Eric Dobbelaere

‘Zorgverleners die doorverwijzen naar de osteopaat? Dat is een gezonde multidisciplinaire aanpak’

Patrick Van Dun Lid van de Beroepsvereniging van de Belgische Osteopaten (BVBO

‘Dat ouders een oplossing zoeken voor klachten bij hun baby’s is een normale zaak en dat wij als osteopaat daar een veilig antwoord trachten op te geven lijkt een eerbare zaak’, schrijft Eric Dobbelaere van osteopathie.be. Hij reageert op een getuigenis van Brecht Decoene die als jonge vader naar eigen zeggen soms twijfelachtige adviezen kreeg van vroedvrouwen.

Wij hebben met veel aandacht en interesse het opiniestuk van Brecht Decoene van SKEPP gelezen: ‘Als jonge ouders kregen wij soms bedenkelijk advies. Waarom ligt de lat niet hoger?’

Osteopathie.be, erkende beroepsvereniging, wenst met onderstaande gegevens te informeren, zodat de auteur als wetenschapper en scepticus op iets meer bagage kan rekenen dan enkel achterhaalde literatuur en zijn “zesde zintuig” wanneer hij een gefundeerde opinie over osteopathie wil schrijven.

Het in het opiniestuk geciteerde dramatische overlijden uit 2009 werd niet veroorzaakt door een osteopaat maar door een craniosacraal therapeut, zoals ook duidelijk vermeld in uw aangehaalde referentie. Ondanks het feit dat dit misverstand uitentreuren door onze beroepsgroep werd aangekaart, in 2019 zelfs nog in dit eigenste magazine, blijft men dit op rekening van onze beroepsgroep zetten. Op die manier heeft dit niets meer met scepticisme vandoen maar eerder met een gerichte beschadigingsstrategie ten opzichte van de osteopathie. Daarom nog eens kort: osteopathie is hoegenaamd niet hetzelfde als craniosacrale therapie en de techniek die mogelijk dit overlijden heeft veroorzaakt is geen techniek eigen aan en gebruikt binnen de osteopathie.
Verder wordt gesteld dat dit niet het enige geval is. Wij hadden graag vernomen welke gevallen dan wel bedoeld worden, omdat wij als experten geen kennis hebben van enig overlijden veroorzaakt door een osteopaat in de wetenschappelijke literatuur.

Daarenboven, zoals ook in het artikel van 2019 door ons vermeld, worden baby’s niet door osteopaten “gemanipuleerd” (“gekraakt”). Gezien bij baby’s al deze structuren (schedel en nekwervels) nog in volle ontwikkeling zijn, is dit voor wat de osteopaten betreft zelfs een absolute contra-indicatie voor het uitvoeren van een manipulatie. Het kan dat de osteopaat zelfs helemaal niet ter hoogte van de nek dient te behandelen.

Het KCE-rapport waarnaar verwezen wordt dateert van 2010 en stelt inderdaad dat er op dat ogenblik geen afdoende wetenschappelijke evidentie voor de behandeling van baby’s was. Wij zijn ondertussen twaalf jaar verder en er zijn heel wat nieuwe studies verschenen die wel degelijk een positief effect van osteopathische zorg voor baby’s aantonen. Voor wat betreft de veiligheid vermeldt het KCE-rapport dat er geen data ter beschikking zijn die aantonen dat osteopathische zorg “gevaarlijker” is dan de “klassieke” geneeskundige aanpak. De insinuaties over de veiligheidsrisico’s lijken ons dus meer op stemmingmakerij gebaseerd dan op feitenkennis.

Wij zijn evenzeer op zoek naar wetenschappelijke relevantie en onderbouw. Derhalve investeren wij als vereniging in onafhankelijk wetenschappelijk onderzoek. Het laatste decennium is het aantal osteopathische publicaties in wetenschappelijke vaktijdschriften met een factor 7 toegenomen. Er bestaat een universitaire opleiding osteopathie aan de ULB en ongeveer alle osteopaten die momenteel afstuderen hebben één of meerdere masterdiploma’s op zak.

Dat het natuurlijk altijd beter kan geldt voor alle medische disciplines. Denken we bijvoorbeeld maar aan de review met betrekking tot de klinische effectiviteit van veel voorkomende orthopedische ingrepen, waaruit blijkt dat de meeste van deze ingrepen onvoldoende wetenschappelijk gefundeerd zijn en in sommige gevallen niet beter zijn dan niets doen. Bestempelen de sceptici van SKEPP dit dan ook als kwakzalverij?

Dat ouders een oplossing zoeken voor klachten bij hun baby’s is een normale zaak en dat wij als osteopaat daar een veilig antwoord trachten op te geven lijkt een eerbare zaak. Temeer dat het wel wetenschappelijk vast staat dat osteopathische zorg geen schadelijke gevolgen heeft, hetgeen allerminst kan beweerd worden voor andere zorg (zie bijvoorbeeld de orthopedische ingrepen supra of de veelvuldige neveneffecten van farmacotherapie). Daarenboven zijn er steeds meer studies die positieve effecten van osteopathische zorg voor bepaalde klachten bij baby’s laten optekenen. Even doorsnuffelen in de wetenschappelijke literatuur en we zijn er van overtuigd dat het ook de standpunten van sceptici betreffende de osteopathie kan bijsturen.

Het is mede vanwege deze nieuwe inzichten, maar ook vanwege de steeds wederkerende positieve feedback van osteopathische zorg dat andere zorgverleners (zoals vroedvrouwen, artsen, kinesitherapeuten, specialisten) graag doorverwijzen naar osteopaten. Dit noemt men dan een gezonde multidisciplinaire aanpak in het belang van de patiënt en heeft niet te maken met het in het opiniestuk aangehaalde gebrek aan kritisch denken vanwege de verwijzers.

Op basis van de effectiviteit en veiligheid van de osteopathische zorg, de tevredenheid van de patiënt en de samenwerking op het terrein met andere gezondheidsberoepen, kan de osteopathie terecht worden beschouwd als een waardevolle aanwinst voor de gezondheidszorg.

Patrick van Dun en Eric Dobbelaere scrhijven deze bijdrage namens de erkende beroepsvereniging Osteopathie.be.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content