Fons Jena

‘Materiële welvaart is en blijft een belangrijke voorwaarde voor een minimaal welzijn’

Fons Jena Voorzitter van MinderMensen vzw en auteur van 'We zijn met te veel'

‘Zaken zoals verdraagzaamheid, vrede en gelijkheid vragen letterlijk en figuurlijk ruimte’, schrijft auteur Fons Jena. Hij reageert op een recensie waain zijn boek over overbevolking ook besproken werd.

Onlangs verscheen een recensie van vier recent gepubliceerde boeken waar bevolkingsgroei aan bod komt. Dit illustreert de doorbraak in hoe we momenteel nadenken over economie, klimaat en bevolking. Bovendien benaderen deze vier publicaties in ons eigen Nederlands taalgebied het thema vanuit een verschillende invalshoek, een niet onbelangrijk verdienste die door de recensent onvoldoende wordt gevaloriseerd.

Het pleidooi voor een wereld met minder mensen wordt ontkracht op basis van een reeks deels vooringenomen, deels stereotiepe interpretaties die het thema verengen tot een ideologische aangelegenheid. We zijn met te veel weerlegt al deze kritiek, maar het weerwerk dat ik in mijn boek biedt, komt spijtig genoeg niet aan bod in de recensie.

Overbevolking dekoloniseren

De eerste kritiek op de stelling komt van Soumaya Majdoub, de auteur van het boek Consumeren als konijnen. Haar stelling is dat overbevolking eerder een complottheorie is dat als doel heeft om vooral zwakkeren of ‘anderen’ de schuld te geven van de aanhoudende bevolkingsgroei. We kunnen spijtig genoeg niet ontkennen dat het onderwerp tot de dag van vandaag nog steeds misbruikt wordt door mensen met een niet al te propere bedoeling. Door te wijzen naar het aantal consumenten proberen sommigen hun eigen overconsumptie te camoufleren, en voor anderen gaat het vooral om het beperken van migratie vanuit Afrika en het Midden-Oosten, en niet uit bezorgdheid voor de aarde of voor die migranten. Deze denkpatronen zijn fout, maar het is ook fout om heel het concept van overbevolking en alle mensen die er mee bezig zijn om die reden te beoordelen als extremisten. Dat is zoals het socialisme en het communisme proberen te weerleggen met de wandaden van Stalin en Mao, dat is gewoon intellectueel niet eerlijk.

De kritiek van Soumaya Majdoub op de ‘godfather’ van de demografie, Thomas Malthus, is ook onterecht. Het boek dat hem wereldbekend heeft gemaakt is soms wat ongevoelig geschreven, maar hij zat wel degelijk in met het lot van de arme mens. Hij was bijvoorbeeld voorstander van toegankelijk onderwijs voor iedereen en pleitte voor spaarzaamheid bij de rijkere mensen, net om meer over te houden voor de armen. Hij kwam ook tot de vaststelling dat gezinsplanning een belangrijk instrument is tegen armoede, een stelling die nu algemene kennis is bij de Verenigde Naties, ngo’s en ontwikkelingsorganisaties. Voormalige VN- secretaris-generaal Kofi Annan en mensenrechtenactivist Martin Luther King waren om die reden ook grote voorstanders van meer gezinsplanning. En of Malthus er nu naast zat of niet doet er eigenlijk niet toe, want het moderne pleidooi voor minder mensen heeft niets meer te maken met zijn boek. Dus laten we ook het debat rond overbevolking dekoloniseren?

Overconsumptie of overbevolking?

Een tweede centrale kritiek die aan bod komt in de recensie is de stelling dat het aantal mensen niet de hoofdoorzaak is van onze (milieu)problemen en dat een bevolkingskrimp dan ook niet een effectieve oplossingsstrategie is. Zo wordt er snel gewezen naar onze onduurzame productie van goederen en diensten, en de even onduurzame consumptiepatroon dat daar mee gepaard gaat. Dat zijn inderdaad grote oorzaken die aangepakt moeten worden, maar net zoals bij de voorgaande kritiek is dit opnieuw een schoolvoorbeeld van polariserend wit-zwart denken. Naast ons fout systeem en onze verslaving aan materiële welvaart is ook het aantal consumenten van fundamenteel belang. Je hoeft geen wetenschapper te zijn om te beseffen dat iemand die niet bestaat een kleinere voetafdruk heeft dan iemand die wel bestaat, hoe zuinig en ecologisch die laatste ook zou leven.

In deze kritiek wordt ook vaak verwezen naar de disproportionele bijdrage van de rijke mensen in de totale impact van de mensheid. Deze vaststelling mist volledig het punt. Materiële welvaart is nu éénmaal een belangrijke voorwaarde voor een minimale welzijn. De gemiddelde consumptie per capita zal de komende decennia blijven toenemen net omwille van armoedebestrijding, hoe zuinig we hier in het westen ook zouden worden. Tine Hens verwijst in haar boek Het is allemaal de schuld van de Chinezen! zelf naar de bekende ‘I=PAT’ vergelijking (dat zegt dat de impact het product is van het aantal consumenten, de individuele consumptie en technologie), maar besluit dan uiteindelijk dat het vooral gaat om de A-factor (de consumptiefactor). Blijkbaar is het voor veel mensen moeilijk om te erkennen dat complexe problemen meerdere oorzaken kunnen hebben.

Bevolkingskrimp als een katalysator voor de sociaal-ecologische transitie

Wat de recensie ook duidelijk maakt is dat de kritiek op het pleidooi voor minder mensen zich beperkt tot het duurzaamheidsaspect, en dan nog hoofdzakelijk tot de klimaatverandering. Dat is strategisch geen goede keuze, want voldoende studies tonen aan dat vrijwillige maatregelen om de vruchtbaarheid te beperken fundamenteel zijn in de aanpak van niet enkel de klimaatverandering, maar ook alle andere ecologische uitdagingen waarvoor de mens staat, zoals verlies van biodiversiteit, verzuring van de oceanen, de stikstofproblematiek, chemische vervuiling en droogte.

Daarnaast wordt het hoog tijd dat het debat rond overbevolking ook aandacht geeft aan de vele voordelen van een lagere bevolkingsdruk op de levenskwaliteit en op het bestrijden van sociale en economische problemen. Naast de logische materiële voordelen (een groter stukje taart voor iedereen), zou een lagere bevolkingsdruk ook allerlei immateriële aspecten verbeteren, zoals meer vrijheid, meer natuur, meer rust, meer democratie en meer individuele waarde. Het leven zou ook eenvoudiger worden, gezien de maatschappij steeds complexer moet worden om de toenemende mensenmassa onder controle te houden en te kunnen voorzien van alle diensten en producten.

Ook zaken zoals verdraagzaamheid, vrede en gelijkheid vragen letterlijk en figuurlijk ruimte. Hoe kleiner de kruimeltjes hoe harder er zal voor gevochten worden, en dan trekken de rijken altijd aan het langste eind. Mensenschaarste zou de lonen verhogen en met vrijwillige bevolkingskrimp dwing je een alternatief economisch systeem af, gezien het huidige systeem niet of moeilijk kan functioneren met een krimpende bevolking. Opmerkelijk dat progressieve critici blind blijven voor deze gevolgen.

Daarmee is het ook gezegd dat het een globaal probleem is dat overal op aarde aandacht moet krijgen. Uiteraard moet de vruchtbaarheid in de arme landen beperkt worden, en liefst zo snel mogelijk, maar er is ook veel werk aan de winkel in de rijkere landen waar de vruchtbaarheid al laag is. Zo moeten deze laatsten overtuigd worden om de andere landen te ondersteunen met hun demografische uitdaging en dat ze zelf het goede voorbeeld moeten geven door bevolkingskrimp te aanvaarden als een positieve ontwikkeling. Want pas vanaf wanneer je het zelf hebt geleerd mag je met de vinger beginnen wijzen.

Ten slotte nog één vermeldenswaardige kritiek die aan bod komt in de recensie: dat van de vergrijzing. Het klopt dat een toenemende levensverwachting voor bevolkingsgroei zorgt, maar veruit de grootste oorzaak van de huidige bevolkingsgroei is nog steeds de vruchtbaarheid die hoger ligt dan het vervangingscijfer. En uiteraard duurt het even alvorens de bevolking zal krimpen, maar als we de aanpak van het probleem blijven uitstellen zal het altijd te laat zijn, en de transitie naar 100% hernieuwbare energie en naar een vegetarisch dieet zal ook niet in één dag gebeuren.

Dus?

Hoe luidt dan het antwoord op de vraag of we nu met te veel zijn of niet? Willen we een herbergzame wereld nastreven waar het voor iedereen eenvoudiger en beter leven is, dan is het antwoord ‘ja’. En neen, dat is geen complottheorie en geen excuus om de vele andere problemen waarmee we worstelen niet te moeten aanpakken. Je moet bevolkingskrimp niet zien als een universele oplosser, maar als een universele vereenvoudiger van problemen met mooie extraatjes voor iedereen.

Fons Jena is van opleiding industrieel ingenieur en werkt als milieuambtenaar in een Vlaams-Brabantse gemeente. Hij is oprichter en voorzitter van MinderMensen vzw, een vereniging die als doel heeft het thema van overbevolking op de sociale en politieke agenda te plaatsen in Vlaanderen. Hij is ook medeoprichter en bestuurslid van eurASP, de Europese koepelorganisatie van overbevolkingsorganisaties, en in 2021 kwam zijn boek ‘We zijn met te veel’ uit.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content