Wordt digitale controle het nieuwe normaal na de pandemie?

Van contact tracing tot gezichtsherkenning: veel overheden deden tijdens de pandemie beroep op technologie om levens te redden. Maar wordt die digitale controle wel weer afgebouwd, nu het virus bedwongen lijkt?

In de lange strijd tegen het virus bleek technologie het uitverkoren wapen, maar experten vrezen dat de digitale massacontrole een blijver wordt, ook na de pandemie. Contact tracing apps en gezichtsherkenning maakten al snel deel uit van het arsenaal aan middelen om de volksgezondheid te beschermen. De ingrijpende hulpmiddelen hebben wellicht levens gered, maar mensenrechtenactivisten vrezen het einde van onze privacy de prijs is die we betalen voor het bedwingen van de pandemie.

Big brother

“Eens een systeem in de maatschappij is geïntroduceerd, is het moeilijk om dat er weer uit te krijgen, zelfs als het achteraf bekeken problematisch blijkt”, zegt Chang Yeo-Kyung, uitvoerend bestuurder van het Institute for Digital Rights in Zuid-Korea. In het land is de pandemie efficiënt bedwongen, deels dankzij massaal testen en tracen.

Nu de erg besmettelijke maar minder dodelijke omicron-variant rondwaart, werden de contact tracing en verplichte isolatie van gevaccineerden afgeschaft in het land. Zelfdiagnose en thuisbehandeling zijn er nu de methodes om de zorg te ontlasten. Toch kondigde de regering eind vorig jaar aan dat een door de overheid gesponsord pioniersproject zowel artificiële intelligente, gezichtsherkenning als duizenden camera’s zal gebruiken om de bewegingen van besmette mensen op te volgen. Die maatregel leidde tot bezorgdheid over het recht op privacy.

Het project zou begin 2022 starten in Bucheon, een van de dichtstbevolkte steden van Zuid-Korea aan de rand van Seoel, maar liep meerdere keren vertraging op. Chang: “De bezorgdheid is groot dat digitale bewaking het nieuwe normaal wordt in onze maatschappij. Mensen zijn het bijvoorbeeld gewend geraakt hun identiteitskaart te tonen voor ze ergens binnengaan. De overheid verlegde ook haar grenzen, onder meer toen ze gsm-masten gebruikte om duizenden mensen te identificeren – en botste op maar weinig weerstand.

Lichaamstemperatuur

Elders in Azië, van Singapore tot India, van Thailand tot Taiwan, blijven overheden contact tracing apps gebruiken om inwoners op te sporen en toeristen te volgen. Singapore, Thailand en andere landen gebruiken ook massaal QR-codes bij de check-in van winkels, restaurants, luchthavens en op andere plekken. In 2021 stelde Singapore dat het de politie zou toestaan om persoonlijke gegevens van zijn contact tracing app te gebruiken bij onderzoek naar ernstige misdrijven, en kondigde tegelijk een wet aan die misbruik van persoonlijke gegevens zou bestraffen, onder meer met opsluiting.

Ook in de Indiase staat Jammu & Kashmir maakte vorig jaar bekend dat gegevens van een contact tracing app gedeeld werden met de lokale politie.

Firma’s die voedsel aan huis leveren, hebben de namen en lichaamstemperatuur van hun werknemers prijsgegeven aan hun klanten. Verschillende steden in India verplichtten gemeentebedienden om tracking toestellen te dragen. In New Delhi zijn leerkrachten een rechtszaak begonnen om het gebruik van biometrische gegevens te verbieden in een app met aanwezigheidsstatistieken, omdat hun privacy erdoor geschonden werd.

Groeiend protest tegen de spionage

De toegenomen controle heeft geleid tot hevige debatten en tot gerechtelijke stappen, stellen experts in digitale rechten vast. De vrees groeit dat de bewaking te ver gaat. Carissa Veliz, professor aan het Institute for Ethics in AI van de universiteit van Oxford: “Er is ons verzocht om vele gegevens vrij te geven met het oog op de aanpak van het virus. Soms was dat nodig, in andere gevallen niet echt. Anderzijds zien we nu meer protest en bewustzijn. Mensen zijn het beu om bespioneerd te worden.”

Estelle Masse, hoofd van de databescherming bij de mensenrechtenorganisatie Access Now, stelt dat contact tracing apps in Europa redelijk goed scoren qua privacybescherming, mee dankzij de publieke discussie. Juist door die alertheid van velen is potentieel gevaar en schending van de privacy voorkomen. Europese apps bewaren bijvoorbeeld meestal de gegevens op de smartphones van de betrokkenen en niet in één centrale database, en de gevraagde informatie blijft beperkt tot degene die het doel dienen.

Oneigenlijk gebruik van goedbedoelde apps

Toch ging niet alles volgens plan. Overheden gebruikten de privégegevens die waren vrijgegeven om het virus te stoppen, soms voor heel andere doeleinden. In Duitsland hebben aanklagers zich geëxcuseerd nadat bleek dat de politie meermaals persoonsinformatie die via een app was verzameld, doorspeelde in een misdaadproces naar aanleiding van een moord. De politie kreeg die informatie nadat Volksgezondheid het restaurant dat het slachtoffer bezocht, aanduidde als een bron van besmetting.

Ook in Australië leidden gelijkaardige gevallen tot beroering. Twee staten zetten juridische stappen tegen ontwikkelaars van gezichtsherkenningssoftware toen bleek dat de politie deze mocht gebruiken om te checken of mensen wel echt thuisbleven tijdens hun quarantaine. In Groot-Brittannië fronste men de wenkbrauwen toen bleek dat in de algemene voorwaarden van sommige QR-code check-in apps voor bars en restaurants, stond dat zij de privégegevens van hun klanten jaren mochten bewaren.

Volgens Masse onderstreept dit hoe belangrijk het is om de hoeveelheid gegevens die mag verzameld worden, zo klein mogelijk te houden en te kaderen met strenge regels rond het gebruik ervan. Nu de pandemie evolueert naar een endemische fase, is het tijd om de discussie te openen over wat ons te wachten staat. Masse: “We komen nu in de fase waar vragen nodig zijn als ‘Hoe lang hebben we die apps nog nodig?'”

“Worden ze niet langer nodig geacht, dan moeten overheden het gebruik ervan laten uitdoven en ervoor zorgen dat bedrijven de middelen niet voor andere doeleinden kunnen misbruiken”, zegt ze. “Het is eigen aan het internet dat platformen verdwijnen en dat mensen soms vergeten dat ze ergens nog een account hebben. Maar deze apps zijn specifiek ontwikkeld op vraag van overheden en door miljoenen mensen gebruikt. Net zoals ze de ontwikkeling en het gebruik ervan hebben gestimuleerd, moeten diezelfde overheden nu ook de gebruikers begeleiden bij de afschaffing ervan.”

Afschaffen of er makkelijker betalen?

Sommige ontwikkelaars geloven dat hun apps ook na het coronatijdperk een toekomst hebben, nu mensen de voordelen van digitalisering hebben leren kennen – op voorwaarde dat die gekoppeld wordt aan gegevensbescherming.

Patrick Hennig, directeur van de Duitse app Luca stelt dat de expertise van het bedrijf op het vlak van virustracking in de horeca makkelijk kan gebruikt worden om restaurantbetalingen en chek-ins in hotels te vergemakkelijken. “Mensen zijn best bereid om hun gegevens te delen als ze er voordelen in zien. Als de zaken correct worden aangepakt is er geen probleem en zal de bevolking dat gegevensgebruik aanvaarden.”

Dit artikel verscheen oorspronkelijk bij IPS-partner Thomson Reuters News Foundation.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content