Busongeval Sierre: ‘Het was geen zelfmoord, daar ben ik heilig van overtuigd’

© Saskia Vanderstichele

Sommige ouders beweerden na het busongeval in Sierre dat chauffeur Geert Michiels zelfmoord pleegde. Onzin, betoogt Evy Laermans die de nagedachtenis van haar man te vuur en te zwaard verdedigt.

Het busongeval in Sierre blijft een raadsel. Sluitende verklaringen? Het langverwachte eindrapport van de Zwitserse procureur wekt weinig hoop. Intussen hebben sommige ouders een eigen thesis ontwikkeld. Chauffeur Geert Michiels heeft 27 onschuldigen mee in zijn zelfgekozen dood gesleurd. Onzin, betoogt Evy Laermans die de nagedachtenis van haar man te vuur en te zwaard verdedigt. Gesprek met een weduwe die geen slachtoffer mag zijn.

We hebben in een brasserie in Hasselt afgesproken. Halfdrie, maar wat een drukte. Abdijbier van het vat. Koffie met vlaai. Leve de vergrijzing, pensioentrekkers houden de horeca overeind. Nieuwsgierige blikken vallen ons te beurt, maar Evy Laermans merkt het niet. Ze is wel wat ongenode aandacht gewoon sinds ze een jaar geleden uit de anonimiteit werd weggerukt. Weduwe van buschauffeur Geert Michiels, het blijkt een voltijdse opdracht die ze op het publieke forum hoort te volbrengen. Of moeten we van het strijdtoneel spreken? Een jaar na het dramatische busongeval in het Zwitserse Sierre ligt de nagedachtenis van haar man meer dan ooit onder vuur.

De crash van 14 maart 2012, waarbij tweeëntwintig kinderen en zes volwassenen het leven verloren, blijft een raadsel. Hoe te verklaren dat een moderne toerbus zonder remmen met honderd per uur tegen de wand van een nis in een tunnel kon knallen? Het onderzoek door de Zwitserse procureur Olivier Elsig is nog niet afgerond, maar tussentijdse rapporten hebben meer vragen dan antwoorden opgeleverd. Technische manco’s konden niet worden vastgesteld. Uit de autopsie is gebleken dat geen van beide chauffeurs alcohol of drugs had genomen, en vast staat ook dat ze tussen heen- en terugrit hun verplichte rust hebben genoten. En oh ja, in juni vorig jaar raakte een intrigerend detail bekend. Luttele minuten voor de crash had Geert Michiels het stuur overgenomen, in weerwil van het rijschema waarin de wissel een paar uur later stond gepland. Sinds die bekendmaking is het persoonlijke drama voor Evy Laermans een publieke nachtmerrie geworden.

Lommel. Altijd komen de verdachtmakingen uit de Noord-Limburgse stad waar de schok van het ongeval het hardst nazindert. Zeventien van de achtentwintig dodelijke slachtoffers kwamen uit de gemeentelijke basisschool ’t Stekske in Lommel-Kolonie, de andere uit de vrije basisschool Sint-Lambertus in Heverlee. Alle nabestaanden zoeken wanhopig een verklaring, maar het is zeer twijfelachtig of het eindrapport van procureur Elsig ooit aan die behoefte zal voldoen. Intussen hebben enkele ouders uit Lommel hun eigen hypothese ontwikkeld: de 34-jarige Geert Michiels heeft zelfmoord gepleegd en 27 passagiers mee de dood in gesleurd. Vorige maand mochten ze in het VTM-magazine Telefacts hun thesis breed en zonder veel tegenspraak uit de doeken doen. Dat de chauffeur na het raken van de trottoirband niet naar links had bijgestuurd, maar zijn bus integendeel doelbewust naar de nis aan de rechterkant had genavigeerd. Dat hij antidepressiva slikte, en een afscheid naar zijn vrouw had gesms’t. Ook Evy Laermans (29), ontvanger van het vermeende afscheidsbericht, heeft die avond gekeken. Met stijgende verbazing en verontwaardiging, maar ook vastberadener dan ooit om de eer van haar verongelukte man te verdedigen. ‘Ik wist helemaal niks af van die reportage’, zegt ze. ‘Telefacts heeft me nooit iets gevraagd, ik ben het pas te weten gekomen toen journalisten me de dag voordien belden. Ze hadden de reportage al in avant-première gezien, en vroegen commentaar op de beschuldigingen van zelfmoord. Ik zei dat ik pas na de uitzending wilde reageren. Dat heb ik ook gedaan, alleen de vraag van VTM Nieuws heb ik afgewezen. Eerst gooien ze al die roddels zomaar zonder weerwoord in Telefacts, en dan zou ik in hun journaal moeten opdraven? Ik dacht het niet.’

Je bent heel combattief, ook in de media. Waar haal je die drive vandaan?

Evy Laermans: Mijn man kan zich niet meer verdedigen. Als ik het niet doe, wie zal het dan voor hem opnemen? Ik begrijp dat de ouders door vragen worden gekweld, ik zit zelf nog met een hoop vragen. Waarom heeft Geert het stuur overgenomen, op een verkeersplein vlak voor de ingang van de tunnel? Ik hoop dat het eindrapport daar klaarheid in brengt, maar veel illusies koester ik niet. Het was een ongeval, en wellicht zullen we de oorzaak nooit achterhalen. De Zwitserse procureur is tot dusver erg voorzichtig gebleven. Er zijn geen aanwijzingen voor een technisch mankement, heeft hij verklaard, maar hij gaat ook weer niet zover dat hij het helemaal uitsluit. Dat kan hij ook niet, de ravage was te groot. Van het hele versnellingssysteem schiet niks over, daar vielen helemaal geen vaststellingen meer te doen. Ik heb het wrak zelf gezien, ook de binnenkant. De G-krachten moeten enorm zijn geweest, behalve die van de laatste rij werden alle zetels naar voren gekatapulteerd. Om het cru te stellen: het mag een wonder heten dat er nog kinderen levend uit zijn gekomen. Voor mij was het extra confronterend, want ik kende die bus als mijn broekzak. Ik zong vroeger bij Scala, we deden alle binnenlandse verplaatsingen met Toptours. De verongelukte bus, dat was toen de onze.

Dat Geert antidepressiva slikte, is koren op de geruchtenmolen. Kun je niet begrijpen dat sommige ouders bij zelfmoord uitkomen als alle andere verklaringen ontbreken?

Laermans: Begrijpen is veel gezegd, maar ik snap het mechanisme. Mensen kunnen moeilijk om met de absurditeit van het leven. Het is ook lastig, zich neerleggen bij een ongeval waarvan we wellicht nooit het fijne zullen weten, zeker bij een drama van deze omvang dat door de media springlevend wordt gehouden. Sommigen kunnen dat niet verkroppen en zoeken een zondebok om het onverklaarbare te verklaren. Dat is dus Geert geworden, omdat hij door een speling van het lot achter het stuur zat. Zodra je op zo’n denkspoor zit, wordt het een obsessie en ga je alles interpreteren om je vermoedens te doen kloppen. Ik stuur Geert die avond een sms dat ik hem graag zie, en hij antwoordt dat hij voor mij hetzelfde voelt. Een afscheidsbericht maken ze daarvan, terwijl wij voortdurend dat soort liefdesverklaringen uitwisselden. Het was geen zelfmoord, daar ben ik heilig van overtuigd. Ja, Geert slikte een antidepressivum. Hij was daar twee jaar eerder mee begonnen om de nasleep van zijn pijnlijke echtscheiding te verwerken, maar op het moment van het ongeval was hij de dosis al volop aan het afbouwen. Dan denk ik: als dat medicament een effect had, dan zou zich dat toch al eerder hebben gemanifesteerd? Geert was helemaal niet suïcidaal. We kenden elkaar drie jaar, ik heb hem trouwens in een autobus ontmoet. Voor buitenlandse trips deed Scala een beroep op Pieter Smit, een andere busmaatschappij waar Geert toen voor reed. De vonk is overgeslagen tijdens een weekendje Berlijn, en twee weken later zijn we al gaan samenwonen. Zelfmoord, hoe komen ze erbij? Geert had zijn leven weer helemaal op de rails. We waren pas getrouwd, we maakten plannen om in de lente een groot feest te geven en dachten al aan kinderen. Hij heeft er lang moeten om zeuren, maar we hadden eindelijk toch die mobilhome gekocht waarmee we zouden gaan reizen. Geert werkte als inspecteur bij De Lijn, rijden voor Toptours deed hij als bijverdienste. Hij was van plan eind maart te stoppen, om mij een plezier te doen. Ik vond het namelijk niet fijn dat hij in het weekend zo vaak weg was, en ik was daarbij ook ongerust. Totaal ten onrechte, lachte hij dan, geen veiliger manier van reizen dan de autobus. De ironie wil dat ik het ben die ervoor heeft gezorgd dat hij die fatale rit heeft gemaakt.

Hoezo?

Laermans: Er kwam een vraag van Toptours. Maandagavond leeg naar Zwitserland vertrekken, dinsdagavond met een volle bus kinderen terugkeren. Geert wilde weigeren, hij reed in principe alleen in het weekend. Ik zie ons nog zitten aan de keukentafel. ‘Waarom niet’, vroeg ik hem. ‘Je hebt verlof, niks houdt je tegen. Eind deze maand ga je sowieso stoppen. Geniet ervan nu het nog kan, want ik weet hoe graag je het doet.’

Je hebt het noodlot dus onwillekeurig geholpen. Hoe ga je om met dat besef?

Laermans: Ik sta daar liever niet bij stil, het is nu eenmaal zo. Ik had geen glazen bol, ook al heeft Story ooit geschreven dat ik voor die rit donkere voorgevoelens had. Absurd, ik had hen gewoon verteld dat ik me altijd wat ongerust voelde wanneer Geert reed. Geloof me, ik heb de media intussen leren kennen, van hun goede en hun smalle kant. Ik verstop me niet, er is trouwens niks om me voor te schamen. Bovendien, als je de media niet te woord staat, verzinnen of recycleren ze een reactie. Toen ik thuis kwam van de rouwplechtigheid in Lommel vond ik thuis een bos bloemen, een attentie van de ouders van Heverlee. Ik was erdoor gepakt en heb vlug een bedankbriefje geschreven. Letterlijk tussen de soep en de patatten, want ik moest me reppen naar de begroeting van Geert voor wie ik een afzonderlijke begrafenis in Aarschot had geregeld. Zonder veel nadenken heb ik het zinnetje opgeschreven: ‘In naam van Geert zeg ik sorry.’ Wist ik veel dat ze op de begrafenis in Leuven uit die brief zouden citeren. Ook dat ene zinnetje dus, en uiteraard werd dat er door de pers uitgepikt. ‘Weduwe chauffeur zegt sorry’, stond er in vette koppen. Dat zinnetje is een eigen leven gaan leiden, ik ben het onlangs weer tegengekomen. Het klinkt als een schuldbekentenis, terwijl het helemaal niet zo bedoeld was.

De beschuldigingen komen uitsluitend uit Lommel. Hoe verklaar je dat?

Laermans: Het komt altijd uit dezelfde hoek, een groepje van een viertal ouders dat zich door een leidersfiguur op sleeptouw laat nemen. Inderdaad, door dezelfde man die in Telefacts verklaarde dat Geert zijn bus met opzet in de nis heeft gestuurd. Het wordt stilaan griezelig, ik voel me persoonlijk aangevallen. Tenslotte is het niet niks waar ze mijn man van beschuldigen, zelfmoord plegen ten koste van 27 andere mensen. Wie zoiets beweert, zegt in feite dat Geert een massamoordenaar en psychopaat was. Gelukkig krijg ik ook veel steun. De ouders van Heverlee hebben via de Leuvense deken Dirk De Gendt laten weten dat ze absoluut niet achter de beschuldigingen staan. Ook uit Lommel kwam er telefoon, de moeder van een van de overlevende kinderen die zich van de roddels distantieerde. Ze vertelde me dat Lommel verdeeld is. Er zijn ouders die de verdachtmakingen openlijk afkeuren, en daarnaast heb je altijd meelopers die meeheulen zonder het echt te geloven. Na die uitzending is er op verschillende internetfora een verhitte discussie losgebarsten. De zelfmoordthesis is een zaak van believers en non-believers geworden.

Waarom volg je dat allemaal? Het lijkt niet bevorderlijk voor de gemoedsrust.

Laermans: Het is sterker dan mezelf, ik wil alles weten en alles volgen om Geert zo goed mogelijk te verdedigen. Dat is al vanaf het eerste moment zo, ik zit al een heel jaar in een defensiemodus. Die woensdag ben ik om halfvier ’s morgens wakker geschoten. Vreemd, dacht ik, Geert heeft niks meer van zich laten horen. Ik nam mijn laptop en checkte de site van Het Nieuwsblad. Belgische bus verongelukt in Zwitserland, stond er summier. Geen plaatsnaam , geen busmaatschappij, maar ik besefte meteen dat er iets grondig fout was. Ik ben als een bezetene op zoek naar informatie gegaan. Het noodnummer van Buitenlandse Zaken gebeld, het Belgisch consulaat in Zwitserland, naar Toptours gereden. Intussen sijpelden meer een meer details door, en om halfzes ’s morgens viel dan het bericht: 28 doden. Ik wist nog altijd niks van Geert, maar het was wel duidelijk dat hij niet in staat was om me zelf te contacteren. Ik moet naar Zwitserland, maalde het in mijn hoofd. Maar hoe? Het was één grote chaos die ochtend. Uiteindelijk heb ik zelf VTM gebeld, en zo heb ik vernomen dat er op Melsbroek een vliegtuig klaar stond. Ik meteen naar de luchthaven. Ze wisten niet wie ik was, niemand heeft die nacht trouwens de moeite genomen om mij te contacteren, ook de politie niet.

Werd je toen al scheef bekeken als ‘vrouw van’?

Laermans: Helemaal niet. Aanvankelijk hield ik me wat gedeisd, samen met de vrouw van de andere chauffeur. Het verdriet van die ouders was zo overrompelend, we stonden er wat beduusd naar te kijken. Hoe zouden ze op ons reageren? Tenslotte waren wij de echtgenotes van de chauffeurs die verondersteld werden hun kinderen veilig thuis te brengen. Maar iedereen was juist heel attent. Ouders die zelf een kind hadden verloren kwamen hun medeleven betuigen, ze begrepen dat we evengoed slachtoffer waren als zijzelf. Donderdag werden we een voor een naar het mortuarium geroepen, het nam een hele dag in beslag. Toen ik als allerlaatste aan de beurt kwam, kreeg ik te horen dat ik Geert niet meer kon zien, want de twee chauffeurs waren al gekist. Ik protesteerde, en in het hotel schaarden alle ouders zich achter mij. Zolang ze haar man niet te zien krijgt, klonk het in koor, stappen we niet op het vliegtuig. De solidariteit heeft gewerkt, ik heb Geert nog kunnen zien.

Wanneer is die solidariteit omgeslagen in wantrouwen en verdachtmakingen?

Laermans: Er liepen al geruchten, maar de echte kentering is er half juni gekomen, toen procureur Elsig de resultaten van het technisch onderzoek bekendmaakte. Ik zal het nooit vergeten, alle nabestaanden werden ’s morgens voor een briefing naar de kazerne Saffraanberg in Sint-Truiden geroepen, zodat ze het nieuws niet uit de pers moesten vernemen. Daar heb ik dus moeten horen dat Geert aan het stuur zat, het kwam aan als een mokerslag. Toch bleef ik koelbloedig, zo zit ik in elkaar. Ik moet alles onthouden wat hier wordt gezegd, dacht ik, want straks komen de vragen. Ik zag de bui al hangen: rijen journalisten voor mijn deur in Aarschot. Dat wilde ik in geen geval, en daarom ben ik ’s namiddags naar Brussel gereden om de officiële persconferentie van het federaal parket bij te wonen. Het was een overrompeling, met cameraploegen uit de hele wereld. Drie uur lang heb ik daar vragen staan beantwoorden, ’s avonds voelde ik me als een uitgeperste citroen.

Is het die nuchterheid die sommigen irriteert?

Laermans: Ja, sommigen nemen me kwalijk dat ik die dag niet ben ingestort. Was ik toen in tranen uitgebarsten, dan was alles in orde gekomen, want dan hadden ze hun schuldbekentenis. Maar instorten is voor mij nooit een optie geweest. Ik kan dat niet maken, ik moet pal staan voor Geert. Twee weken later zijn de ouders naar Sierre afgereisd. Zonder mij, want ik had te horen gekregen dat mijn aanwezigheid op die herdenking voor opschudding zou zorgen.

Van wie heb je dat vernomen?

Laermans: Via de burgemeester van Lommel (Peter Vanvelthoven, nvdr). Ik was niet verrast, ik had al iets opgevangen van Erik De Soir, de traumapsycholoog van het Belgische leger die ook de ouders begeleidde.

Hoe ben je bij hem terechtgekomen? Laermans: Op eigen initiatief. Want dat moet me nu toch eens van het hart: slachtofferhulp heeft in België weinig om het lijf. Onmiddellijk na de ramp legden politici dure eden af. ‘We zullen er alles aan doen om de slachtoffers bij te staan.’ Maar na de begrafenis heb ik niemand gezien of gehoord, ik ben zelf op zoek moeten gaan naar hulp. Het was haast vanzelfsprekend dat ik bij Erik De Soir ben uitgekomen. In Nederland zijn er tientallen traumapsychologen, maar België is op dat vlak een braakland. Ik ben er zeker van: de gebrekkige begeleiding verklaart waarom sommige ouders van pure frustratie in het wilde weg beschuldigingen zijn gaan uiten. Niet alleen aan het adres van Geert, sommige ouders zijn nu ook boos op de Zwitsers.

Inderdaad opvallend hoe het imago van de Zwitserse autoriteiten is gedevalueerd. Van de oorspronkelijke lof over de hulpverlening schiet niet veel meer over. De kritiek over het aanslepende onderzoek zwelt aan, en er worden vragen gesteld bij de efficiëntie van de reddingsoperatie. Terecht?

Laermans: De Zwitserse hulpdiensten hebben gedaan wat ze konden. Ik ben in de zomer zelf naar Sierre geweest, ik heb onder meer de helikopterbasis bezocht vanwaar de eerste hulp werd geboden. De dokter die als eerste ter plaatse was, kreeg nog altijd tranen in de ogen als hij eraan terugdacht. Hij heeft me omhelsd en verteld hoe vreselijk het tafereel was dat hij in de tunnel heeft aangetroffen. De kritiek achteraf is erg goedkoop, we mogen blij zijn dat de ramp zich in zo’n ontwikkeld en goed georganiseerd land heeft voorgedaan. De frustratie over het gerechtelijk onderzoek kan ik wel begrijpen. De procureur weet niet op welk been te staan. Officieel wil hij wachten met het vrijgeven van zijn conclusies tot het onderzoek helemaal is afgerond. Begrijpelijk, maar anderzijds geeft hij af en toe stukken en brokken prijs waardoor iedereen hier telkens weer op het puntje van zijn stoel zit. Een vreemde spreidstand, maar wellicht staat hij onder zware druk van de burgerlijke partijen die de zaak via de Belgische parketten opvolgen. Niettemin: we zouden beter niet te hoog van de toren blazen. Laat de Belgische justitie zo’n onderzoek voeren, en het sleept nog veel langer aan. Efficiëntie is geen specialiteit van onze overheid, daar kan ik als kersverse weduwe van meespreken. De paperassen om een buitenlandse overlijdensakte te legaliseren of om een weduwepensioen aan te vragen, dat is een kwelling die je er nog moet bijnemen.

Je bent nog jong, maar toch sta je wijd en zijd als weduwe bekend. Hoe voelt dat?

Laermans: Alsof ik een stempel op mijn hoofd draag. In feite wil ik dat niet. Ik ben maar 29, ik heb nog een leven voor de boeg. Maar zolang het onderzoek niet is afgesloten, kan ik de knop niet omdraaien. Ik werkte als pedagoge aan de universiteit, maar na het ongeval heb ik mijn baan opgegeven. Ik zou opnieuw willen gaan werken, maar mijn hoofd staat er niet naar. Ik moet klaar staan om te reageren als er iets gebeurt zoals die Telefacts-uitzending. Offer ik mezelf op? Zo voelt het niet. Geert was de man van mijn leven, dit is het laatste wat ik voor hem kan doen.

Heeft deze ervaring je wereldbeeld veranderd?

Laermans: Mijn vertrouwen in de mensen is danig geschokt. Ouders die me in maart kwamen troosten, hebben in juni een mes in mijn rug geplant. Ik heb ook geleerd wat echte vriendschap betekent. Wel honderd waren er die me tijdens de koffietafel na de begrafenis kwamen zeggen dat ze zeker zouden bellen of langslopen. Uiteindelijk heb ik er een stuk of vijf gezien. Echte vrienden, die kun je op de vingers van één hand tellen. Niettemin: zonder hun steun had ik het voorbije jaar niet overleefd. Voor de buitenwereld ben ik de taaie Evy, maar mijn vrienden kennen de gevoelens die ik achter de façade verberg.

Het eindpunt komt in zicht, procureur Elsig hoopt zijn rapport voor de eerste verjaardag te presenteren. Dreig je niet in een zwart gat te vallen wanneer alles voorbij is?

Laermans: Dat gevaar bestaat. Daarom ben ik een boek aan het schrijven over wat me het voorbije jaar is overkomen. Niet vanuit het standpunt van de harde tante, het is de stem van de echte Evy. Ik wil het uitgeven, de lezers moeten begrijpen dat ik een slachtoffer ben, ook al werd die rol me vanaf de eerste dag ontzegd. Therapeutisch schrijven, heet dat. En daarnaast heb ik een nieuwe hobby ontdekt, zweefvliegen. Geert deed het toen hij jong was. Lang geleden, maar hij kon er nog altijd gepassioneerd over vertellen. Ik heb zijn club gebeld, ik wilde wel eens weten waar mijn man zo enthousiast over was. Reeds tijdens die eerste proefvlucht was ik verkocht. Ik heb me aangesloten, ik volg nu les met een instructeur. Binnenkort leg ik mijn theoretisch examen af, ik ben bijna klaar voor mijn eerste solovlucht.

Het is bijna metaforisch. Ontsnappen aan de pijnlijke realiteit.

Laermans: Zo voel ik het ook aan. Iedereen kan de boom in, denk ik als ik vlieg. En weet je wat zo fijn is? Als je daarboven hangt, heb je echt geen tijd om aan iets anders dan zweven te denken.

Erik Raspoet

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content