Jean-Marie Dedecker (LDD)

‘Vrouwenvoetbal, het gras groeit terwijl je ernaar kijkt’

‘Vrouwenvoetbal wordt zo dwingend door de strot geramd dat we in ons onophoudelijk streven naar gendergelijkheid verplicht worden het leuk te vinden om niet als misogyn bestempeld te worden.’ Jean-Marie Dedecker doet duidelijk niet mee aan het hosanna van het vrouwenvoetbal.

Dit weekend wordt de finale van het Europees kampioenschap vrouwenvoetbal gespeeld tussen gastland Nederland en Denemarken. Het krijgt amper een stiefmoederlijke voetnoot in onze nationale sportverslaggeving. Het EK voetbal is zowel bij de mannen als bij de vrouwen een tornooi met als eindwinnaar Duitsland, met dien verstande dat het bij de mannen de zuiderse landen zijn die af en toe de hiërarchie verstoren en bij de vrouwen de Scandinavische. Er wordt immers geïnvesteerd in vrouwensport in het mekka van de gendergelijkheid.

Voor dergelijke boutades over het EK vangt voetbalanalist Gary Lineker jaarlijks 2 miljoen euro bij zijn werkgever de BBC. Met dit bedrag koop je de ganse Belgische vrouwencompetitie op, transferbedragen en lonen incluis. Met de transfersom van Neymar naar PSG word je eigenaar van gans de vrouwelijke wereldcompetitie. Hier is de BENE-liga, een competitie tussen de vrouwelijke topploegen van de lage landen zelfs afgevoerd wegens gebrek aan belangstelling en financiële draagkracht.

De Red Flames dankten hun selectie voor het EK eerder aan de uitbreiding van het deelnemersveld van 12 naar 16 landen door de UEFA dan aan een selectieve topsportwerking. Enkel in de Verenigde Staten is vrouwenvoetbal (big) business, soccer is er een damessport. Van de islamitische wereld hoeven ze nog geen concurrentie te verwachten. De Afghaanse aanvoerder van de nationale vrouwenploeg, Khalida Popal moest er na doodsbedreigingen op de loop naar Denemarken. In een boerka is het moeilijk sjotten.

Vrouwenvoetbal, het gras groeit terwijl je ernaar kijkt

Al een halve eeuw lang is voetbal de belangrijkste bijzaak in onze samenleving. De vijfendertigste heruitzending van F.C. De Kampioenen is zelfs een kijkcijferkanon. Bij de uitzending van een Europees of wereldkampioenschap waaraan onze “jongens” deelnemen is het stil in de straat, en spuwen de media voorafgaand de grootste onzin de wereld in. Zelfs de poedel van Lukaku wordt geïnterviewd. Idolatrie tot in het waanzinnige. Nadat we God achter het behang plakten werden sjotters als Messi, Hazard, De Bruyne & Co opgewaardeerd tot halfgoden en worden ze zelfs bewierookt door halvegaren. Voetbal is een mannelijk genderbastion. Als vrouwen zouden voetballen als Jan Ceulemans en de looks zouden hebben van Phaedra Hoste, zaten de voetbalstadions ook tjokvol voor vrouwelijke sjotters, maar meestal is het omgekeerd, schreef een vuilgebekte langharige Vlaams auteur ooit. Feministisch bloed aan de paal in lesboland. Vandaag zou hij enkel de namen veranderen door Beyoncé en Dries Mertens, maar de clichés blijven, want voetbal wordt in de spionkoppen beschouwd als bezigheidstherapie voor lesbiennes.

De macho-kritiek beperkt zich niet tot voetbal. Tennislegende en stokebrand John McEnroe zei onlangs nog in Wimbledon dat Serena Williams amper op de 700ste stek zou staan in de worldranking als ze zou tennissen bij de mannen. De Britse judocoach Tony MacConnell vond het enige positieve aan vrouwenjudo dat een kamp een minuut minder lang duurde dan een mannenmatch. Veel sporten werden uitgevonden en gereglementeerd in de Angelsaksische wereld, en uitsluitend voorbehouden voor mannen en hun oprispende competitieve hormonen. Citius, altius, fortius. Tot 1996 was boksen voor vrouwen bijvoorbeeld verboden in Groot-Brittannië omdat ze onberekenbaar zijn in hun menstruatieperiode (sic). Vandaag is het een olympische sport.

Zelfde regels, andere sport

Vrouwensport is eigenlijk een andere sport met dezelfde regels. Dat vrouwen anders bewegen dan mannen is een gevolg van de neuromusculaire aansturing van de spieren en de daaruit volgende motorische controle tijdens het uitvoeren van bewegingen, zegt Anne Benjaminse van het Instituut Voor Sportstudies in het Nederlandse Groningen. Haar Collega Michel Brink van het Centrum voor Bewegingswetenschappen vergeleek de fysieke en technische vaardigheden over een groot aantal Champions-Leaguewedstrijden bij mannen en vrouwen. Mannen leggen volgens zijn vergelijkend onderzoek meer afstand af aan een hogere snelheid dan vrouwen, en balverlies en onsuccesvolle passes liggen hoger bij de vrouwen.

Ik doe niet mee aan het hosanna van het vrouwenvoetbal, het verwijt van alfamannetje neem ik er bij, ook al wordt het nu zo dwingend door de strot geramd dat we in ons onophoudelijk streven naar gendergelijkheid verplicht worden het leuk te vinden om niet als misogyn bestempeld te worden. Het is echter dikwijls zo slaapverwekkend dat je het gras ziet groeien terwijl de meiden over het veld draven. Halflege tribunes en het animo van het Vlaams Parlement waar je zelfs uit verveling de verf van de muur ziet bladeren in sprekerstijd. Niveau eerste provinciale bij de mannen. Een laag tempo, gebrekkige techniek, verkeerde balaannames en lamentabele passen. Een tiki-taka van dribbelkonten dartelend op balgevoel en intuïtie is een zeldzaamheid, of je moet Marta uit Brazilië heten. Kleine keepers met weinig explosiviteit in de genen, scharrelend als vliegenvangers in een te groot doel. Vrouwenvoetbal is wel minder gemeen en minder doortrapt dan het mannelijk duel. Minder gezeur bij de scheidsrechter, geen doodschoppen en geen schwalbekoninginnen. De mannelijke getatoeëerde ijdeltuiten hebben een coiffeur in de kleedkamer en meer gel in hun haar dan massageolie op hun benen, terwijl de vrouwen zich beperken tot een paardenstaart of een paar vlechtjes. Eigenlijk een andere sport dan we gewoon zijn voetbal te noemen en dat we zo leuk vinden. Het is oestrogeen in een sport die bol staat van de testosteron en stammenoorlogen. Bij vrouwen wordt er gegild in de tribune, bij mannen gescholden.

De VRT serveerde een documentaire als aanloop naar het vrouwen-EK en elk duel van de Red Flames kwam rechtstreeks op de buis, zelfs in primetime op zondagavond en op één. Als je als staatszender zelfs 10 uur lang rechtstreeks de privé-Ronde van Vlaanderen van één van je journalisten uitzendt – incesttelevisie voor bedlegerige bejaarden en oervervelend peperduur kamerbehang – is de covering van een EK zelfs een plicht. Hun interesse beperkte zich echter tot de uitschakeling van de Red Flames in de voorrondes, daarna werd het weerom doodstil op de buis.

De aandacht voor vrouwensport blijft tweeslachtig, niet zelden eerder politiek-correct gebazel dan sportieve interesse. We zwelgen en zemelen in kunstmatig feministisch gezwets en juichen eerder uit nationalisme en patriottisme dan uit bewondering voor de sportieve prestatie. Alleen een wielerfreak weet bijvoorbeeld wie La Course, de vrouwelijke Tour de France, gewonnen heeft. Maar het recente voornemen van de wielerorganisatoren om de bloemenmeisjes te vervangen door bloemenjongens heeft meer pulp opgeleverd van de sportinktkoelies dan de klimcapaciteiten van Annemiek van Vleuten. De Nederlandse die nog een doodsmak maakte in de olympische wegrit in Rio op weg naar goud, reed in de vrouwentour sneller de Izoard op dan Romain Bardet, de nummer drie bij de mannen. Adieu les filles du Tour, hooggehakte lieftallige dames met een granieten glimlach. Een paar kussen en een bloementuil op het podium leverden nochtans ook mooie romances op. Wielerkampioenen Michael Boogerd en George Hincapie trouwden met hun rondemiss. Tony Gallopin papt al jaren aan met Marion Rousse, een bloemenmeisje die nu journaliste is bij Eurosport. In de Spaanse Vuelta krijgen we straks rondemisters. Of er daar zoveel zal gekust worden door de pedaalridders betwijfel ik. Zonder de strapatsen van billenknijper Peter Sagan is wielrennen dikwijls oersaai.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content