Zeven op de tien weggebruikers staan positief tegenover een uitbreiding van de trajectcontroles in Vlaanderen. Dat blijkt uit de nieuwe mobiliteitsbarometer van VAB.
Gelukkig voor hen plannen steeds meer gemeenten de invoering van de controles. ‘Als de plannen effectief worden uitgevoerd, krijgen we een verdrievoudiging van het aantal trajectcontroles op secundaire wagen in Vlaanderen (van 7 trajecten naar 21) in één jaar tijd’, vertelt woordvoerder Maarten Matienko.
De trajectcontrole wordt momenteel enkel gebruikt in vier gemeenten in de provincie Antwerpen. Er zijn ook in de provincie Oost-Vlaanderen enkele sites met trajectcontroles, maar deze liggen op het autosnelwegennet. ‘In 2015 plannen 10 gemeenten om 14 trajecten uit te rusten met een trajectcontrole. Het gaat om 11 trajecten in Antwerpen, 2 in Vlaams-Brabant en eentje in Limburg.’
Zeven op tien is pro
De nieuwe VAB-Mobiliteitsbarometer ziet tegelijkertijd een groeiend draagvlak voor zulke trajectcontroles. ‘De cijfers van de representatieve steekproef liegen er niet om. Gemiddeld is zeven op tien weggebruikers pro trajectcontrole. Enkel in de leeftijdscategorie 35-54 is er iets meer tegenstand. Het draagvlak is trouwens het grootst als het over wegen binnen de bebouwde kom gaat. Zestig procent van de automobilisten vindt te snel rijden binnen de bebouwde kom immers zeer gevaarlijk.’
‘Faire’ methode
Algemeen wordt de trajectcontrole door bestuurders als een ‘faire’ methode van snelheidscontrole gezien. Als positief wordt aangehaald dat de gebruikers van radarverklikkers ook hun rijgedrag moeten aanpassen, omdat afremmen voor de camera niet langer voldoende is. Het is ook niet de toevallige overtreder die geviseerd wordt, maar de bestuurder die continu de snelheid overschrijdt.
(De Zondag)
