
De keuze van de redactie
Jacques Sys, hoofdredacteur van Sport/Voetbalmagazine, kijkt dit weekend uit naar de wedstrijd Club Brugge – Standard.
Een clash met de eerste plaats als inzet en een confrontatie tussen twee trainers die op de toppen van hun zenuwen leven. Club Brugge – Standard wordt een botsing tussen twee coaches die langs de lijn constant zullen aanwezig zijn, expressief en explosief, een extra pigment in een beladen en geladen duel. Op een vredige Paasmaandag, als uitsmijter van een lang weekend.
Duikend in het verleden staat één editie van Club Brugge-Standard in het geheugen gegrift. Het was op 7 september 1980, de derde competitiewedstrijd van het nieuwe seizoen. Ernst Happel zat op de bank bij Standard, hij kende de zwakheden van Club Brugge heel goed. De Oostenrijker, een gokker zoals er weinig zijn geweest, stelde vier spitsen op. Zijn adjunct, Thieu Bollen, vroeg hem of hij gek geworden was. Happel zei doodgemoedereerd: “Binnen het kwartier staan we 0-2 voor en vervolgens spelen we ze in de vernieling.”
Hij vergiste zich. Het was na een kwartier al 0-3. Simon Tahamata liet Club alle hoeken van het veld zien, als een balletdanser soleerde hij langs de verdediging. De oerwoudgeluiden die aanvankelijk opstegen toen hij de bal beroerde, stierven snel uit. Het werd uiteindelijk 1-7. Na afloop kreeg Tahamata een staande ovatie van de supporters.
Applaus voor de tegenstander. Weinig kans dat het maandag zo ver komt.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier