
3 redenen waarom Zulte Waregem mag ‘believen’
‘I’m a Believer’ van The Monkees schalde voor de match tegen Club door de luidsprekers van het Regenboogstadion. En geloven in de titel, dat doen ze bij Zulte Waregem. Drie redenen waarom dat geloof gewettigd is.
1) Fysiek en mentaal ijzersterk
Als eerste eersteklasser rondde Zulte Waregem afgelopen weekend de kaap van de 50 matchen. Vanavond begint het in Anderlecht aan zijn 51e partij van het seizoen, alle competities inbegrepen, of 1 wedstrijd om de 4,78 dagen (winterstop niet meegeteld).
Tegen Anderlecht krijgen de West-Vlamingen al voor de 21e keer dit seizoen amper 2 rustdagen tussen 2 wedstrijden in, waarvan 16 keer in de competitie, terwijl alle specialisten en onderzoeken aanhalen dat dat te weinig is om goed te kunnen recupereren.
Dat leidde na Nieuwjaar tot blessures bij Iron Man Davy De fauw, Jens Naessens en Sven Kums, maar al bij al bleef dat onder controle.
Zulte Waregem kraakte zelfs amper onder de grote belasting. Na een Europese wedstrijd haalde het liefst 22 op 30 in de Jupiler Pro League. En het kroonde zich in de Jupiler League vooral tot de koning van de tweede helft: 17 keer op 33 had Essevee na 90 minuten meer punten dan na 45 minuten.
Niet toevallig scoorde het 71 procent van zijn doelpunten (41 op 58) na de pauze. Liefst 18 keer (31 procent) zelfs in het laatste kwartier + blessuretijd, wat in totaal al 20 punten opleverde, onder meer door 8 winnende doelpunten, zoals van Hazard op Club Brugge.
Het duidt op een enorm sterke fysieke én mentale weerbaarheid. Met dank aan het uitstekende werk van physical coach Bram De Winne, door Francky Dury al meermaals genoemd als het geheime wapen van Essevee. Maar ook aan Dury zelf, die in samenwerking met psycholoog Steven op’t Roodt, zijn spelers telkens weer kan prikkelen na een tegenslag.
Dat waren er nogal wat (de soap rond de aanvoerdersband, de transfers van Malanda/Hazard, de nipte Europese uitschakeling, de verloren bekerfinale…), maar nooit sloeg dat Zulte Waregem definitief uit koers. Die mentale weerbaarheid zal het kunnen gebruiken in een razend spannende titelstrijd.
2) Meest constante (thuis)ploeg
Met een 9 op 9 toonde Zulte Waregem zich al de beste ploeg in de play-offs maar ook in de reguliere competitie was Essevee het meest constante team: geen enkele keer verloor het 2 wedstrijden op rij en het duurde tot februari eer het 3 opeenvolgende matchen niet kon winnen.
Dankzij vooral aan een ijzeren thuisreputatie, want in de voorbije 17 wedstrijden in het eigen Regenboogstadion verloor Zulte Waregem geen enkele keer.
Ter vergelijking: slechts 12 ploegen uit de top 15 Europese competities op de UEFA ranking kunnen op een ongeslagen thuisbilan bogen. Onder hen Europese topclubs als Juventus, Chelsea, Liverpool, AS Roma, Atlético Madrid en Benfica. En met een 43 op 51 is Essevee de 18e beste thuisploeg van Europa.
Ook opvallend: Zulte Waregem scoort (bijna) altijd: het startte de competitie met een reeks van 20 partijen met een doelpunt. Pas op 26 december op Anderlecht stopte die reeks.
Nadien bleef het nog 2 keer scoreloos (op OHL en Standard), maar intussen zit het weer aan een serie van 8 opeenvolgende wedstrijden met een goal. Wie dus wil winnen van Essevee moet dus minstens 2 keer scoren.
3) Brede kern, met één spilfiguur
Vaak halen Dury en co aan dat Zulte Waregem met zijn klein budget niet de grote kern van de topploegen heeft. Dat klopt voor een deel, maar het is niet zo dat Dury alleen op 11 vaste waarden kan rekenen en dat de rest de hoop vult.
Integendeel: hij gebruikte in de 50 matchen tot nu toe 31 spelers, waarvan er 28 verschillende in de basis startten – mede omdat Dury in bekermatchen vaak een B-elftal opstelde.
Opvallender is dat slechts 1 speler, Karel D’Haene, meer dan 90 procent van het totaal aantal speelminuten (4500) op het veld stond. Vorig seizoen waren dat er nog 5. ‘Slechts’ 6 spelers (ook nog Bossut, De fauw, Colpaert, Hazard, Conte) halen ook een percentage van 75 procent van de totale speeltijd.
Dury moest, onder meer wegens de hogere belasting van de Europese campagne, de tranfers van Malanda en Habibou, plus blessures van onder anderen Leye, Naessens en zelfs Iron Man Davy De fauw, dan ook veel meer roteren dan vorig jaar.
In slechts 7 van de voorbije 50 wedstrijden kon hij dezelfde 11 opstellen als de wedstrijd ervoor en per partij wijzigde hij gemiddeld 2,43 spelers. Vorig seizoen was nog maar 1,83. Op de nummer 11 gebruikte hij bijvoorbeeld al 5 verschillende spitsen.
Maar dat blijkt geen nadeel, want het is opvallend dat spelers die vaak op de bank zaten zich vaak probleemloos aanpassen als ze toch opgesteld worden, zoals bijvoorbeeld Bruno Godeau vorige zaterdag tegen Club Brugge.
Ook tijdens de match brengen invallers vaak een meerwaarde: 11 van de 58 goals (of 19 procent) die Zulte Waregem dit seizoen scoorde, kwamen van een verse kracht, zoals ook van Jens Naessens tegen Club.
De 58 doelpunten die Essevee tot nu toe scoorden, werden ook verdeeld onder 13 spelers, van wie er 8 meer dan 3 goals maakten. Alleen Hazard en Habibou steken er met 11 en 9 goals er bovenuit.
Ondanks die collectieve kracht blijft de Gouden Schoen wel dé spilfiguur van Zulte Waregem met 11 goals, 15 assists en 10 voorassists. In 36 van de 56 Esseveedoelpunten had Hazard, wanneer hij op het terrein stond, dus een voet (of 64 procent).
In die matchen haalt de fusieclub bovendien 46 op 66 punten, of liefst 70 procent. Is hij niet betrokken bij een doelpunt, dan zakt dat percentage naar 43 procent. Een Hazard op topniveau zal dus nodig zijn als Zulte Waregem de titel wil behalen. Maar hij lijkt net op tijd weer in vorm. Dat belooft dus, zeker voor de match vanavond op Anderlecht.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier