Armoede-experte Cantillon: ‘Alles op alles zetten om kinderbijslag tegen 2019 klaar te krijgen’

Bea Cantillon © Lies Willaert

Om in 2019 effectief te kunnen starten met de vernieuwde kinderbijslag moet ‘alles op alles gezet worden’. Om 2019 te halen moeten er dringend knopen doorgehakt worden. Dat heeft professor Bea Cantillon, voorzitster van het beheerscomité van het federaal agentschap voor de kinderbijslag woensdag gezegd in het Vlaams Parlement.

De commissie Welzijn in het Vlaams Parlement is bezig aan een reeks hoorzitting over de geplande hervorming van de kinderbijslag. Die hervorming moet ingaan op 1 januari 2019. Woensdag kwamen Toon Vanheukelom van de KU Leuven en professor Bea Cantillon, directeur van het Centrum voor Sociaal Beleid (CSB), langs.

Terwijl Vaneheukelom de door de regering bestelde studie van de KU Leuven over de impact van nieuwe kinderbijslag op het armoederisico kwam toelichten, hield Cantillon een breder verhaal over de kinderbijslag als hefboom tegen (kinder)armoede. Cantillon wijst erop dat het vernieuwde systeem de kinderbijslag ‘in een nieuwe plooi legt voor de komende 50 jaar’. Volgens haar moet de hervorming gezien worden tegen de bredere economische achtergrond van de voorbije en komende decennia.

In de voorbije tientallen jaren is er volgens Cantillon namelijk een ‘window of opportunity’ geweest die niet snel zal terugkeren. In de voorbije decennia zijn de inkomens namelijk gestegen en heeft ook de tewerkstelling gepiekt. Maar toch zijn de ongelijkheid en de armoedecijfers in België en Vlaanderen grotendeels gelijk gebleven. Dat komt volgens Cantillon onder meer omdat de extra tewerkstelling vooral is gegaan naar hoogopgeleiden en gezinnen waar al iemand werkte.

De laaggescchoolden en ‘werkarme’ gezinnen hebben dus minder of niet kunnen meeprofiteren van die economische groei. Net daarom is de hervorming van de kinderbijslag volgens Cantillon zo belangrijk. Die bijslag vormt volgens haar een cruciaal instrument in de strijd tegen de ongelijkheid en kinderarmoede.

Cantillon: ‘Er was die window of opportunity die niet meer zal terugkeren. En in een context waarin de overheidsuitgaven onder druk staan door de vergrijzing en toenemende gezondheidskosten, moeten we onze middelen zo efficiënt mogelijk inzetten. Daarom moeten we dus slim omspringen met instrumenten zoals de kinderbijslag’. Volgens Cantillon hebben de plannen van de Vlaamse regering met de kinderbijslag zeker hun verdienste.

De belangrijkste verandering ligt volgens haar in de overstap van ‘een universeel systeem met rangtoeslagen naar een inkomensselectief systeem’. ‘Dat is de grote breuk in het nieuwe systeem en dat is ook de juiste keuze geweest, aldus Cantillon.

De UA-professor blijft er wel bij dat die selectiviteit verder had kunnen en moeten gaan om een groter herverdelend effect te hebben en dus meer mensen uit de armoede te halen. Een manier om dat te doen zou zijn om de basistoeslag (van 160 euro/kind) te verminderen en de selectieve toeslagen te verhogen. Cantillon zette in de commissie ook even haar petje op als voorzitser van het beheerscomité van Famifed om te wijzen op de naderende deadline van 1 januari 2019. Als Vlaanderen (en de andere regio’s) tegen dan klaar willen zijn om de hervorming in te voeren, moet er volgens haar nog een pak werk verzet worden.

Zo moet nog een reeks samenwerkingsakkoorden gesloten worden, bijvoorbeeld over de verdeling van de reserves. Om te vermijden dat mensen niet krijgen waar ze recht op hebben, of dat gezinnen dubbel betaald worden (bv. door te verhuizen van de ene regio naar de andere), moet er ‘full speed’ verder gewerkt worden, aldus Cantillon. Cantillon is niet de eerste of enige expert die al gewaarschuwd heeft voor de stilaan krapper wordende timing in het kinderbijslagdossier.

Partner Content