Vijf mediawatchers geven beurtelings hun mening over de voetbalactualiteit : Peter Vandenbempt (VRT-radio), Gui Polspoel (Canal +), Dirk Deferme (VTM), Frank Raes (VRT-tv) en Marc Delire (RTBF-tv). Deze week is Gui Polspoel aan de beurt.
De Rode Duivels tegen Bosnië-Herzegovina, dat was goed, maar wat dan weer te denken van de wedstrijd tegen San Marino ?
Gui Polspoel : “Wij hebben geen ploeg die een tegenstander zijn wil kan opleggen. Het verschil was dat die Bosniërs ook voor de overwinning gingen en dus ruimte weggaven. Ik heb Emile Mpenza nooit zo goed weten spelen. Ik begreep de kranten niet die hem een acht gaven : wat moet je dan doen om een negen, laat staan méér te krijgen ? Maar tegelijk weet je dat je met dat wapen niets kan doen tegen een ploeg die een dubbele muur bouwt. Wij hebben niet het talent om met de korte combinatie ruimte en kansen te creëren. Het was dus niet onverwacht.”
Wat neem je mee naar de volgende, belangrijke wedstrijden ?
“Omdat het uitwedstrijden zijn, denk ik dat je vooral aan Bosnië moet denken. Je zal ruimte krijgen, omdat zowel Servië als Bosnië vol voor de overwinning zullen gaan. Trouwens, iedereen heeft het altijd maar over die wedstrijd hier thuis tegen Servië, maar ik denk dat we onze kansen verspeeld hebben in Spanje. Zoals dat Spanje nu zit te sukkelen ! Daar hadden we een punt kunnen halen en dan had je nu een heel andere situatie. Door de stommiteiten van de heren Goor en Deflandre hebben we dat uit handen gegeven.”
Van stommiteiten gesproken : Peter Van der Heyden pakt een tweede gele kaart en hij wist het niet.
“Ik denk dat iemand die professioneel met zijn vak bezig is, dat inderdaad moet weten. Anderzijds wil ik daaraan toevoegen dat dit in een professionele organisatie zeker aan de spelers gezegd moet worden. Is dat gebeurd ? Aimé zegt van wel. Ik weet het niet.”
Anderlecht en Frank Vercauteren gaan met elkaar door, zij het met een wel erg bijzondere constructie.
“Ja, maar ik kan dat goed begrijpen. Ik ken Frank een beetje. Frank heeft iets heel vreemds : hij is niet de gast die absoluut ambitieus is om de top te halen en het voor het zeggen te hebben, noteer : op het voorplan. Hij voelt het aan als een plicht, het is bijna een roeping, om bij Anderlecht een vooraanstaande rol te blijven spelen. Hij heeft een enorm plichtsbesef en verantwoordelijkheidsgevoel tegenover die club. Waarschijnlijk ook omdat hij voelt dat die club aan de top, op het bejaarde verstand van Constant Vanden Stock na – maar hoe zwaar weegt dat nog ? – en met de tweespalt die er zit aan te komen als Constant ooit overlijdt… Het belangrijkste voor hem was, denk ik, het trainerschap nu aanvaarden, omdat de club hem nodig heeft en omdat het niet anders kon. Van de andere kant wilde hij een situatie creëren waarbij hij niet in een positie kan komen waarbij men hem zegt : ‘Meneer Vercauteren, u was bijzonder verdienstelijk in het verleden, maar u mag langs de kassa passeren, salut en merci en ga maar ergens anders uw geluk zoeken.’ Want dan wordt die band met Anderlecht doorgeknipt. Ik denk dat dát zijn onderhandelingslijn is geweest : hij wilde niet vroeg of laat afscheid moeten nemen van Anderlecht. Het is natuurlijk onuitgegeven, het is nergens vertoond. Ik ken ook in het buitenland geen voorbeeld waarbij dat soort toezeggingen blijkbaar ook contractueel vastgelegd is. Maar goed : ik zie er niet veel problemen in. Je zou kunnen zeggen dat als men hem ooit opzijzet of hij heeft er zelf genoeg van, dat dan geofficialiseerd wordt wat hij eigenlijk al is.”
La Louvière verlost eerst Anderlecht van de ontplofte bal en verklaart dat het liever de Brusselaars als kampioen ziet, maar vorige zaterdag speelde het met een B-ploeg tegen Club Brugge. Wat moeten we daarvan denken ?
“Ik begrijp er helemaal niks van. In de ene krant lees ik dat La Louvière zijn klacht niet kón intrekken en dat dat dus geen invloed heeft gehad ; in de andere krant lees ik een andere versie. Dit doet de wenkbrauwen fronsen, alsof er iets is dat voor ons verborgen moet blijven. Toen ik hoorde dat ze hun klacht hadden teruggetrokken, dacht ik direct aan een deal rond Proto. Proto die trouwens overal zegt dat hij niet naar een grote Europese club wil op dit moment en liever nog drie of vier jaar bij een grote Belgische club wil groeien. Bij wat er zaterdag is gebeurd, stel ik mij de vraag : moet je niet met al je middelen je kansen verdedigen op het veld ? Er komt nog een La Louvière-Anderlecht : wat gaan ze doen, ook met hun reserven spelen ? Ik vind dat de bond zich hier wel eens over zou mogen beraden – maar ik schiet al in de lach terwijl ik het zeg – of de profliga – tweede keer dat ik in de lach schiet. Dit is absoluut niet goed voor de geloofwaardigheid van het Belgische voetbal. En als er dan nog een verband zou zijn tussen de twee, dat La Louvière omdat het de indruk heeft gewekt in de plofbalhistorie de kaart Anderlecht gespeeld te hebben, hier gauw de kaart Brugge trekt, dan zitten we helemaal in een poppenkast natuurlijk ! Als de heren dan blijven roepen dat de betaaltelevisie minstens dubbel zoveel geld zou moeten geven : de poppenkasten zijn goedkoper tegenwoordig. Dit is schandelijk over de hele lijn.”
Wat vond je van Anderlecht tegen Genk ?
“Anderlecht heeft perfect aangetoond hoe je met vijf verdedigers ofwel defensief, behoudend en bang kan spelen, ofwel offensief. Het zijn drie middenvelders en een verdediger die de doelpunten maken, hé. Niet verliezen was natuurlijk belangrijk. Vercauteren zegt : ‘We kijken alleen nog naar beneden.’ Het is heel moeilijk sturen nu tussen die tweede plaats veiligstellen en toch nog voor die titel gaan. Een goeie wedstrijd zou ik het niet willen noemen. Zeg maar : goeie middelmaat. RC Genk is heel afhankelijk van Engelaar, een schitterende speler, maar ik heb hem geen acties zien maken. Hij was een middelmatige meeloper en dan zie je Genk toch serieus terugvallen. Aan de andere kant heb ik een heel goede Zetterberg gezien. Ik heb hem een keer of drie zien tackelen. Ook dat is misschien de hand van Vercauteren.”
Het zou een beslissend weekend kunnen worden, werd vooraf gezegd. Dat werd het niet.
“Genk haakt af. Gert Claessens zegt zelfs : we moeten niet meer naar het kampioenschap kijken, maar naar de beker. Dat is een beetje voor zijn beurt gepraat, want Standard moet nog naar Brugge en naar Anderlecht : dat zijn niet direct cadeaus. La Louvière was het zwarte beest van Club, maar uiteindelijk is het gelopen zoals vooraf verwacht. Wat ik wel zie, is dat Brugge geen overtuigende prestaties neerzet. Ik vond Anderlecht tegen Genk een degelijke partij neerzetten. Niet om te zeggen : nu hebben we kampioenenvoetbal gezien of champagnevoetbal. Maar het was degelijker dan wat ik Brugge zie doen op dit moment. Daarom ook kijk ik uit naar volgend weekend, wanneer Brugge thuis tegen Standard speelt. Want zij zeggen : ons veld is onze bondgenoot niet. En dat tegen een Standard dat ambitieus is en in de winning mood zit. Daar zullen we de waarde van Club serieus kunnen inschatten. Maken ze een mindere periode door, of zijn het accidents de parcours geweest, de nederlaag in Genk onder meer ? Club Brugge ligt zes punten voor en ontvangt zowel Anderlecht als Standard nog thuis. Normaal mag je dat niet uit handen geven, maar de vraag blijft : zijn zij niet in het sukkelstraatje geraakt ? En komen ze daar uit ?”
Jan Hauspie
‘La Louvière, de plofbalhistorie en de B-ploeg tegen Club Brugge : dit is schandelijk over de hele lijn.’