Jan Haeverans

Zet een boompje op

Vlamingen houden niet van bomen.

Fiets maar eens rond: een groot gazon met enkele struikjes op enkelhoogte, en dat alles omgord door een potige Bekaertdraad, het lijkt het tuinideaal van velen. Een kale boel. Maar de argumenten tegen bomen zijn bekend: ze nemen licht weg, belemmeren het uitzicht, en wat een viezigheid zeg, die bladeren in de herfst. Het meest absurde bezwaar hoorde ik ooit van een collega: wat een lawaai die snertbomen maken als het waait! Omleggen die boel.

Ook langs onze wegen zijn we ooit massaal bomen beginnen rooien. Voor de verkeersveiligheid, omdat auto’s nogal eens de vervelende neiging vertoonden om tegen die oude, statige dikkerds aan te knallen. En die gaven niet zo mee. Weg ermee dus. Waarna de fietsers, die ooit veilig achter een rij stammen peddelden, onbelemmerd van de weg gemaaid werden. Waar vind je ze nog, die mooie, lommerrijke wegen afgezoomd met bomen met een dikke streep witte verf op de stam? Lang geleden dat ik die nog heb gezien.

Bomen in de steden, daar kunnen we al helemaal niet tegen. Weet ik veel wat voor onheil ze daar aanrichten, maar nauwelijks hebben ze wasdom bereikt, of ze gaan onherroepelijk voor de bijl. Zodat we nu op eertijds beschutte pleintjes platblakeren in de zomer, omver geblazen worden in de herfst, en vastvriezen in de winter. Maar wel geen duif meer die tevreden koerend van op een takje wat op ons hoofd dropt. Het is toch al dat.

En bossen dan? Ha ja, die vinden we wel belangrijk! En wouden? Ja, die nog meer! Zeker als ze in verre continenten liggen. Die Brazilianen moesten maar eens met hun poten van het Amazonewoud blijven. Zomaar de long van onze aarde omkappen, hoe is het toch mogelijk?

Maar als bij ons dan een bos moet plaatsmaken voor een industrieterrein? Of voor een nieuw stuk autostrade? Ja… euhm… dan misschien toch maar het bos weg. Dat brengt toch niets op. En staat danig in de weg van de vooruitgang. Want werkgelegenheid is belangrijk voor ons. En mobiliteit ook. Terwijl die Brazilianen het best met wat minder kunnen stellen. Die zijn dat gewoon.

Mag ik het toch even opnemen voor onze bomen en de bossen aan het begin van deze Week van het bos (9 / 10 – 16 / 10)? De luchtkwaliteit in Vlaanderen is lamentabel en de biodiversiteit gaat er nog steeds zienderogen op achteruit. Op de toch al niet al te fris ogende kaart van Europa zijn wij een smerige vlek, samen met het Ruhrgebied en de Povlakte. Bezwaarlijk iets om trots op te zijn. En het bezorgt ons niet echt een vrolijk imago. Als er één regio gebaat is bij een extra plukje groen hier en daar, dan wij wel.

Strategisch aangeplant groen nabij gebouwen zorgt voor schaduw en verkoeling in de zomer, terwijl het in de winter, als de bladeren zijn gevallen, net volop zonlicht doorlaat: een goedkope klimaatregeling. Bomen zuiveren de lucht, en zijn broodnodig voor allerlei vogels, dieren en insecten. In de stad kunnen ze onherbergzame lanen en pleinen met een minimum aan moeite een heel stuk aangenamer maken. En op het platteland zijn natuurlijke houtkanten handige schuil- en doorsteekplaatsen voor wild. Bovendien gaan ze de erosie tegen en verbeteren ze drastisch de kwaliteit van het landschap.

En waarom planten we op die klinisch dode industriegebieden van ons eigenlijk niet massaal bossen aan? Het oogt niet alleen mooi, het hout dat ze leveren, kan bovendien weleens goed van pas komen. Meer inheemse en minder exotische houtsoorten gebruiken, stelt bijvoorbeeld de Brazilianen in staat hun zo levensbelangrijke regenwoud beter te vrijwaren. En in tijden van stijgende energieprijzen kan brandhout wel eens erg nuttig blijken als extra verwarming.

In Afrika werken een aantal landen al een hele tijd aan herbebossing in de strijd tegen milieuverloedering, onder impuls van de onlangs overleden Wangari Maathai, oprichtster van de Green Belt Movement. Hoog tijd dat wij het voorbeeld volgen. En dat we niet zo blijven treuzelen met de bosuitbreiding die voorzien is in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen. Dat de actie ‘1 miljoen bomen voor Vlaanderen’ (www.1miljoenbomen.be) geen eindpunt moge zijn, maar een begin.

Jan Haeverans

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content