Tom Sauer

‘Wat we uit de Cubacrisis kunnen leren over Oekraïne’

Tom Sauer Professor Internationale Politiek (UA) en auteur

Hoogleraar Tom Sauer schetst hoe de Cubacrisis, met geluk, werd ontzenuwd, en hoe de afwenteling van die crisis kan inspireren om een diplomatieke oplossing te vinden voor de oorlog in Oekraïne.

De geostrategische spanningen lopen hoog op tussen Moskou en Washington DC. Kernwapens komen in het vizier. De mensen hebben schrik. Zo was het in oktober 1962, exact 60 jaar geleden, toen de Russische president Nikita Chroesjtsjov in het geheim kernwapens trachtte te stationeren in Cuba, de achtertuin van de VS. De wereld heeft indertijd dertien dagen zijn adem ingehouden.

Wat kunnen we vandaag leren over het verloop van die crisis en, nog belangrijker, hoe werden uiteindelijk de plooien weer glad gestreken? Die eerste vraag lag ook voor op een bijeenkomst met de voornaamste toen nog levende hoofdrolspelers in 1992, dertig jaar na de Cuba crisis: de toen nog aan de macht zijnde Cubaanse president Fidel Castro en Robert McNamara, de Amerikaanse minister van Defensie in de Kennedy-administratie. Deze laatste vernam toen van Castro dat er reeds tactische kernwapens op Cuba aanwezig waren tijdens de crisis, iets wat de Kennedy-administratie niet wist. Bovendien had Chroesjtsjov de bevoegdheid om die kernwapens te gebruiken doorgegeven aan Castro, iets waar de Amerikanen ook niet van op de hoogte waren. En tot slot vertelde Castro dat hij die bevoegdheid op zijn beurt had doorgegeven aan zijn kolonels. McNamara wist niet wat hij hoorde.

Had president Kennedy geluisterd naar zijn generaals en Cuba aangevallen, dan bestond het risico dat Cubaanse militairen met tactische kernwapens hadden teruggeschoten en dat in Florida en omstreken 90 miljoen slachtoffers zouden gevallen zijn. Gelukkig had president Kennedy meer oor naar de argumentatie van McNamara en zijn broer Robert, en werd gekozen voor een zachtere aanpak, met name een zeeblokkade.

Komt daarbij dat tijdens die crisis verschillende incidenten voorgevallen zijn die makkelijk tot een nucleaire oorlog hadden kunnen leiden. Zo werd op één van de Amerikaanse luchtmachtbasissen het nucleair alarm gegeven waardoor piloten naar hun vliegtuigen stormden. Achteraf werd vernomen dat het alarm veroorzaakt was door een beer die de omheining had geraakt. Voorts werd een reeds lang geplande test met een intercontinentale raket doorgevoerd alsof er geen vuiltje aan de lucht was. Ondanks waarschuwingen nam een verkenningsvliegtuig boven Cuba teveel risico’s. Het werd neergeschoten. De piloot overleed en de druk van de luchtmacht om te reageren was zeer groot.

Volgens VS-Defensieminister McNamara was geluk de voornaamste verklaring waarom tijdens de Cubacrisis uiteindelijk geen kernwapens werden gebruikt.

Ook verloor een U2 spionagevliegtuig haar oriëntatie en verdwaalde boven Siberië, achternagezeten door Sovjet-bommenwerpers.

Tot slot werd de communicatie tussen Moskou en één van haar atoomonderzeeërs in de buurt van Cuba verbroken. Net op dat moment werd er munitie afgeschoten door de Amerikaanse marine om de onderzeeër naar boven te jagen. Twee van de drie hoofdofficieren in de duikboot wilden kernwapens gebruiken. Dat laatste werd vermeden omdat de derde officier in kwestie, kolonel Archipov, weigerde. Volgens McNamara was geluk de voornaamste verklaring waarom tijdens de Cubacrisis uiteindelijk geen kernwapens werden gebruikt.

De vraag stelt zich dus hoeveel keer we geluk kunnen hebben? En hoe rationeel is het om een defensiebeleid te stoelen op wapensystemen die heel de wereld om zeep kunnen helpen, en waarbij blijkbaar voornamelijk geluk nodig is om dat te voorkomen? Dit is niet het eerste opiniestuk waarin ik wijs op de gevaren van kernwapens (net zoals de virologen jaren geleden al waarschuwden op de mogelijkheid van een pandemie, en net zoals klimatologen al decennia aan de alarmbel trekken).

Oorlogsnarratief versus creativiteit

Het valt mij bovendien op hoe dominant het oorlogsnarratief in de media is, ook in onze contreien. Zowel de VS, de NAVO als de EU zijn blijkbaar vergeten dat er zoiets als diplomatie bestaat. Alsof er geen alternatief denkbaar is voor de vele wapenleveringen. Ondertussen wordt de productie in sommige bedrijven in ons land stil gelegd; hangen bakkers en beenhouwers hun plunje aan de haak; gaan bedrijven overkop; en kunnen meer en meer burgers hun energierekeningen niet meer betalen. De winter zou wel eens heet kunnen worden in Europa.

De Kennedy-administratie gebruikte creativiteit om eruit te geraken. Zo reageerde ze bewust niet op het bitsig telegram dat op zaterdagmorgen binnenkwam, maar wel op de boodschap van de avond voordien, die gematigder was. En het werkte. Bovenal had president Kennedy door dat ze een uitweg moesten laten voor Chroesjtsjov zodat de man zich met niet al te veel gezichtsverlies akkoord kon verklaren met de onderhandelde oplossing. Zo beloofden de VS publiekelijk Cuba niet meer aan te vallen, iets wat ze een jaar eerder nog gedaan hadden.

Rode lijn

Dat inlevingsvermogen in Rusland lijkt vandaag volledig te ontbreken. Akkoord, Poetin heeft gereageerd op een manier die totaal uit den boze is en heeft zich – net als Chroesjtsjov – misrekend. Wel heeft hij jaren aan een stuk gewaarschuwd dat het opnemen van Oekraïne binnen de NAVO een dikke rode lijn was, wat vanuit het oogpunt van Rusland niet onlogisch is. Hij had zelfs gewaarschuwd dat hij in dat geval de Krim en Oost-Oekraïne zou afnemen. Merkel wist dat heel goed, maar kon niet op tegen de dominantie van de VS binnen de NAVO, die in 2008 wel degelijk besliste om Oekraïne lid te maken (weliswaar zonder een datum te prikken). De rode lijn was overschreden. Poetin was woest. Poetins reactie komt dus niet helemaal uit de lucht gevallen.

De 93-jarige George Kennan, de belangrijkste architect van het naoorlogse indammingsbeleid tegen de USSR, waarschuwde al in de jaren negentig tegen de uitbreiding van de NAVO. Blijkbaar moet men een zekere leeftijd bereikt hebben om voldoende wijsheid en empathisch vermogen te hebben vergaard. Of is het toeval dat de weinige intellectuelen die vandaag voorzichtigheid prediken en het oorlogsnarratief afzweren – Henry Kissinger, Noam Chomsky, en Jürgen Habermas – de negentig lentes gepasseerd zijn en carrièregewijs niets meer te verliezen hebben?

Tom Sauer is hoogleraar Internationale Politiek aan de Universiteit Antwerpen en auteur van De Strijd voor Vrede (Polis)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content