Kunnen planten ‘denken’? Wetenschappers ontdekken verrassende eigenschappen die planten dichter bij dieren brengen

Dirk Draulans
Dirk Draulans Bioloog en redacteur bij Knack.

Wetenschappers stellen vast dat planten over veel meer mogelijkheden beschikken dan wij tot dusver bereid waren aan te nemen.

Kruidje-roer-mij-niet is een grappig plantje met paarsroze bloemen uit Zuid-Amerika, dat als kamerplant in onze huizen terechtkwam. Het is ook onze taal binnengedrongen, als metafoor voor iemand met een lichtgeraakt karakter. Het plantje heeft namelijk de bijzondere eigenschap dat het bij zelfs de geringste aanraking meteen zijn blaadjes oprolt. Zijn bladsteeltjes gaan dan slap hangen, wat een levenloze indruk geeft. Het zou een afweermechanisme tegen vraat door insecten zijn.

In de 18e eeuw ontdekten gerenommeerde wetenschappers al dat het plantje een soort geheugen heeft. Als het te dikwijls met dezelfde prikkel geconfronteerd wordt zonder dat het schade oploopt, zal het niet meer reageren. De geheugenfunctie kan veertig dagen aanhouden – daarna moet ze opgefrist worden. Het verschijnsel gaf de populariteit van het plantje een stevige boost.

Maar pas de laatste jaren wordt duidelijk wat de plant precies doet. Om te beginnen stelden wetenschappers vast dat ze gevoelig is voor verdovingsmiddelen. Als ze wordt blootgesteld aan klassieke anesthetica uit onze geneeskunde, valt haar reactievermogen weg. Het lijkt alsof ze in een soort slaapmodus gaat. Sommigen gaan zo ver te beweren dat ze haar ‘bewustzijn’ verliest. Hetzelfde geldt waarschijnlijk voor veel planten, maar omdat ze zelden zo snel reageren als het kruidje-roer-mij-niet valt het minder op.

Charles Darwin en zijn zoon vergeleken het wortelpuntje van planten met ‘de hersenen van een lagere diersoort’.

Recent is ook aangetoond dat de snelle reactie van de plant steunt op elektrische prikkels die het gevolg zijn van de aanraking. Planten hebben een intense elektrische activiteit in het vaatstelsel waarmee ze water en voedingsstoffen transporteren. Het doorkruist de hele plant, van de wortels tot de verste bladeren. Ze beschikken over moleculen voor prikkeloverdracht die ook in dieren gevonden worden, zoals acetylcholine en serotonine. Daarom zien sommige wetenschappers er een analogie met onze zenuwen en hersenen in.

Usain Bolt-boon

Planten hebben geen zenuwen en geen centrale structuur zoals onze hersenen, maar het belet niet dat ze tot iets zouden kunnen komen wat wij ‘gevoel’ en ‘bewustzijn’ zouden noemen. Volgens sommige wetenschappers kan een plant in zijn geheel als een soort ‘brein’ fungeren. Het impliceert dat de natuur bewustzijn op meer dan één manier zou kunnen genereren. Het is een prikkelende gedachte.

Planten zijn natuurlijk iets heel anders dan dieren. Ze zijn alomtegenwoordig, waardoor veel mensen ze niet als speciaal zien – ze zijn de ‘groene achtergrond’ in het leven. Veel mensen merken planten zelfs niet op – daarvoor is de term ‘plantblindheid’ bedacht. Planten kunnen zich niet actief verplaatsen, wat voor velen volstaat om ze oninteressant te vinden. Het is niet zonder reden dat wij het woord ‘vegeteren’ hanteren om mensen zonder bewustzijn of capaciteit tot handelen te labelen. Maar de term doet planten onrecht aan.

Wetenschappers hebben recent fascinerende inzichten vergaard in het leven van planten. Bonen gaan actief op zoek naar een substraat (een staak) om tegen op te klauteren. Ze scannen hun leefomgeving en lijken vanaf een bepaalde afstand te ‘merken’ dat er iets is waartegen ze op kunnen klimmen. Ook dat zoekgedrag steunt op elektrische activiteit. Intrigerend is dat bonenexperts vaststelden dat er grote individuele verschillen in reactiesnelheid tussen bonenplanten bestaan: sommige zijn snel, andere traag. Er was een boon die zo snel reageerde, dat zijn onderzoekers hem ‘Usain Bolt’ doopten, naar de sprintlegende.

Zonnebloemen produceren tot 47 procent meer olie als ze tussen familieleden groeien. © Anadolu via Getty Images

Het concept ‘persoonlijkheid’ is in de plantenwereld binnengedrongen. Zo zijn niet alle individuele planten even gevoelig voor het risico dat ze aangevallen worden door insecten. Veel planten sturen alarmsignalen uit als ze voelen dat er aan hun bladeren geknaagd wordt, waardoor ze andere in de buurt waarschuwen, zodat die preventief een chemische verdediging kunnen optrekken. Maar ook in de plantenwereld zijn er paniekzaaiers die voor het minste alarm slaan, terwijl andere wat relaxter blijven en pas in actie komen als het echt nodig is. Interessant is dat sommige planten na verloop van tijd de alarmsignalen van paniekzaaiers negeren om te vermijden dat ze te dikwijls energie moeten pompen in afweer zonder dat het nodig is.

Van sommige varens is vastgesteld dat ze door middel van hormonen de beweeglijkheid van het zaad van naburige varens kunnen vertragen. Ze ‘saboteren’ dus de voortplantingscapaciteit van andere individuen, waardoor ze zelf meer kans hebben op het behoud van licht en voedingsstoffen. Er is geen enkele indicatie hoe ze capteren dat er sperma van concurrenten circuleert, laat staan hoe ze beslissen om erop te reageren.

‘Dormantie’: het verschijnsel van slapende planten

Zonnebloemenfamilie

Ook is vastgesteld dat zonnebloemen hun bladeren en bloemen herschikken als ze naast familieleden groeien, zodat ze allemaal optimaal kunnen profiteren van het invallende licht. Als ze naast niet-verwante soortgenoten groeien, doen ze dat niet. Op een of andere manier ‘weten’ ze dus dat ze naast familie staan, en zoals altijd en overal in de biologie ga je meer rekening houden met familieleden dan met andere soortgenoten. De vraag hoe planten weten dat een buur naaste familie is, is onopgelost.

Zonnebloemen produceren 47 procent meer olie als ze tussen verwanten groeien. Maar voor monoculturen werkt het niet meer. Planten lijken stil te vallen als ze in monotone velden moeten groeien. Ook pesticiden en andere luchtvervuilers verstoren de intense communicatie tussen planten. Volgens sommige wetenschappers zijn planten ‘geniale scheikundigen’, maar hun activiteit is gevoelig voor externe verstoring.

Eén kamerplant in een kamer zou als het equivalent van een eenzaam diertje in een kooi beschouwd kunnen worden, zonder mogelijkheid tot interactie met andere. Er is ontdekt dat planten stress kunnen hebben en ‘onder stress’ slechte beslissingen nemen, bijvoorbeeld door hun wortels niet naar de beste plekken voor voedsel, water of houvast te sturen.

Intrigerend is dat de grote Charles Darwin in 1880 in zijn voorlaatste boek, The Power of Movement in Plants, dat hij samen met zijn zoon Francis schreef, de stelling ontwikkelde dat het topje van een plantenwortel als een soort commandocentrum fungeert. Ze deden tientallen experimenten met groeiende wortels, waaruit ze volgende conclusie puurden: ‘Als we het over de functie hebben, komt geen onderdeel van een plant ons wonderlijker voor dan een wortelpunt.’ Ze vergeleken hem zelfs met ‘de hersenen van een lagere diersoort.’

CIA-spionnen

Vooralsnog zijn weinigen bereid Darwins visie te volgen, hoewel gebleken is dat hij zelden in de fout ging. Wij mensen zullen eigenschappen die ons in onze ogen speciaal maken niet gauw toekennen aan andere organismen. Zelfs het bestaan van bewustzijn bij andere dieren werd pas in 2012 officieel erkend. Bewustzijn bij planten is nog een stap verder. Inheemse volkeren, zoals indianen in het tropische regenwoud, beschouwen planten al langer als wezens met een persoonlijkheid, die soms letterlijk deel uitmaken van hun gemeenschap.

Het bestaan van ondergrondse netwerken tussen bomen is onomstotelijk bewezen. © Getty Images

Voor oude Griekse filosofen, zoals Plato, hadden planten ‘een verlangende en voelende ziel’. Maar later ging het mis en werden planten ‘gedegradeerd’ tot een groen decor. Er was weinig aandacht voor hun capaciteiten, tot in 1973 The secret life of plants verscheen, waarin planten allerlei verstandelijke mogelijkheden werden toegedicht, inbegrepen kunnen genieten van bepaalde soorten muziek en gedachten van mensen kunnen doorgronden.

De bestseller werd geschreven door twee Amerikaanse mannen, waarvan de ene een journalist-spion was en de andere een medewerker van de CIA. Het was een enorm succes, maar in de wetenschappelijke wereld werd hij afgedaan als ‘een samenraapsel van valse en onbewijsbare beweringen’. Het leidde ertoe dat er decennialang amper onderzoeksgeld naar de ‘neurobiologie’ van planten ging, zeker omdat in die tijd de genetica opgang begon te maken, waar wel geld naar gekanaliseerd werd, in de hoop dat het de opbrengsten van landbouwgewassen zou verhogen. Het laatste wat veel landbouwers en consumenten lijken te willen, is het besef dat planten meer zijn dan iets wat massaal kan worden geoogst en geconsumeerd.

Boswachter Peter Wohlleben: ‘Ook bomen kunnen pijn voelen’

Pas tien jaar geleden begon het tij te keren. De Italiaanse bioloog Stefano Mancuso publiceerde met een journaliste als coauteur in 2015, in het Italiaans, het boek Briljant groen – de intelligentie van planten (in 2017 in het Nederlands vertaald). In 2022 verscheen Planta Sapiens: unmasking plant intelligence van de Spaanse bioloog Paco Calvo, ook geschreven met een journaliste. En enkele maanden geleden kwam The Light Eaters op de markt, vertaald als Lichteters, van de Amerikaanse wetenschapsjournaliste Zoë Schlanger.

Het zijn boeken boordevol intrigerende informatie, waarvan het vooralsnog onduidelijk is hoe ver hun consequenties reiken wat betreft het toekennen van eigenschappen als bewustzijn, intelligentie, persoonlijkheid en gevoelens aan planten. Het is glashelder dat planten over veel meer mogelijkheden beschikken dan wij tot dusver bereid waren aan te nemen, maar hoe ver we moeten gaan om ze mee te nemen in een verhaal van ‘dierlijke’ capaciteiten blijft voer voor debat. Zeker omdat de wetenschappelijke wereld steevast in het verweer gaat tegen wat ze ‘ongefundeerde besluiten’ noemt.

Planten hebben hun eigen manier om om te gaan met wat wij ‘emoties, intelligentie en bewustzijn’ zouden noemen.

Wood Wide Web

Zo verscheen er in het wetenschappelijke vakblad Nature een uitgesponnen reportage die probeerde te weerleggen dat er ondergronds zoiets bestaat als een ‘wood wide web’, waarmee planten via een netwerk van wortels complexe interacties met elkaar onderhouden, al dan niet in symbiose met schimmelnetwerken. Het bestaan van de netwerken is onomstotelijk bewezen, en het is ook duidelijk dat wortels en schimmels er intrigerende relaties op na houden, inbegrepen het proberen te profiteren van elkaar. Er zijn bloemen die hun kleuren zo manipuleren dat hommels onterecht denken dat ze vol nectar zitten en op die manier hun bestuiving verzekeren – bedrog en misleiding zijn dus ook onderdeel van de plantenwereld.

De vraag die de critici in Nature opwierpen, was of dat ondergrondse ‘wereldwijde web’ verder gaat dan een eenvoudige interactie tussen planten en hun buren via wortels en schimmels. Ze aanvaarden vooralsnog niet dat het de verspreiding van plantenkennis zou vergemakkelijken, zoals ons www.

In het andere vakblad, Science, verscheen een kritische recensie van The Light Eaters. De auteur, een Amerikaanse plantenbiologe, had het onomwonden over het ‘antropomorfiseren’ van planten, het zwak definiëren van concepten als intelligentie, en het ‘voelbare dedain’ van de auteur ten opzichte van het ‘conservatisme en de trage vooruitgang van mainstream wetenschap’.

Dat laatste is een belangrijke opmerking. Dat wetenschap traag gaat en graag zekerheden verschaft, is evident, maar ze moet wel open blijven staan voor compleet nieuwe inzichten. Wetenschappelijke voortrekkers en goed geïnformeerde populariseerders van wetenschap kunnen doorsnee wetenschappers een stevige duw in de rug geven en zo nieuwe onderzoeksdomeinen promoten.

Maar planten zijn natuurlijk geen dieren, laat staan een soort ‘groene mensen’. Planten hebben hun eigen manier van omgaan met wat wij ‘emoties, intelligentie en bewustzijn’ zouden noemen. Een wetenschapster zegt in Lichteters: ‘Planten hebben geen intentie en zijn niet intelligent in de zin waarin de meeste mensen het woord gebruiken. Maar ze kunnen wel zelfstandig handelen.’ Zelfstandig handelingsvermogen is het vermogen om de omstandigheden waarin je je bevindt in te schatten en je eraan aan te passen. Het is iets wat wij, mensen, ook voortdurend doen.

Zoë Schlanger, Lichteters. Wat we van planten kunnen leren, De Bezige Bij, 368 pagina’s, 27,5 euro.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content