VS-inlichtingendiensten voerden honderden cyberaanvallen uit

De Amerikaanse inlichtingendiensten breiden hun offensieve cybercapaciteiten gevoelig uit. © Thinkstock
Tom Vandyck
Tom Vandyck Tot 2014 correspondent in de VS voor Knack.be

De VS bouwt steeds betere cyberwapens. Alleen al in 2011 waren de Amerikaanse inlichtingendiensten goed voor 231 cyberaanvallen. Dat staat in de nieuwste documenten van NSA-klokkenluider Edward Snowden.

De informatie komt uit het ‘zwarte budget’ dat Edward Snowden lekte aan de krant The Washington Post. Het gaat om de geheime begroting voor de Amerikaanse spionage-agentschappen. Die houden zich steeds meer bezig met cyberoorlog en het infiltreren en saboteren van buitenlandse computernetwerken.

Voor één programma, onder de codenaam GENIE, werd 652 miljoen dollar (493 miljoen) euro vrijgemaakt. Doel van GENIE is het massaal verspreiden van malware, verborgen computerprogramma’s die de Amerikanen nu al de in staat zouden stellen om tienduizenden buitenlandse computers en netwerken te controleren. Bedoeling zou zijn om dat aantal uit te breiden tot miljoenen.

Syrische hackers

VS-president Barack Obama stelde eerder al dat hij de Amerikaanse cybercapaciteiten wil uitbreiden. Het zwarte budget geeft aan dat die plannen zich in een veel verder gevorderd stadium bevinden dan tot nog toe bekend was, schrijft de Washington Post. De Amerikaanse regering houdt al die operaties geheim.

De voorbije jaren werd duidelijk dat cyberoorlogvoering een steeds prominentere plaats gaat innemen. Tot wat dat kan leiden, bleek al in 2009, toen het Iraanse kernprogramma ten prooi viel aan het computervirus Stuxnet, dat duizenden uraniumcentrifuges onklaar maakte. Stuxnet zou ontwikkeld zijn door de VS en Israël.

De voorbije maanden werden meerdere Amerikaanse banken en mediaorganisaties het slachtoffer van cyberaanvallen. Deze week nog werden de krant The New York Times en de microblogsite Twitter aangevallen door wat Syrische hackers heetten te zijn. De website van de Times was daardoor urenlang onbereikbaar.

Offensieve operaties

Aangenomen werd tot nog toe dat de Amerikaanse cyberoperaties vooral gericht waren op het beschermen van de Amerikaanse economie, infrastructuur en het leger. Die zijn in hoge mate afhankelijk van computernetwerken. Nu blijkt dat de Amerikanen ook veel meer offensieve opties ontwikkeld hebben.

Van de 231 aanvallen uit 2011, waarin Snowdens document inzicht verschaft, zou driekwart gericht zijn geweest tegen doelwitten in Iran, China, Noord-Korea en Rusland. Dat laatste land gaf Edward Snowden recent politiek asiel voor een jaar.

De meeste van die offensieve operaties zorgen ervoor dat de digitale activiteiten van het doelwit overhoop gegooid worden. Computers en netwerken worden vertraagd of geblokkeerd, op schermen is alleen nog maar sneeuw te zien, berekeningen lopen fout. Dat kan het de doelwitten onmogelijk maken om zelf cyberaanvallen uit te voeren.

Informatie stelen

Het National Security Agency (NSA), de organisatie waar Snowden voor werkte, zou een speciale eenheid hebben voor offensieve cyberoperaties. Die heet TAO (Tailored Access Operations) en houdt zich bezig met het op maat programmeren van malware voor specifieke doelwitten.

Vaak gaat het om het installeren van clandestiene achterpoortjes waardoor de Amerikanen op latere datum de controle over een computer of een netwerk kunnen overnemen. TAO heeft daarvoor een reeks instrumenten klaarliggen die op maat gemaakt zijn van allerlei populaire routers, firewalls en andere netwerkapparatuur.

Maar de NSA is ook in staat om informatie te stelen uit buitenlandse computers. Volgens het zwarte budget werkt de organisatie aan programma’s die stemmen van welbepaalde individuen kunnen herkennen en ongemerkt hun conversaties aftappen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content