“Als ik vroeger een examen wiskunde had, ging ik ervan uit dat de leraar sterker was dan ik, dat hij in staat was om over mij te oordelen. In het voetbal is het omgekeerd. Mensen met minder bagage of ervaring oordelen over hen die daar wel over beschikken.”
Michel Preud’homme is niet de eerste of de enige trainer die zijn beklag maakt over journalisten die net komen piepen of ex-spelers die mislukten als coach of technisch directeur en in de media de voetbalmensen mogen evalueren en desnoods in mootjes hakken. De Brugse trainer heeft in het algemeen misschien wel een punt en geeft, in tegenstelling tot veel van zijn collega’s, zijn kritiek tenminste open en bloot.
Het is overigens een typische reactie voor de voetbalwereld, die een specifieke hiërarchie kent. De beste voetballer heeft daarin altijd gelijk, ongeacht zijn argumenten. Je zou het de wet van het voetbalpleintje kunnen noemen en die is overal van toepassing: in de bestuurs- en de kleedkamer, in het voetbaldiscussieprogramma op televisie en uiteraard op café. Wie niet op niveau gevoetbald heeft, wordt zo het zwijgen opgelegd.
“Hoe hoog heb jij gevoetbald?” Zou dat de start moeten zijn van elke discussie over voetbal? Neen, het mooie van dit spel is dat iedereen er een mening over mag hebben. We zijn gelukkig niet verplicht er ook maar enig belang aan te hechten als we vinden dat de persoon in kwestie er geen bal verstand van heeft. Woorden in de wind, waar je je als trainer al helemaal niet hoeft aan te storen.
Profvoetbal is ontstaan voor de toeschouwers en zij hebben alle recht om te oordelen. Ook al kunnen of konden ze geen deuk in een pakje boter trappen. Ik (hoe hoog? tweede provinciale) ken het verschil niet tussen arroseren en barderen, maar mag op restaurant toch een mening hebben over de steak die ik voorgeschoteld krijg? En in een sterrenzaak zal ik strenger zijn dan in de taverne om de hoek. Of de chef daar al dan niet gelukkig mee is.
Preud’homme had vorige week helemaal geen poot om op te staan. Het gedrag van trainers naast de zijlijn of voor een microfoon heeft immers weinig met voetbal te maken. Het is eerder iets voor communicatiespecialisten en neutrale waarnemers. Het is heel simpel: als de twee partijen het gezag van de scheidsrechter niet aanvaarden, kan er niet gevoetbald worden, en een referee moet op het veld even onaantastbaar zijn als een politieagent op een kruispunt.
Tussendoor deze bedenking: ik heb meer begrip voor een trainersreactie vlak na de wedstrijd dan voor die van het bestuur van een club die een dag later, in alle sereniteit, beslist haar website te gebruiken om met selectieve voorbeelden aan te tonen dat ze benadeeld werd.
Terug naar de trainers. Tijdens de wedstrijd is er voor coaches voor de dug-out een rechthoek voorzien die hen toelaat richtlijnen te geven. Er is een nieuwe school trainers die meent langs de zijlijn de wedstrijd mee te moeten/kunnen beslissen. José Mourinho was de voorloper, Jürgen Klopp en Diego Simeone zijn succesrijkste navolgers. Als hun resultaten mede het gevolg zijn van hun passievolle optreden langs de zijlijn, is hier sprake van competitievervalsing en moeten ze meteen terug naar hun hok. Voetbal is elf tegen elf. Trainers mogen instructies doorgeven en drie wissels doorvoeren en daarmee houdt het op. Als hun spelers slechts beginnen te vlammen als hun baas als een razende tekeergaat langs de zijkant, is er wat fout.
“Als je in de loop van de week je werk hebt gedaan, is trainer een zittend beroep”, zei Co Adriaanse (veel successen als trainer, maar niet hoog gevoetbald) vorige week zondag in Studio Voetbal. “Als je je werk niet hebt gedaan, moet je tijdens de wedstrijd echter voortdurend corrigeren. Dan is het een staand beroep. Qatar is een uitzondering, omdat de sjeiks geloven dat je niet goed bezig bent als je je niet aanstelt langs de kant.”
Aanstellerij. Dat is het vooral, en dat kan niet de bedoeling zijn van de Michel Preud’homme die ik al 35 jaar ken en bewonder. ?
DOOR FRANÇOIS COLIN
Resultaten die het gevolg zijn van het wilde gedrag van de trainer langs de zijlijn, zijn competitievervalsing.