De kostprijs van onze democratie

© Isopix
Ewald Pironet

De hervorming van de Senaat levert een besparing van 10 miljoen euro op. Dat becijferde professor overheidsfinanciën Herman Matthijs (UGent en VUB), die deze week in Knack het totale kostenplaatje van Kamer, Senaat en Vlaams Parlement schetst.

Jarenlang is er gepalaverd over een hervorming en afslanking van de Senaat en volgens sommigen viel daar meteen heel wat te besparen. Eind november vorig jaar keurde de Senaat na een stemmarathon haar eigen hervorming goed. Vandaag telt de Senaat nog 71 leden (40 rechtstreeks verkozen senatoren, 21 gemeenschapssenatoren en 10 gecoöpteerde senatoren). In 2013 hing aan de Senaat alles bij elkaar een prijskaartje van 80,5 miljoen euro. Na 25 mei worden de rechtstreeks verkozen senatoren afgeschaft. Uiteindelijk zullen er nog 60 senatoren overblijven (50 die door de deelstaten worden aangewezen en 10 gecoöpteerde senatoren). Een afslanking dus, maar is het ook een besparing?

Matthijs: ‘Volgens de begroting 2013 van de Senaat kostten de wedden van de senatoren 8,5 miljoen euro. Na de verkiezingen moet de Senaat enkel nog de 10 gecoöpteerde senatoren vergoeden, die maar een halve parlementaire wedde ontvangen. De 50 deelstaatsenatoren worden betaald door hun gemeenschap of gewest. Dat betekent dat de Senaat na 25 mei nog slechts 850.000 euro aan wedden van senatoren moet betalen. Dat is dus een besparing van 7,65 miljoen euro.’

De Senaat telde anno 2013 zowat 370 personeelsleden en de personeelskosten staan voor meer dan 29 miljoen euro in de begroting, meteen de grootste post. ‘370 personeelsleden is wat veel voor de opdrachten die de hervormde Senaat nog zal krijgen’, meent Matthijs. ‘Er is gezegd dat de personeelsleden kunnen worden overgeplaatst naar de gewesten of gemeenschappen. Of dat echt zal gebeuren? Ik betwijfel het en denk dat er voor hen een brugpensioenplan zal worden uitgewerkt. Hoe groot de besparingen zullen zijn op het vlak van personeelskosten valt dus af te wachten.’

De Senaat speelde tot nu toe een belangrijke rol in de partijfinanciering: in 2013 deelde hij meer dan 10 miljoen euro uit aan politieke partijen. Dat wordt na de verkiezingen afgeschaft. ‘Dat is dus een besparing voor de begroting van de Senaat’, zegt Matthijs, ‘maar de partijen hebben beslist dat de Kamer die dotatie zal overnemen. In het totale kostenplaatje van Kamer en Senaat samen is het dus geen besparing. De Kamer die nu al met 10 miljoen euro de partijen financiert, zal dat dan met 20 miljoen doen.’

Conclusie: door de huidige hervorming van de Senaat wordt 7,65 miljoen bespaard, van de rest moet niet onmiddellijk veel worden verwacht. Matthijs: ‘Opmerkelijke vaststelling: de vermindering van het aantal senatoren van 184 naar 71 in 1995 heeft niet voor een grote besparing gezorgd, en dat zal met de huidige afslanking naar 60 senatoren ook niet het geval zijn. Van een totale kostprijs van 80 miljoen euro vandaag zullen we naar pakweg 60 miljoen gaan, als we ook de 10 miljoen euro aan partijfinanciering in mindering brengen, die dus overgeheveld wordt naar de Kamer.’

Alles over de kostprijs van Kamer, Senaat en Vlaams Parlement leest u deze week in Knack.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content