom van Oudenaarden, die al vier chips heeft, haalt er meer uit. ‘Sleutels heb ik niet meer nodig: noch voor mijn motor, noch voor mijn huis en mijn piercingstudio’, zegt hij. ‘Ik heb ook geen wachtwoorden op mijn laptop en hoef geen thermometer te gebruiken om mijn lichaamstemperatuur te controleren. ‘

Dat je er op dit moment niet veel meer mee kunt, is volgens overtuigde gebruikers de belangrijkste reden waarom het grote publiek de weg nog niet heeft gevonden naar onderhuidse chips. ‘Tot nader order moet je eigenhandig je spullen aanpassen om ze via de chip te kunnen bedienen’, legt Amal Graafstra uit. ‘Er worden bijvoorbeeld nog geen auto’s geproduceerd die je ermee kunt openen of starten. Hetzelfde geldt voor deuren, verlichting en domotica. Dat je zulke dingen eerst nog van een chiplezer moet voorzien, schrikt veel mensen af.’

Een tweede handicap is dat er nog niet veel applicaties voor bestaan. Gebruikers ontwerpen zelf wel vaak toepassingen, maar voor een ruimer publiek kan het pas interessant worden als commerciële bedrijven en overheidsdiensten op de kar springen. ‘Mensen zullen sneller overwegen om een chip te laten inplanten als ze er hun hele sleutelbos én de inhoud van hun portefeuille op kwijt kunnen’, zegt Graafstra. ‘Technisch is dat al mogelijk. Alles wat met identificatie te maken heeft, kun je via de chip bijhouden: van je identiteitskaart en rijbewijs tot informatie voor de sociale zekerheid, bibliotheekpasjes en bankkaarten.’ Sommige mensen gebruiken de chip al als bitcoinportefeuille, en experts sluiten niet uit dat banken ermee zullen experimenteren. ‘Binnen afzienbare tijd zullen we met onze telefoon kunnen betalen en geen bankkaarten meer nodig hebben’, zegt Van Hees. ‘Het is heel goed mogelijk dat betalen via een onderhuidse chip de volgende stap wordt. Maar voor hetzelfde geld zal de identificatie dan via biometrie, vingerafdrukken of de ogen verlopen.’

Zelfs als er honderden handige apps worden ontwikkeld en producenten standaard chiplezers in hun toestellen inbouwen, moet er nóg een grote hindernis overwonnen worden: ontzettend veel mensen vinden onderhuidse chips ronduit weerzinwekkend. Dat ondervond Vincent Nys toen hij eind vorig jaar de media haalde met het plan om zijn werknemers te chippen. ‘Een hele stroom haatmail heb ik gekregen’, vertelt hij. ‘Op sociale media werd ik zelfs een nazi genoemd en regende het verwijzingen naar de Nieuwe Wereldorde en Big Brother.’ Zodra iemand over geïmplanteerde chips begint, slaat de fantasie van veel mensen op hol, vaak geïnspireerd door blockbusters zoals The Matrix of The Hunger Games. Op het internet circuleren tientallen complottheorieën over overheden en geheime diensten die op grote schaal chips inplanten bij nietsvermoedende burgers. In de aanloop naar de lancering van Obamacare beweerden tegenstanders zelfs dat iedereen die in het systeem stapte willens nillens gechipt zou worden. ‘Mij vragen ze vaak of ik niet bang ben dat criminelen mijn hand zullen afhakken. Alsof er geen makkelijker manieren zijn om in mijn huis in te breken’, grijnst Van Hees. ‘Mensen wijzen me er ook vaak op dat mijn hand gehackt zou kunnen worden. Dat is natuurlijk minder vergezocht, want zo’n chip is niet zo goed beveiligd: om hem te kunnen lezen, hoef je alleen maar heel dicht bij me te komen. Maar omdat er nu amper informatie op staat, maak ik me daar geen zorgen over. Het zou veel erger zijn als mijn smartphone werd gehackt.’

De maakbare mens

Dat wordt een groter issue zodra het geheugen van de chips groter wordt en er meer applicaties bijkomen. Zeker als er een manier wordt gevonden om ze van stroom te voorzien zodat ze ook signalen kunnen uitzenden en van een afstand kunnen worden gelezen. ‘Het grootste verschil is dat je zo’n chip dan zult kunnen gebruiken om iemand te volgen of op te sporen’, zegt piercer Tom van Oudenaarden. ‘Ik krijg nu al geregeld de vraag van mensen die hun kinderen om die reden willen laten chippen. Daar begin ik niet aan, en ik zal het ook niet doen als er chips met trackingfunctie op de markt zijn.’ De meeste mensen vinden het vooral een eng idee dat je dan altijd en overal gevolgd zou kunnen worden. ‘Ik begrijp echt niet waarom’, zegt Nys. ‘Nu geven we op dat vlak toch ook al een groot stuk privacy op? Via een app op mijn smartphone kunnen nu al veel zakenrelaties en vrienden tot op een paar meter nauwkeurig zien waar ik ben. Daar heb ik geen enkele moeite mee. Maar het is wel cruciaal dat je daar zelf voor kunt kiezen. Ook als je gechipt bent.’

Er zullen grote ethische en juridische vragen worden gesteld eens gechipte mensen hun lichaam echt als digitale sleutel kunnen gebruiken. ‘Vandaag is er geen enkel juridisch argument om iemand te verbieden een chip in zijn lichaam te laten implanteren. Zolang hij dat tenminste uit vrije wil doet en goed geïnformeerd is’, zegt professor Jos Dumortier van het Centrum voor IT en Recht (KU Leuven). De vraag is of die wet niet moet worden aangepast of bijgeschaafd zodra de technologie verder evolueert. ‘De huidige toepassingen, zoals een deur openen of een auto besturen, zijn nog vrij ongevaarlijk’, zegt Dumortier. ‘Maar in laboratoria worden applicaties ontwikkeld die veel verder gaan. De implantaten van de toekomst zullen echt verlengstukken zijn van het menselijke lichaam en brein. Sommige zullen bijvoorbeeld een prestatiebevorderende functie hebben, of ingezet kunnen worden in een militaire context. Dan is het belangrijk dat we als samenleving nagaan wat we ethisch aanvaardbaar vinden. Willen we zulke implantaten onbeperkt toelaten? Moeten er voorwaarden aan worden gekoppeld? Het komt er eigenlijk op neer dat we moeten bepalen wat de grenzen zijn van de maakbare mens.’

Ook wat de beveiliging betreft, is er nog werk aan de winkel. Zowel praktisch als juridisch. ‘Wie zal de data beheren zodra banken en overheden ons toelaten om informatie op een onderhuidse chip op te slaan? Mag een bedrijf als Google dat doen, of is het alleen een taak van de overheid?’ zegt Nys. ‘Daar wordt amper over gepraat omdat politici en professoren liever doen alsof er nog geen chips worden ingeplant. Maar het gebeurt wel degelijk. Het is belangrijk dat er heel binnenkort afspraken over worden gemaakt. Voordat het fenomeen zó groot wordt dat niemand het nog kan beheersen of controleren. Dát zou pas beangstigend zijn.’

Door ANN PEUTEMAN, foto’s JEF BOES

‘Moet je bang zijn omdat je overal gevolgd kunt worden? We geven nu toch al een groot stuk van onze privacy op?’ Vincent Nys

‘Mensen vragen me geregeld of ik hun kinderen wil chippen, zodat ze altijd weten waar ze zijn. Daar begin ik niet aan.’ Tom van Oudenaarden

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content