De wetenschappelijke hoop om ooit een wolharige mammoet te klonen, laait weer op.
Bij de opgraving van een mammoet op een eiland niet ver voor de kust van Siberië, hebben wetenschappers donker bloed ontdekt in de ijsholtes onder de romp van het karkas. Toen ze met een houweel de ijslaag braken, stroomde het bloed uit de holtes. Dat is opmerkelijk, aangezien de temperatuur op dat moment -10° Celsius bedroeg.
‘We mogen er wel van uitgaan dat het bloed van mammoeten bepaalde eigenschappen bevat die tegen bevriezing beschermen’, legt ontdekker Semyon Grigoriev uit aan het Russische persagentschap Interfax. Ook het vlees van de mammoet verkeert nog in uitstekende staat. De ontdekking opent nieuwe perspectieven voor de pogingen om de wolharige mammoet weer tot leven te wekken.
‘Blijft bijzonder complex’
In totaal werden al drie uitstekend bewaarde volwassen mammoetkarkassen opgegraven, maar die leverden vooralsnog niet voldoende levende cellen op. Japanse en Koreaanse wetenschappers proberen al enkele jaren een mammoet te klonen, zonder succes. Ook Grigoriev blijft voorzichtig: ‘Het herstel van DNA blijft een bijzonder complex proces, dat jaren in beslag kan nemen.’
Dat is deels te wijten aan de schadelijke gevolgen van bevriezing. IJskristallen doorboren cellen, waardoor de celinhoud verloren raakt. Bovendien neemt de kwaliteit van DNA-materiaal na verloop van tijd af – zelfs indien het niet bevriest, zoals bij dit nieuwe karkas het geval is. Een alternatief zou erin kunnen bestaan het DNA van een Afrikaanse olifant aan te passen, maar dat zou volgens sommigen hooguit een ‘mammoetachtige olifant’ opleveren. (JDW)
