De ene gold als een outsider voor de top vijf en de andere ambieerde hoogstens een top 25, maar Ryder Hesjedal en Thomas De Gendt verrasten iedereen – zichzelf incluis – met de eindzege en een derde plaats in de Giro. Vooral voor de flegmatieke Oost-Vlaming lijkt een grote toekomst weggelegd.

Vorige donderdag 23.36 uur. Thomas De Gendt, op dat moment negende in de stand, post op zijn Facebookpagina een vraag: “Zonder zeveren, op welke positie heb ik het meest kans?” Van de 191 mensen die reageren, denkt het merendeel dat hij zijn toptienplaats moet kunnen vasthouden, anderen spreken over een achtste of zevende stek, een paar dromen van top vijf en één supporter vindt dat hij voor de eindzege moet gaan. Overmoedige diehards, denk je dan…

De vraag van de Oost-Vlaming zegt veel over de instelling waarmee hij aan de Giro begon. Ritwinst was het doel en in het klassement hoopte hij hoogstens op een plaats in de top 25. Zijn voorbereiding was immers niet ideaal verlopen: opgaves in Catalonië en het Baskenland, hardnekkige bronchitis in april, gebrek aan competitieritme… Bovendien zou De Gendt sowieso pas binnen twee jaar een toptienplaats ambiëren. “Ik weet wat ik kan. Een rit in Parijs-Nice winnen en zo, dat is al meer dan wat ik ooit gedacht”, stelde de ultravoorzichtige Vacansoleilcoureur. Dezelfde renner die vorig jaar in de Ronde van Zwitserland steen en been klaagde, maar een paar dagen later wel Andy Schleck afhield op de klim naar Serfaus. Dezelfde renner die nu ondanks een verstoorde aanloop als eerste Belg sinds Johan Bruyneel (Vuelta 1995) een podiumplaats in een grote ronde behaalde.

Oprecht terughoudend of te bescheiden? Een combinatie van, want mensen die hem kennen, stellen dat De Gendts nonchalance vaak een pose is. Iets wat hij in Humo zélf toegaf. “Ik zit met meer in mijn hoofd dan je zou vermoeden. Ik hou er alleen niet van om mijn ambities op straat te gooien. Dat houdt de druk af”, aldus de 25-jarige Semmerzakenaar, tevens een adept van de algemene relativiteitstheorie. “Wat dragen renners bij tot de mensheid? Niets toch? Of ik nu met twintig of dertig kilometer per uur een col oprijd, niemand wordt daar beter van”, nuanceerde hij vorige zomer in Sport/Voetbalmagazine nog zijn rol als idool. De Gendt ten voeten uit: geen opgezwollen verklaringen, maar heel down to earth. Net als Ryder Hesjedal gekoppeld aan een Britse cool en een tikje eigenzinnigheid, al is hij de eerste om dat te relativeren. “Ik doe graag mijn eigen ding, maar ben niét eigenzinnig. Ik luister naar iedereen. Toch voor 95 procent…”

Ontdekkingsreis

Niettemin lijkt – of leek? – de onconventionele renner zich nog niet ten volle bewust van zijn immens potentieel. Na de Tour 2011 omschreef De Gendt de weg naar zijn nieuw doel – ronderenner worden – als een ontdekkingsreis. Zou hij drie weken lang op een hoog niveau kunnen presteren? Zou hij in de cols versnellingen aankunnen in plaats van een constant tempo? Hij wist het niet, zei hij. Vroeger dan hij gedacht had, kreeg de Christoffel Columbus in hem daar een bevestigend antwoord op. Dat is misschien wel het meest positieve gevolg van deze Giro: het besef dat hij de motor en de mentale weerstand heeft om een topklassement in een grote ronde na te streven.

Waar die ontdekkingsreis zal eindigen, weet niemand, ook hijzelf niet. Feit is wel dat De Gendts progressiemarge enorm is. De Giro was pas zijn tweede grote ronde, pas sinds dit seizoen traint hij professioneler met een wattagemeter, een permanente verblijfplaats in de cols moet hij nog kopen, zijn vetpercentage moet nog dalen én De Gendt verliest nog te veel energie omdat hij, uit angst voor valpartijen, zich niet goed in een peloton kan verschuilen.

Ook de voorbereiding kan nog specifieker: wegens ziekte ging de Vacansoleilrenner voor de Giro niet op hoogtestage en begin mei had hij al 37 koersdagen achter de rug, met onder meer Nokere Koerse, de Hel van het Mergelland en de GP Denain. Hesjedal, Rodríguez, Scarponi en Basso zien we daar niet direct aan de start komen… Zij hadden bovendien een pak minder koersdagen in de benen – respectievelijk 29, 24, 20 en 21 – en hadden dus in het slot van de Giro in theorie frisser moeten zijn. Het tegendeel bleek waar, en dat duidt op De Gendts uitzonderlijke recuperatievermogen – wat zijn zesde en vierde plaats op Alpe d’Huez en in de slottijdrit van de Tour 2011 ook al aangaf.

Knop omdraaien

De motor van de Semmerzakenaar heeft ongetwijfeld een grotere cilinderinhoud dan die van onze twee andere ronderenners, Jelle Vanendert en Jurgen Van Den Broeck. Dat hij niet het hele jaar als een monnik kan leven, zoals VDB, geeft hij toe. De verleiding van ijs en snoep loert soms te vlug om de hoek. En vorig seizoen brak De Gendt na een week zelfs zijn hoogtestage op de Stelvio af omdat hij de eenzaamheid beu was. Hij keerde naar huis, huurde een hoogtetent en werkte daar plichtsgetrouw zijn trainingen af. “Thomas doet wat hij moet doen. Je kunt je ook té veel verliezen in details”, aldus zijn trainer. Al weet je nooit dat hij met het oog op nog hogere doelen (de Tour?) toch een monnikspij in zijn kleerkast hangt.

Zoals De Gendt de voorbije weken ook een knop omdraaide en leerde tegen zijn natuur in te koersen. De man die vroeger opkeek naar Ludo Dierckxsens en als neoprof in de Ronde van Groot-Brittannië in acht ritten zeshonderd kilometer in de aanval reed, drukte – zoals het een klassementsrenner betaamt – deze keer wel de spaarknop van zijn energietank in, om pas met een historische raid op de Mortirolo en Stelvio het kleed van de volgzaamheid van zich af te werpen.

Ironisch genoeg leverde hem dat de mooiste zege uit zijn carrière op en stak hij zo wat pigment in een kleurloze Giro. Al beseft De Gendt ook zelf dat hij in een grote ronde niet elke dag zo genereus met zijn inspanningen kan omspringen. Een exploot zoals op de Stelvio kan voldoende zijn. Van een prominente plaats in de geschiedenisboeken van het Belgische wielrennen is hij in elk geval al verzekerd.

DOOR JONAS CRETEUR

De motor van De Gendt heeft ongetwijfeld een grotere cilinderinhoud dan die van Vanendert en Van Den Broeck.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content