Mannen die een klassiek vrouwenberoep uitoefenen, denk secretaresse of kleuterleidster, spenderen thuis meer tijd aan typisch mannelijke klusjes dan mannen die in een echt mannenberoep werken.
Mannen in een vrouwenberoep spenderen gemiddeld per dag een uur meer aan mannelijke taken als klussen, in de tuin werken en de auto repareren dan mannen die bijvoorbeeld als bouwvakker of mijnwerker aan de slag zijn. Dat blijkt uit nieuw onderzoek, gepubliceerd in het vakblad the American Journal of Sociology. Misschien nog opvallender is dat de vrouwen van die mannen per week vier uur meer doorbrengen voor het fornuis dan de vrouwen van pakweg haven- of metaalarbeiders. Dat schrijft het magazine Time op haar website.
Mannelijkheid opkrikken
“Wat we zien is dat mannen die vrouwenberoepen uitoefenen, dat thuis compenseren door meer mannelijke taken op zich te nemen”, zegt Daniel Schneider, auteur van het onderzoek en doctoraatsstudent in de sociologie en sociaal beleid aan de Princeton Universiteit, aan Time. Volgens hem proberen ze thuis hun mannelijkheid op te krikken. Bij vrouwen in mannenberoepen is trouwens hetzelfde fenomeen waar te nemen, zij het veel minder consequent.
Schneider kwam tot zijn conclusie door de resultaten van enquêtes uit de periode van 1992 tot 1994, waarin gevraagd wordt naar het beroep en de hoeveelheid tijd die er in het huishouden gestoken wordt, te vergelijken met de vrouw-man samenstelling van bepaalde beroepen. De enquêtes werden afgenomen van duizenden Amerikaanse, getrouwde, heteroseksuele koppels.
Relatie werkomgeving en thuissituatie bevestigt sekseverschillen
Schneider was zelf verrast door zijn bevindingen. Hij verwachtte dat mannen die bijvoorbeeld als automechanicus werken, thuis ook meer aan de wagen zouden prutsen en dat mannen in een vrouwenberoep thuis ook meer zouden koken en poetsen. “De resultaten gaan op een bepaalde manier in tegen de intuïtie”, zegt hij. “Maar de werkomgeving en de thuissituatie zijn wel met elkaar verstrengeld en beïnvloeden elkaar, en dat hoeft niet per se op een rationele manier te gebeuren. In plaats daarvan zijn ze verbonden op een manier die sekseverschillen bevestigt.”
Ondanks alle vooruitgang voelen mannen zich dus nog veel sneller in hun mannelijkheid gekrengd dan vrouwen in hun vrouwelijkheid. Maar in de laatste jaren is toch heel veel op het gebied van rollenverdeling in het huishouden veranderd. Zo is de tijd die vrouwen aan huishoudwerk spenderen over de afgelopen vijftig jaar gezakt tot achttien uur per week, terwijl de tijd die mannen in het huishouden steken in die periode is gestegen. (PC)
