Enkele wetenschappers beweren dat uit rotsschilderingen blijkt dat de prehistorische mens psychedelische planten at.
Prehistorische muurschilderingen, waarvan vroeger gedacht werd dat ze een accurate weergave van de werkelijkheid waren, zijn mogelijk hallucinaties die door gedrogeerde holbewoners zijn gemaakt.
Volgens een internationaal onderzoeksteam aten holbewoners tijdens bepaalde rituelen hallucinerende planten waardoor ze ronddraaiende patronen zagen. Deze patronen zijn te zien in rotsschilderingen over de hele wereld.
Ze zijn bovendien te vergelijken met tekeningen die gecreëerd werden tijdens hedendaagse tests met mensen die onder de invloed waren van drugs.
Spirituele reis
Volgens de studie van de wetenschappers, gepubliceerd in het vakblad Adaptive Behavior, heeft het menselijke brein de neiging om bepaalde patronen en vormen te zien wanneer het zich in een staat van gewijzigd bewustzijn bevindt.
Juist omdat de patronen waar te nemen zijn bij het innemen van drugs tijdens een ‘spirituele reis’, werd volgens de wetenschappers aan deze tekeningen een grotere waarde toegeschreven dan aan andere tekeningen.
Om dergelijke verheven kunst opnieuw te kunnen waarnemen, herhaalden onze voorouders dergelijke psychedelische tripjes doorheen de tijd en over de hele wereld. Zo weten we meteen ook waar de Beatles hun inspiratie vandaan haalden. (TE)
