Frank Judo

‘Liever stille wensen dan goede voornemens’

Frank Judo Advocaat, kerkjurist en historicus

‘De traditionele goede voornemens zijn terecht gekomen in een weinig inspirerende mix van openbaarheid, branie en eigenliefde’, schrijft Frank Judo. ‘Wie meedoet aan het circus van de goede voornemens doet er dus goed aan een gulden middenweg te vinden tussen overmatig risico en onvoldoende ambitie.’

Langzamerhand nadert het moment weer waarop we onze goede voornemens voor het nieuwe jaar discreet achter ons kunnen laten. Op elke nieuwjaarsreceptie hebben we een ironisch lachje op ons gezicht moeten toveren, wanneer iemand met net hetzelfde lachje informeerde naar onze voornemens voor dit jaar. Het is een wat pesterig spelletje geworden, waarbij het niet past je te onttrekken aan de mythe van de nieuwe start, maar het ook niet fijn is met de neus op de feiten te worden gedrukt. Als je je voornemens beperkt tot de categorie van redelijkerwijze haalbare zaken, wacht je een meewarige blik: is het dat maar?

Wie daaraan wil ontkomen, valt ten prooi aan het andere risico: een niet aflatende nieuwsgierigheid naar de mate waarin wordt volhard in het voornemen, niet slechts tot half februari, maar tot diep in het nieuwe jaar. Kortom, de goede voornemens zijn een weinig opbeurend ritueel geworden, meer een teken van de eeuwige wederkeer van een gênant moment dan een nieuw begin.

Zou dat er iets mee te maken kunnen hebben dat de traditionele goede voornemens terecht zijn gekomen in een weinig inspirerende mix van openbaarheid, branie en eigenliefde? Ik dacht eraan toen op een nieuwjaarsborrel iemand erin slaagde met een brede glimlach de vraag naar de voornemens te ontwijken. Neen, was het antwoord, ik maak geen voornemens, maar heb wel een wens voor het nieuwe jaar. En een wens die je luidop doet, wordt niet vervuld…

Is het toeval dat het volksgeloof luidop uitgesproken wensen geen kans op slagen toedicht? En waarom zou dat anders zijn met goede voornemens? Is het allicht onze cultuur van op de spits gedreven transparantie die ertoe leidt dat voornemens enkel nog goed kunnen heten, wanneer ze onderworpen worden aan het publieke toezicht van de nieuwjaarsborrel of de sociale media? Slechts wanneer anderen, vele anderen kunnen beoordelen, liefst nog becijferd, of en in welke mate we waarmaken wat we graag waargemaakt zouden zien, zijn we op het rechte pad.

Die benadering gaat uit van een aantal vooronderstellingen. Vooreerst dat publieke controle een efficiënt middel is om de eigen gebreken bij te sturen. De ervaring leert dat publiciteit vooral een goede manier is om mensen ertoe te overtuigen de eigen gebreken te verbergen of te ontkennen. Het sacrament van de biecht heeft nooit de reputatie gehad een comfortabel sacrament te zijn, maar het had (en heeft) tenminste de merite discreet te zijn. Publieke biechten zijn eigenlijk een contradictio in terminis. Goede voornemens vertonen er nochtans veel gelijkenis mee.

(Lees verder onder de video)

Verder zorgt de publiciteit van onze voornemens voor een eigenaardige dynamiek tussen minimalisme en maximalisme. We willen niet mislukken in onze plannen, zeker niet als we die openbaar hebben gemaakt. Blijk geven van een gebrek aan ambitie is echter ook niet aan de orde. Wie meedoet aan het circus van de goede voornemens doet er dus goed aan een gulden middenweg te vinden tussen overmatig risico en onvoldoende ambitie.

De vraag is echter of het probleem niet dieper ligt. Onze samenleving is tot in het merg meritocratisch geworden. Zelfbeschikking is geen droom, maar werkelijkheid en vooral plicht. Wie mislukt, heeft niet voldoende geprobeerd. Maar impliceert proberen niet de kans te mislukken? Of gaan echte probeersels niet langs vele mislukkingen? Met mislukking kunnen we echter niet om. Die moet de schuld zijn van een ander, of van structuren of de samenleving. Van iedereen, maar niet van ons.

Een mensbeeld dat mislukking erkent als een deel van het leven is dus misschien wel beter geschikt om ons op een realistische wijze in dat leven te laten staan. Het verkiest stille wensen boven met veel poeha uitgesproken voornemens.

Zullen we afspreken dat we op de nieuwjaarsborrel van 2024 voldoende ruimte laten voor stiltemomenten? Dan kunnen we met een gerust geweten een wens doen, en nog hopen dat die uitkomt ook.

Frank Judo is advocaat, kerkjurist en historicus. Eerder dit jaar verscheen zijn meest recente boek Het bewaren waardWandelen door een conservatisme langs 21 misverstanden. (Ertsberg).

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content