TYPE-ELFTAL: 4-4-2 Doel
Stijnen kende een middelmatig seizoen, met sterke wedstrijden, oprechte uitspraken (en vermeende uitspraken), maar raakte een paar keer geblesseerd en toonde zich vooral op hoge ballen onzeker. Verbauwhede blunderde door in de beker tegen KV Kortrijk een bal in doel te laten vallen, wat een domper zette op het talent dat hem werd toegedicht.
Middenveld
Vermant en de als sfeerverzieker bekritiseerde Englebert speelden het meest. Blondel loste na het vertrek van Ferrera de rol, Daerden groeide en gaf een paar assists, maar blesseerde zich , Van Heerden (knieschijf) raakte pas laat in vorm. Leko had, behalve een paar belangrijke doelpunten, beter gekund.
Verdediging
De Cock, Vandelannoite, Dreesen en Valgaeren speelden weinig en niet goed. Ivan Gvozdenovic speelde meer, maar ook niet goed. Hij heeft het te danken aan de blessures van Klukowski. Maertens, Clement en Priske kweten zich met wisselend succes van hun taak. Clement bracht op stilstaande fasen offensief veel bij.
Aanval
De doelpunten bleven grotendeels van de om zijn lakse wedstrijdinzet gehekelde Balaban komen. Yulu-Matondo en Ishiaku zorgden – de laatste als hij fit was – voor beweging en een handvol doelpunten. Ibrahim bleef een heel seizoen op zoek naar het niveau dat hij bij Zulte Waregem haalde.
TOP: Elrio Van Heerden
Frisse mentaliteit, vinnige techniek, een actie, loopvermogen en af en toe, zoals tegen Standard, een oogstrelend doelpunt : wat Elrio Van Heerden aan aanvallend voetbal bracht, deed meer dan compenseren dat hij af en toe eens vergeet mee te verdedigen. Hij was het lichtpunt, de speler die iets verrassends kon, in een donker seizoen.
flOP: Salou Ibrahim
Club Brugge kende meerdere spelers die op en naast het veld geen niveau toonden. Over Salou Ibrahims mentaliteit viel, in tegenstelling tot die van sommige anderen, geen verkeerd woord te horen. Des te pijnlijker daarom dat hij sportief niet kon overtuigen. De omschakeling van één naar twee centrale spitsen viel hem zwaar.
StatistiEKEN Speeldagen
1ste speeldag Club Brugge wint met 5-0 van AA Gent. Club Brugge gaat voor de titel.
16de speeldag Exemplarisch voor het seizoen : Club staat 4-1 voor tegen Standard, is euforisch en laat door individuele blunders de tegenstander terugkomen en in de laatste zeven minuten nog 4-4 maken.
17de speeldag Club Brugge verliest, met 1-0, voor het eerst in dertien jaar van aartsrivaal Cercle.
19de speeldag Club Brugge verliest met 0-1 van Roeselare : het is de laatste wedstrijd waarin Emilio Ferrera trainer is. Op speeldag 20, tegen Beveren, zit Cedomir Janevski als trainer op de bank. Ook Marc Degryse en Franky Van der Elst vertrekken.
ACHTERAF: Philippe Clement
Kleedkamerverhalen, zwak spelniveau, trainerswissels, kritiek op de mentaliteit en een gebrek aan kwaliteit : onthoudt een mens nog iets positief, gesteld dat we even een abstractie maken van het bereiken van de bekerfinale ?
Philippe Clement : “Ik denk dat je daar geen abstractie van kúnt maken. Die wedstrijd bepaalt alles : win je niet, was het een slecht seizoen, eentje waarvan ik nooit had gedacht dat ik het hier kon meemaken. Win je wél, dan heb je nog een goed tot degelijk seizoen gekend, want je speelt Europees én je hebt een prijs. Wat kan je dan behalve kampioen spelen of tweede eindigen en Champions League spelen, nog beter doen ?”
Beter voetballen.
“Ja, maar als je naar het verleden gaat kijken, worden die zaken niet onthouden. Zelfs niet door spelers. Dat vervaagt. Trofeeën en resultaten, díe blijven bij.”
Waarom haalde Club Brugge geen goed klassement, maar wel de bekerfinale ?
“Omdat het blijkbaar moeilijk is om met deze groep een constante lijn in de prestaties te krijgen, maar er kan wel gepiekt worden.”
Zag je mogelijke kantelmomenten ?
“Dat is het frustrerende dit jaar : dat we uit een aantal goede wedstrijden – Europees Leverkusen thuis, Dinamo Boekarest thuis, Standard, Anderlecht, Genk – de boost niet hebben kunnen halen. En dat heeft niet alleen met pech te maken, maar ook met die over-mijn-lijk-mentaliteit, tot het uiterste gaan voor een resultaat, als groep de grenzen van je mogelijkheden willen bereiken. In acht jaar Club heb ik geen enkel seizoen zoveel energie gestoken in zaken naast het veld.”
TRAINER: Cedomir Janevski
Ingehouden en losgeslagen emotie kenmerkte de trainers. Emilio Ferrera pompte op training een verdedigende organisatie, met twee controlerende middenvelders, in de ploeg en veel centraal spel. Maar hij toonde zich wel groot door zelfkritische reacties bij zijn ontslag. Onder Cedomir Janevski was het iedereen inmiddels ten volle duidelijk dat het de ploeg aan kwaliteit ontbrak. Janevski bleef zijn spelers tegen beter weten in naar voren jagen en verving een verdedigende door een aanvallende aanpak en koos voor de flanken. Zijn nervositeit langs de lijn en op training verraadde uiteindelijk dat ervaring als hulptrainer niet hetzelfde is dan als hoofdtrainer. Hij bleef tot in den treure zeggen hoezeer hij volgens hem een contractverlenging verdiende. Helaas. Geen van beiden kon Balaban nog aan het lopen krijgen.
Tendensen (heel goed, goed, gemiddeld, slecht, heel slecht) Toeschouwers (goed)
Het stadion zet een rem op de groei : voor topmatchen denkt Club 15.000 tickets meer te kunnen verkopen in een nieuw stadion en 2500 in plaats van 500 eters te verwelkomen.
Entourage (slecht)
Degryse verliet Club en werd vervangen door Devroe, voor Ferrera en Van der Elst kwam Janevski in de plaats. Volgend seizoen is Mathijssen de trainer en Mariman vervangt Galjé als jeugdcoördinator. De scouting en het transfercomité worden gereorganiseerd. D’Hooghe hield zich in de moeilijkste periode low profile. Englebert werd door insiders als sfeerverzieker bestempeld en de profmentaliteit van sommige spelers werd openlijk gehekeld.
Spektakel (slecht)
Weinig goede wedstrijden gezien. Het spel verliep te traag en inspiratieloos.
Financiën (goed)
Club Brugge zal zijn kern terugbrengen van 28 naar 26 spelers en daardoor middelen vrijmaken voor transfers.
Transfers (slecht)
Priske vulde de leemte rechts achteraan met wisselend succes in, Dreesen raakt maar niet gewend aan spelen met ruimte in de rug, Daerden heeft het potentieel, moest aanpassen en van blessures herstellen, Ibrahim moet hopen op een concept dat hem ligt.
door Raoul De Groote