‘Het Lam Gods bevat een morele code die je moet leren zien’

Danny Praet, hoogleraar antieke en middeleeuwse wijsbegeerte van de UGent, toont u het Lam Gods van Van Eyck zoals u het nooit eerder zag.

Het Lam Gods is zo groot en zo rijk aan details dat het de bezoekers uitnodigt om te blijven kijken. Op de vier kaders van het gesloten retabel staan vier Latijnse verzen. Het restauratieteam heeft wetenschappelijk kunnen bewijzen dat deze vier regels authentiek zijn: zij maken integraal deel uit van het werk en zijn dus door het atelier Van Eyck in de vijftiende eeuw op de buitenkaders geschilderd.

‘Kijk aandachtig!’

Het beroemde kwatrijn leert ons vier zaken. Hubert Van Eyck heeft het werk gestart. Uit andere bronnen weten wij dat Hubert al gestorven is in 1426. Jan die zich hier “de tweede in de kunst” noemt, heeft het werk verdergezet. Joost of Judocus Vijd heeft het retabel besteld. En het vierde vers roept de bezoeker op om het werk “dat op 6 mei” gepresenteerd is, te “tueri”. Dat laatste woord is Latijn en kan betekenen “aandacht hebben voor”, “zorg dragen voor”, maar in eerste instantie betekent het “aandachtig kijken naar”. Ik heb niets weggelaten uit dat laatste vers : er staat “6 mei” maar er staat geen jaartal. Wij weten dat het om 6 mei 1432 gaat, maar dat staat er niet expliciet – althans niet op het eerste gezicht.

Wanneer men aandachtig kijkt, ziet men dat de eerste drie verzen volledig in het zwart zijn geschilderd. Maar het vierde vers bevat een aantal letters die in het rood zijn geschilderd. Wanneer men kijkt en doordenkt, dan beseft men dat deze rode letters ook Romeinse cijfers zijn. Iedereen weet dat X = 10, V = 5, C is 100, enz. Wanneer men alle rode letters in dit vers optelt; levert dit het getal 1432 op. Het jaartal staat er als een chronogram: het laatste vers bevat visueel een dubbele gelaagdheid. Men moet soms door-kijken en door-denken om werkelijk te zien wat Van Eyck en het Lam Gods ons tonen.

Het gesloten Lam Gods.
Het gesloten Lam Gods.

We gaan het Lam Gods benaderen vanuit de vraag naar het genderevenwicht in het schilderij. Dat lijkt een anachronisme voor een kunstwerk uit de vijftiende eeuw, maar de vraag naar de verdeling van mannen en vrouwen afgebeeld op de panelen, zal ons laten zien dat er iets méér aan de hand is dan een eerste blik ons lijkt te tonen. Onderaan links zien we de opdrachtgever, Joost Vijd, en aan de andere kant, zijn echtgenote: Elizabeth Borluut. Zij flankeren de twee Sint-Jans. De Sint-Baafs-kathedraal had in deze periode nog de naam van Sint-Jans-Kerk: het gaat om Johannes de Doper, links, met baard, en naast hem Johannes de Evangelist, baardloos: belangrijk ook als de auteur van de Openbaring van Johannes, de Apocalyps, zo sterk aanwezig in het Lam Gods.

Daarboven zien we de Annunciatie: de maagd Maria neemt deemoedig de boodschap van de engel Gabriël in ontvangst. Het bovenste register identificeert twee mannen als de Joodse profeten Zacharias en Micha. Centraal staan twee vrouwelijke profetessen uit de heidense Oudheid: twee Sybillen. De teksten hier voorspellen in een christelijke interpretatie de komst van de Messias. En zij kijken ook alle vier letterlijk neer op de scène van de Annunciatie onder hen. Dus het gesloten retabel heeft een quasi perfecte gender-balans van mannen en vrouwen, M/V met één engel die we anachronistisch als X zullen meerekenen.

Waarom is de genderbalans ineens zoek?

Het open Lam Gods
Het open Lam Gods

Dat is helemaal anders wanneer we het retabel openen. Hier zien we bovenaan centraal de figuur in het rood die letterlijk en figuurlijk mysterieus is, men spreekt niet voor niets in het Frans van “l’agneau mystique” omdat dit zowel God de Vader is als Christus in zijn functie van Rechter bij het Laatste Oordeel. De rode figuur is geflankeerd door Maria, hier in het blauw als Koningin van de Hemel. Aan de andere kant zien we opnieuw Johannes de Doper. Zij zijn op hun beurt geflankeerd door zingende en musicerende engelen. Aan de buitenpanelen, hebben we weer mooi aan de ene kant Adam, en aan de andere kant Eva.

De genderbalans is echter volledig zoek in het onderste register. En dit moet onze manier van kijken weer activeren: waarom is dit zo ? Hier hebben we vier zijpanelen en natuurlijk het centrale paneel met de Aanbidding van het Lam. Het Lam symboliseert Christus die zich tijdens het Paasfeest heeft opgeofferd voor de zondige mensheid, maar die nu verrezen verschijnt aan het einde der tijden.

Reeds op het eerste gezicht ziet men dat de groepen van de twee linker zijpanelen uitsluitend uit mannen bestaan. Ook het meest rechtste zijpaneel toont enkel mannen. En op het derde paneel staan overwegend mannen, met slechts op de achtergrond twee vrouwelijke figuren. Waarom?

Op het centrale paneel met het Lam staan nog eens vier groepen. Drie daarvan zijn exclusief mannelijk; enkel rechts bovenaan zien we een groep met allemaal vrouwen. Dus in het onderste register hebben we een genderbalans van ongeveer 1 op 8. In de traditionele interpretatie zien we hier de aanbidding van het Lam Gods in het Hemelse Jeruzalem op het einde der tijden. En in zekere zin is dat ook zo, maar zou men onder de Uitverkorenen op het einde der tijden niet toch min of meer 50-50 mannen én vrouwen verwachten ? Dit doet ons beseffen dat dit geen realistische weergave is van welke mensen op het einde der tijden de uitverkorenen die God van aangezicht tot aangezicht zullen mogen zien. Ook al zijn al deze figuren zeer realistisch geschilderd, toch is er een symbolische reden voor deze compositie.

Opnieuw leren de teksten op de kaders ons om te begrijpen wat Van Eyck eigenlijk bedoelde. Iedereen kent de naam van het linkerzijpaneel: het beroemde of beruchte paneel van de Rechtvaardige Rechters. Die naam is niet modern, maar stamt uit de 15de eeuw. In het Latijn stond op het kader “Iusti Iudices”. Het paneel ernaast kreeg de titel “Milites Christi”: “Soldaten van Christus. De rechtse zijpanelen kregen als titels “Heilige Eremieten (kluizenaars)” en “Heilige Pelgrims.” Waarom kozen de gebroeders Van Eyck voor deze opstelling en voor deze specifieke groepen?

Naast de “iusti iudices”, op het paneel van de “soldaten van Christus”, staat op het schild van één van de geharnaste ridders ook het Latijnse woord “fortis” geschreven. Fortis betekent “sterk” in zowel de fysieke als de morele betekenis dus “sterk” en “dapper”. Deze twee woorden naast elkaar “iustus” en “fortis”, “rechtvaardig” en “dapper”, vormen al sinds de Oudheid de helft van een kwartet. De Griekse filosofie heeft al sinds Plato en Aristoteles in de vijfde-vierde eeuw voor onze tijdrekening het morele leven beschreven aan de hand van vier centrale deugden. Plato, Aristoteles en na hen de Stoïcijnen en de hele Middeleeuwse filosofie zagen de rechtvaardigheid, de dapperheid, de matigheid en de wijsheid als een eenheid. Men kan niet één deugd bezitten, zonder ook de andere te bezitten. Wie niet dapper is, kan ook niet echt rechtvaardig zijn, want men dient de moed te hebben om op te staan tegen onrecht. Wie niet matig is, maar hebzuchtig of losbandig, zal evenmin niet rechtvaardig zijn, maar kiezen voor eigen voordeel en genot.

De actieve kijker zoekt dan op de rechterzijpanelen de twee andere deugden van de matigheid en de wijsheid. De kluizenaars belichamen, als asceten, de deugd van de matigheid: de temperantia. Ook de twee vrouwen achteraan, die men kan identificeren als Maria Magdalena en als Maria van Egypte, zijn volgens de legende bekeerde prostituées die na een leven van losbandigheid zich bekeerd hebben en het einde van hun leven in de woestijn hebben doorgebracht.

Het vierde paneel is dan de wijsheid, de praktische wijsheid, de prudentia, wat een samentrekking is van pro-videntia, letterlijk vooruit-ziendheid, voor-zichtigheid. Aristoteles definieerde deze intellectuele deugd als het kunnen stellen van een doel en het kunnen voorzien van de stappen die men dient te zetten om dat doel te bereiken. De pelgrims zetten letterlijk en figuurlijk stappen naar een spiritueel doel, naar een pelgrimsoord en naar een hogere spiritualiteit: zij zijn een originele christelijke afbeelding van deze antieke deugd van de praktische wijsheid.

Nu beseft men waarom het landschap in deze vier zijpanelen doorloopt, en kan men ook uitleggen waarom er links wel gebouwen staan, en rechts niets, waarom alle figuren links te paard rijden en waarom allen links te voet gaan: links staan maatschappelijke, sociale en actieve deugden, rechts deugden die op het eigen lichaam en de eigen geest zijn gericht.

De ‘helle’

De brieven van Paulus in het Nieuwe Testament hebben aan dit kwartet drie christelijke deugden toegevoegd: geloof, hoop en liefde. Zo kwam men tot een systeem van zeven deugden, die trouwens in contrast stonden met de zeven ondeugden, de zeven hoofdzonden, die de meeste mensen beter kennen dan de zeven deugden: de gulzigheid, de wellust, de hebzucht enz. Weinigen weten dat sinds de zestiende eeuw een belangrijk deel van het Lam Gods verloren is. Er was ook nog een voetstuk van het retabel en hierop stond een “helle” afgebeeld. We kunnen enkel speculeren over hoe deze helle was afgebeeld maar het lijkt niet onmogelijk dat hier de zeven zonden waren uitgebeeld. Op het centrale paneel staan trouwens de woorden: “Zie het Lam Gods dat wegneemt de zonden der wereld.” Dus we keren terug naar de zeven deugden. Staan de drie overgebleven deugden van geloof, hoop en liefde afgebeeld in de groepen rond het Lam ? Links onderaan staan Joodse Profeten en heidenen van alle volkeren, van voor de geboorte van Christus: dit is de hoop. Rechts onderaan staan de apostelen en vertegenwoordigers van de Kerk: pausen, bisschoppen en abten. Zij zijn het geloof.

Maar we hebben nog twee groepen, in totaal vier groepen rond het Lam en slechts drie deugden. Dus in welke zin vertegenwoordigen de twee bovenste groepen de Liefde ? Paulus had gezegd dat van deze drie, de Liefde de allerhoogste deugd is. Hier bovenaan zien we zoals gezegd de enige groep die helemaal uit vrouwen is samengesteld. We kunnen deze vrouwen ook identificeren aan de hand van hun attributen. Dichts bij het centrale Lam Gods staat een dame die een klein lammetje draagt; het is de Heilige Agnes, (agnus-agnes) die een maagdelijke martelares was, die een wereldlijk huwelijk met een heiden geweigerd had omdat ze al spiritueel verloofd was met de Hemelse Bruidegom. Ook de dame met de toren, de heilige Barbara, Sint Catherina en Sint Dorothea zijn allemaal maagdelijke martelaressen van wie de heiligen-legenden het thema van het spirituele huwelijk benadrukken. Daarom staan deze vrouwelijke martelaressen op dezelfde hoogte als de mannelijke martelaren links bovenaan; zij vormen een spiritueel koppel van mannen en vrouwen die niet staan voor het fysieke huwelijk, voor de natuurlijke liefde, maar voor de geestelijke liefde en voor de zelf-opoffering, wat Johannes in de Bijbel aanduidt als de allerhoogste vorm van liefde: het geven van het eigen leven. Dat is natuurlijk ook wat het centrale Lam, wat Christus gedaan heeft voor de mensheid.

Zo hebben de gebroeders Van Eyck een tafereel geschilderd dat niet letterlijk weergeeft wie er op het einde der tijden het Lam zal aanschouwen. Zij hebben een zeer origineel beeld geschetst van de deugden en aangegeven welke deugden men dient te volgen om het Hemelse Jeruzalem te bereiken. Het is een zeer realistisch schilderij maar het heeft een symbolische boodschap, een morele code die men moet leren te zien door aandachtig te kijken: tueri!

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content