Christian Lambert

‘Free-floating autodelen kannibaliseert andere vormen van alternatieve mobiliteit helemaal niet’

Christian Lambert Managing Director DriveNow

Christian Lambert van free-floating autodeelplatform DriveNow reageert op Bruno De Lille (Brussels fractieleider Groen) die de meerwaarde van dergelijke platformen in vraag stelde. ‘We gaan allemaal voor duurzame en efficiënte mobiliteit in Brussel. Een doel waar ook Groen zich in zou moeten kunnen vinden, toch?’

Bruno De Lille (Groen) uitte in een opiniestuk op de website van Knack zijn twijfels bij het duurzame karakter van free-floating autodelen. Dat concept bestaat in Brussel sinds de zomer van 2016 en houdt in dat je via een app een deelwagen vindt en oppikt in je buurt. Na je rit kan je die gewoon achterlaten op gelijk welke vrije parkeerplaats. Het is dus een aanvulling op het klassieke roundtrip-autodelen, waarbij je de deelwagen ophaalt en achterlaat op een vaste standplaats.

Free-floating autodelen kannibaliseert andere vormen van alternatieve mobiliteit helemaal niet.

De Lille merkt terecht op dat free-floating een heel ‘makkelijk en aantrekkelijk’ systeem is voor gebruikers. Maar vervolgens stelt hij dat die aantrekkelijkheid net bijdraagt aan het mobiliteitsprobleem, in plaats van er een oplossing voor te bieden. Een stelling die vooral onderbouwd wordt met enkele losse anekdotes en niet met concrete argumenten of cijfers.

Minder privéwagens

Nochtans hebben verschillende studies – zoals deze van de stad Wenen en deze uit de Verenigde Staten – al aangetoond dat voor elke free-floating-autodeelwagen die er in een stad bijkomt, er privéwagens verdwijnen.

Dat gebeurt ook in onze hoofdstad: één op de acht Brusselse gebruikers heeft zijn eigen wagen al van de hand gedaan. Een goeie zaak, want net die wagens zijn de kern van ons mobiliteitsprobleem. Wie een eigen wagen heeft, gebruikt die doorgaans voor elk verplaatsing. Ook wanneer het openbaar vervoer, de fiets of zelfs een frisse wandeling een efficiëntere oplossing is. Wie géén eigen wagen meer heeft, kiest wél bewust het meest efficiënte vervoersmiddel voor elke verplaatsing.

En ja, dat betekent ook dat iemand – zoals in één van de anekdotes die De Lille aanhaalt – er wellicht voor kiest om bij hevige regenval een autodeelwagen te kiezen in plaats van in de regen op de bus te wachten. Gelijk heeft hij. Maar op de meeste andere – droge – dagen, zal die persoon wél de bus nemen, in tegenstelling tot de gemiddelde autobezitter.

Minder privéwagens betekent ook minder vervuiling. Onze vloot bijvoorbeeld bestaat enkel uit driecilinder-benzinewagens met een lage CO2-uitstoot en elektrische auto’s. Dat privéwagens gemiddeld veel groter, ouder en vervuilender zijn, hoeft geen betoog.

Minder bedrijfswagens

Dat alles geldt overigens nog meer voor bedrijfswagen. Het gebruik daarvan kost de werknemer niks en dus gebruikt hij hem niet alleen om naar het werk te rijden, maar ook om naar de bakker om de hoek te gaan. Bedrijven bieden hun werknemers nu al de mogelijkheid om zich dankzij mobiliteitskaarten zoals Xximo en Modalizy op een flexibele manier te verplaatsen. Ook free-floating is intussen een van de opties. En die werknemers gaan gewoon te voet naar de bakker. En velen onder hen met de trein naar het werk.

Aanvulling in plaats van kannibalisme

Dat free-floating de andere vormen van alternatieve mobiliteit zou kannibaliseren, klopt dus helemaal niet. Integendeel, recent verklaarde Cambio – aanbieder van het klassieke roundtrip-autodelen – dat de komst van alternatieve spelers ook heeft bijgedragen aan hun eigen groei. Het beste bewijs dat beide vormen van autodelen, die elk hun eigen voordelen hebben, elkaar versterken. Samen overtuigen ze steeds meer mensen om hun eigen auto op te geven. En ondanks – of is het dankzij? – de sterke opkomst van autodelen, steeg het aantal MIVB-ritten in 2017 met maar liefst 8 procent.

Toen wij in 2016 het free-floaten lanceerden, deden we dat in nauw overleg met de Brusselse overheid én de andere mobiliteitspartners, en die relatie is vandaag nog steeds uitstekend. Want we gaan allemaal voor duurzame en efficiënte mobiliteit in Brussel. Een doel waar ook Groen zich in zou moeten kunnen vinden, toch?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content