Johan Van Overtveldt (N-VA)

Begrotingscontrole (I): Di Rupo I komt zichzelf tegen

Johan Van Overtveldt (N-VA) Europarlementslid, voormalig minister van Financiën en ex-hoofdredacteur Trends en Knack.

De regering heeft de tegenvallende begrotingscijfers nagenoeg volledig aan zichzelf te wijten. Voorspelbaar al té optimistische hypothesen en een bonte verscheidenheid aan eenmalige maatregelen verplichten nu tot bijsturing.

Het kwam bijna ontroerend over hoe Open VLD-voorzitter Gwendolyn Rutten gisteren op Terzake er voor pleitte om nu te stoppen met de discussie over ACW en alle aandacht te focussen op het begrotingswerk. Hebben de twee dossiers inhoudelijk niks met elkaar te maken en kan die oproep dus enkel maar in louter politieke termen begrepen worden, dan blijft het wel een feit dat Rutten alle gelijk aan haar kant heeft om er voor te pleiten met ernst de begroting aan te pakken. Het probleem met de regering Di Rupo I is echter geweest dat ondanks veel imposante retoriek de ernst in het begrotingswerk tot nu toe grotendeels ontbrak. Vooral daardoor moet er nu een stevige bijsturing komen.

De regering moet op zoek naar 2,8 miljard euro omdat de conjunctuur tegen valt, zo verkondigt onder meer de nieuwe minister van Financiën Koen Geens. Niets is minder waar. Het begrotingsgat waar de regering tegenaan kijkt, is een typische “eigen schuld, dikke bult”-situatie. Twee fenomenen verklaren de te zoeken 2,8 miljard euro. Ten eerste is er inderdaad de economische gang van zaken die minder goed uitvalt. Met haar 0,7% groeiprognose voor 2013 zat, zoals we bij de opmaak van de begroting al zeer nadrukkelijk argumenteerden, de regering echter op een onrealistisch optimistische koers. De Nationale Bank, de OESO en het IMF zaten ten tijde van de begrotingsopmaak allemaal reeds lager dan die 0,7%, net als de meeste private voorspellers. Als je in de herfst kiest voor onrealistische cijfers is het logisch dat je enkele maanden later jezelf tegenkomt. Dat is dan niet de schuld van de economie maar wel van je eigen opportunisme.

De regering schermt uiteraard met de voorspellingen van het Planbureau maar daaromtrent moet eens te meer worden vastgesteld dat deze instelling zich vooral specialiseert in cijferoefeningen gesneden op de politieke maat van bepaalde regeringspartijen, in casu vooral de PS. Het Planbureau kan op dit vlak buigen op een track record om U tegen te zeggen. Politiek komt men echter altijd goed weg met zulke situaties. Het klinkt ernstig en zwaarwegend als men moet mededelen dat er moet ingegrepen worden omdat de economie het slechter doet dan verwacht. In de realiteit gaat het evenwel met de economie zoals reeds vorige herfst kon verwacht worden. De politieke realiteit is dat de regering koos voor een verhaal dat met de onaangename gang van zaken in de economie onvoldoende rekening hield. Enkel de lagere inflatie kan met recht door de regering ingeroepen worden als ietwat verrassend en wegend op de inkomsten. Hoe dan ook, afgerond 1 miljard euro aan tegenvallend begrotingsresultaat valt toe te schrijven aan het feit dat de regering bij de opmaak van de regering onrealistische hypotheses inzake de macro-economische omgeving hanteerde.

De tweede belangrijke oorzaak van de 2,8 miljard correctie die zich opdringt, is het feit dat de regering voor de begroting van 2012 in belangrijke mate steunde op eenmalige maatregelen.We becijferden die eerder op 7,4 miljard euro. Opvallende eenmalige maatregelen waren onder meer de heffingen op het pensioensparen, de confiscatie van de bankreserves, de Bpost-bijdrage en de veiling van licenties. De definitie van eenmalige maatregelen is dat ze de periode nadien niet meer spelen. Het logische gevolg is dan ook dat je als regering minutieus het pakket aan eenmalige maatregelen jaar na jaar moet vernieuwen om via deze weg op begrotingskoers te blijven. Dat gebeurde in de opmaak van de begroting voor dit jaar in onvoldoende mate.

De regering Di Rupo zit met een lastige begrotingscontrole omdat haar manier van werken uit de voorbije periode automatisch gaten in de begroting slaat. Te optimistische hypothesen en een wildgroei aan eenmalige maatregelen vormen de hoofdoorzaken van de moeilijkheidsgraad van de oefening die nu voorligt.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content